Opmerking:
Stappen 1 t/m 3 moeten binnen 15 seconden worden voltooid, anders kan u het configuratiemenu niet
openen en moet u opnieuw beginnen.
Als binnen 30 seconden na het openen van het configuratiemenu geen geldige toetsen worden
ingedrukt, schakelt het apparaat automatisch uit zonder de instellingen op te slaan.
1. Druk op de aan/uit-knop op het apparaat terwijl dit is uitgeschakeld.
2. Houd de kinderslotknop 3 seconden ingedrukt. De letters Lo verschijnen op de display als het apparaat is
vergrendeld.
3. Houd de boostknop 3 seconden ingedrukt om te bevestigen dat u het configuratiemenu wil openen. De letter c
verschijnt op de display linksvoor.
4. Druk kort op de boostknop om het configuratiemenu te openen. De display linksvoor toont het huidige menu,
bijvoorbeeld c5, en de timerdisplay geeft de huidige waarde van het betreffende menu aan, bijvoorbeeld 1.
Opmerking: Als u een willekeurige andere knop in deze stap indrukt, wordt het menu automatisch
gesloten.
5. Druk kort op de kinderslotknop om tussen de menunummers te schakelen tot u het menu dat u wil wijzigen
bereikt.
6. Druk kort op de boostknop om tussen de opties te schakelen.
7. Houd de kinderslotknop 3 seconden ingedrukt om alle gewijzigde menu-instellingen op te slaan en het
configuratiemenu te sluiten.
6
De inductiekookplaat reinigen en onderhouden
DAGELIJKSE REINIGING
Waarschuwing:
Controleer voordat u het apparaat gaat reinigen of alle kookzones zijn afgekoeld.
Waarschuwing:
Reinig als u suiker morst het apparaat onmiddellijk om inbranden van het oppervlak te voorkomen. Pas
op, de kookzones kunnen heet zijn.
Voorzichtig:
Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen, spuitbussen, schuursponsjes of scherpe objecten.
1. Vergrendel het apparaat.
2. Verwijder gemorst voedsel. Gebruik hiervoor een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel.
3. Reinig het apparaat dagelijks. Gebruik hiervoor een vochtige doek en een mild reinigingsmiddel.
4. Droog het apparaat. Gebruik hiervoor papieren handdoeken of een droge theedoek.
5. Reinig in geval van ernstige vervuiling het apparaat met een speciaal voor een inductie-apparaat geschikt
reinigingsmiddel.
6. Als op de bedieningselementen wordt gemorst, kan het apparaat een pieptoon geven en zichzelf uitschakelen.
Neem wat is gemorst met een natte doek op en maak het gebied droog voordat u het apparaat weer inschakelt.
7
De afzuigkap reinigen en onderhouden
HET ROOSTER EN VETFILTER REINIGEN
Het vetfilter filtert het vet uit de kookdampen. Om te zorgen dat het vetfilter goed blijft werken, moet u het regelmatig
reinigen.
•
Gebruik het apparaat nooit als het vetfilter niet is geplaatst.
•
Reinig het vetfilter regelmatig. Aanbevolen wordt om het vetfilter iedere 7 dagen te reinigen.
•
Werk niet met open vuur in de buurt van het apparaat (bijv. flamberen).
Nederlands
•
19