Reinigen; Onderhoud; Repareren; Storingen Opheffen - Stihl WP 900.0 Gebrauchsanleitung

14 Reinigen

► Sla de waterpomp zodanig op, dat aan de vol‐
gende voorwaarden is voldaan:
– De waterpomp staat buiten het bereik van
kinderen.
– De waterpomp is schoon en droog.
– De opslagtemperatuur ligt tussen de -20 °C
en +60 °C.
► Als de waterpomp langer dan 30 dagen wordt
opgeslagen:
► Open de brandstoftankdop.
► Ledig de brandstoftank.
► Sluit de brandstoftank.
14 Reinigen
14.1 Waterpomp schoonmaken
► Schakel de motor uit.
► Laat de waterpomp afkoelen.
► Reinig de waterpomp met een vochtige doek
of STIHL harsoplosmiddel.
► Reinig de ventilatiesleuven met een kwast.
14.2 Aanzuigzeef schoonmaken
► Schakel de motor uit.
► Spoel de aanzuigzeef onder stromend water.

17 Storingen opheffen

17.1 Storingen van de waterpomp verhelpen
Storing
De motor kan niet
worden gestart.
0478-701-9909-C
Oorzaak
Er zit niet genoeg
brandstof in de
brandstoftank.
De carburator is te
heet.
De carburator is bev‐
roren.
De hoofdschakelaar
staat in positie 0.
Slechte, vervuilde of
oude brandstof in de
tank.
De bougiestekker is
van de bougie afge‐
koppeld of de ontste‐
kingskabel is niet
► Maak bij grovere vervuiling het onderste deel
van de aanzuigzeef (1) los van het bovenste
deel van de aanzuigzeef (2) door het linksom
te draaien en te verwijderen. Spoel het van
binnenuit met stromend water af.
14.3 Slangen reinigen
► Schakel de motor uit.
► Reinig de slangen met een vochtige doek.
► Spoel de slangen met water.

15 Onderhoud

15.1 Onderhoudsintervallen
Onderhoudsintervallen zijn afhankelijk van de
omgevings- en werkomstandigheden. STIHL
adviseert de volgende onderhoudsintervallen:
Motor
► Onderhoud de motor zoals in de gebruiksaan‐
wijzing van de motor beschreven staat.
Waterpomp
► Laat de waterpomp elk jaar door een STIHL
dealer controleren.

16 Repareren

16.1 Waterpomp repareren
De gebruiker kan de waterpomp niet zelf repare‐
ren.
► Als de waterpomp beschadigd is: gebruik de
waterpomp niet en neem contact op met een
STIHL dealer.
Oplossing
► Vul de tank van de waterpomp.
► Laat de waterpomp afkoelen.
► Laat de waterpomp opwarmen.
► Bedien de hoofdschakelaar.
► Gebruik recente merkbrandstof (loodvrije benzine).
► Reinig de carburator.
► Reinig de brandstofleiding.
► Reinig of vervang de bougie.
► Controleer de verbinding tussen bougiekabel en stek‐
ker.
Nederlands
161