Behringer MDX4600 Bedienungsanleitung Seite 26

26
MDX4600/MDX2600
MDX4600/MDX2600 Bediening
(NL) Stap 2: Bediening
(1) Door op de COUPLE-schakelaar te drukken,
worden de kanalen gekoppeld. In de
koppelingsmodus wordt de dynamiek
bestuurd met behulp van kanaal
1-schakelaars en bedieningselementen,
waarbij het stuursignaal wordt afgeleid van
de energie van beide zijketenkanalen (echte
stereoverwerking).
(2) Gebruik de TRIGGER-regelaar in de expander
/ gate-sectie om de drempel te bepalen
waaronder de expansie begint, zodat signalen
onder de drempel in versterking worden
verminderd. Het instelbereik is van UIT tot
+10 dB.
(3) Als een signaal onder de ingestelde
waarde wordt aangelegd, gaat de rode
LED (uitbreiding aan) branden. Als de
signaalversterking boven de ingestelde
waarde ligt, licht de groene LED op.
(4) Om de expander / gate optimaal aan
het programmamateriaal aan te passen,
selecteert u met de RELEASE-schakelaar een
korte of lange releasetijd. Percussief materiaal
met weinig of geen nagalm wordt meestal
verwerkt met een korte releasetijd (schakelaar
niet ingedrukt). De lange releasetijd is de
beste keuze voor langzaam wegstervende
of sterk nagalmde signalen (schakelaar
ingedrukt).
(5) Met de GATE-schakelaar kunt u schakelen
tussen de uitbreiding (schakelaar niet
ingedrukt) en de poortfunctie (schakelaar
ingedrukt). Gebruik de poortfunctie om
signalen onder de drempel te dempen (bijv.
Ruis).
(6) Gebruik de THRESHOLD-regelaar om de
compressordrempel in te stellen van -40 tot
+20 dB.
(7) Deze drie LED's (alleen MDX2600) geven aan
of het ingangssignaal boven of onder de
ingestelde compressordrempel ligt. De gele
LED in het midden verwijst naar het IKA "soft
knee" -bereik (als IKA aan staat).
(8) Door het activeren van de SC EXT-schakelaar
wordt de verbinding tussen de signaalingang
en het compressorbesturingsgedeelte
onderbroken. Tegelijkertijd kan een extern
stuursignaal worden ingevoerd via de
SIDECHAIN RETURN-aansluiting op het
achterpaneel, waardoor de regeling van de
dynamische reductie van het ingangssignaal
wordt overgenomen.
(9) De SC MON-schakelaar verbindt het
sidechain-ingangssignaal met de audio-
uitgang, waardoor het audio-ingangssignaal
wordt gedempt. Hiermee kunt u bijvoorbeeld
het sidechain-signaal vooraf monitoren
in combinatie met een equalizer of ander
apparaat dat in het sidechain-kanaal is
gestoken.
(10) De RATIO-regeling bepaalt de verhouding
tussen input- en outputniveau met betrekking
tot alle signalen die de drempel overschrijden
met meer dan 10 dB. Hoewel de compressie
eerder begint, zorgt de IKA-karakteristiek
voor het soepele, onhoorbare begin van de
versterkingsreductie, en daarom wordt de
verhoudingswaarde alleen bereikt met 10
dB of meer boven de drempelwaarde. Het
kan traploos worden ingesteld van 1: 1 (geen
compressie) tot ∞: 1 (limiter).
Het 12-cijferige GAIN REDUCTION-display
(11)
(MDX4600: 8-cijferig) informeert u over de
huidige toegepaste versterkingsreductie (1
tot 30 dB).
(12) De LO CONTOUR-schakelaar activeert
een hoogdoorlaatfilter in het zijketenpad
en vermijdt zo het "pompende" effect
veroorzaakt door hoogenergetische
basfrequenties en hun invloed op het
compressieproces.
Gebruik de ATTACK-regelaar om te bepalen
(13)
wanneer de compressie wordt ingeschakeld
zodra het signaal de drempelwaarde heeft
overschreden (alleen MDX2600).
(14) Druk op de INTERACT KNEE-schakelaar om
van "harde knie" naar IKA-karakteristiek
te wisselen: ingangssignalen die de
drempel overschrijden met maximaal 10
dB worden verwerkt met een "zachte knie"
-karakteristiek. Boven 10 dB verandert de
regelkarakteristiek van "zachte knie" naar een
meer conventionele "harde knie" compressie.
(15) De AUTO-functie, die wordt geactiveerd
met de AUTO-schakelaar, schakelt de
ATTACK- en RELEASE-regelaars uit en leidt
deze tijdwaarden automatisch af uit het
programmamateriaal.
(16) De RELEASE-regelaar (alleen MDX2600)
stelt de tijd in waarop de oorspronkelijke 1:
1-versterking wordt bereikt, nadat het signaal
weer onder de drempel is gedaald.