Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Sime SHP M PRO Installation Und Betriebsanleitung Seite 90

Monoblock-wärmepumpe
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

Omloopklep (niet meegeleverd)
Mengstation (niet meegeleverd)
sV3: Mengklep
(niet meegeleverd)
P_C: Zone2 Circulatiepomp
(niet meegeleverd)
Automatisch ontluchtingsventiel
(niet meegeleverd)
 Verwarming van leidingwater
Alleen de master-unit kan in DHW-modus werken. T5S wordt ingesteld op de gebruikersinterface. In DHW-modus, blijft SV1.
AAN: Wanneer master-unit in DHW-modus werkt, kunnen slave-units in ruimtekoel-/warmtemodus werken.
 Slave-verwarming
Alle slave-units kunnen in ruimtewarmtemodus werken. De bedrijfsmodus en de insteltemperatuur worden ingesteld op de
gebruikersinterface. Als gevolg van veranderingen van de buitentemperatuur en de vereiste belasting binnen, kunnen meerdere
buiten-units op verschillende tijden werken.
In de koelmodus SV3 blijven UIT en P_C UIT, P_O blijft AAN;
In de warmtemodus, wanneer zowel ZONE1 als ZONE 2 werken, blijven P_C en P_O AAN, schakelt SV3 tussen AAN
en UIT conform de ingestelde TW2;
ln de warmtemodus, wanneer alleen ZONE 1 werkt, blijft P_O AAN, blijven SV3 en P_C UIT.
In de warmtemodus, wanneer alleen ZONE 2 werkt, blijft P_O UIT, blijft P_C AAN, schakelt SV3 tussen AAN en UIT
conform de ingestelde TW2;
 AHS (hulpwarmtebron) regeling
De AHS-functie wordt ingesteld in de gebruikersinterface. (AHS-functie kan geldig of ongeldig worden ingesteld in "OVERIGE
WARMTEBRON" van "VOOR ONDERHOUDSMONTEUR".); AHS wordt alleen door de master-unit geregeld. Wanneer de master-unit
in de warmwatermodus werkt, kan AHS alleen worden gebruikt voor de productie van warm water voor huishoudelijk gebruik; wanneer
de master-unit in de warmtemodus werkt, kan AHS worden gebruikt voor warmtemodus.
1) Als AHS alleen in warmtemodus is ingeschakeld, wordt het ingeschakeld onder de volgende omstandigheden:
a. Zet de BACK-UPVERWARMING-functie aan op de gebruikersinterface;
b. Master-unit werkt in warmtemodus. Wanneer de temperatuur van het inlaatwater te laag is of de omgevingstemperatuur te laag is,
en de beoogde temperatuur van het uitgaande water te hoog, zal AHS automatisch worden ingeschakeld.
2) Als AHS in warmtemodus en DHW-modus is ingeschakeld, wordt het ingeschakeld onder de volgende omstandigheden:
Als de master-unit in warmtemodus werkt, zijn de voorwaarden voor het inschakelen van AHS dezelfde als bij 1); Als de master-unit in
DHW-modus werkt en T5 te laag is of als de omgevingstemperatuur te laag is en de gewenste T5-temperatuur te hoog, wordt AHS
automatisch ingeschakeld.
3) Wanneer AHS geldig is, wordt de werking van AHS geregeld door M1M2. Als M1M2 sluit, wordt AHS ingeschakeld. Als de
master-unit in de DHW-modus werkt, kan AHS niet worden ingeschakeld door M1M2 te sluiten.
 TBH (tankboosterverwarming) regeling
De TBH-functie wordt ingesteld in de gebruikersinterface. (TBHl-functie kan geldig of ongeldig worden ingesteld in "OVERIGE
WARMTEBRON" van "VOOR ONDERHOUDSMONTEUR"). TBH wordt alleen geregeld door de master-unit. Raadpleeg 8.1
Toepassing 1 voor TBH-regeling.
 Zonne-energieregeling
Zonne-energie wordt alleen geregeld door master-unit. Zie 8.1 Toepassing 1 voor zonne-energieregeling.
1. Maximaal 6 units kunnen in een systeem in cascade worden weergegeven. Eén ervan is master-unit, de anderen zijn
slave-units; master-unit en slave-units worden onderscheiden doordat ze al dan niet verbonden zijn met een bekabelde
regelaar wanneer ze worden ingeschakeld. Het apparaat met bekabelde regelaar is het master-unit, units zonder bekabelde
regelaar zijn de slave-units; Enkel de master-unit kan in de warmwaterfunctie werken. Controleer tijdens de installatie het
cascadesysteemdiagram en bepaal de master-unit. Verwijder alle bedrade regelaars van de slave-units voordat u de stroom
inschakelt.
2. SV1,SV2,SV3,P_O,P_C,P_S,T1,T5,TW2,Tbt,Tsolar,SL1SL2,AHS,TBH interface zijn alleen verbonden met overeenkomstige
aansluitingen op de hoofdpaneel van de master-unit.
3. De adrescode van de slave-unit moet ingesteld worden op de printplaat van de hydraulische module DIP-switch (zie elektrisch
gestuurd bedradingsschema op de unit).
4. Het wordt aanbevolen om het omgekeerde retourwatersysteem te gebruiken om hydraulische onbalans tussen elke unit in
een cascadesysteem te voorkomen.
Watermanometer
(niet meegeleverd)
Zone2 Temperatuursensor van
TW2
de waterstroom (optioneel)
Ventilatorconvector
FCU 1...n
(niet meegeleverd)
Vloerwarmtecircuit
FHL 1...n
(niet meegeleverd)
K
Contactor (niet meegeleverd)
OPMERKING
19
De ruimte werkt in
ZONE1
koel-/warmtemodus
Alleen de ruimte werkt in
ZONE2
warmtemodus
Extra verwarmingsbron
AHS
(niet meegeleverd)

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis