Inhaltsverzeichnis
Werbung
6.3 Maaien met de grasvang-
Voor de montage van de gras-
bak (optie) (Afb. F)
vangbak
1. de opnames van de grasvang-
Grasvangbak alleen bij
G
A
bak
uitgeschakelde motor en
van de kooimesmaaier hangen
stilstaand snijgereedschap
en
ophangen.
2. de draagketting met de haak
Door de GARDENA grasvang-
aan het onderste deel van
bak te gebruiken behoeft U het
het frame hangen.
gemaaide gras niet bij elkaar
te harken.
7. Onderhoud en opslag
7.1 Onderhoud
Let op ! Als de oplaad-
A
Het onderhoud omvat werkzaam-
stekker in het apparaat
heden die de accu kooimes-
zit, kan het niet ingeschakeld
maaier in on-beschadigde toe-
worden.
stand houden.
Wij raden aan de accu direct na
Door regelmatige controle (zitten
het gebruik van de accumaaier
schroeven goed vast, breuken,
met het meegeleverde oplaad-
scheuren, beschadigingen) en
apparaat
het vervangen van beschadigde
op te laden.
of versleten onderdelen worden
eventuele ongevallen en het uit-
Belangrijk ! Als de accu lange
vallen van de maaier voorkomen.
tijd niet gebruikt wordt, wordt
de maximale laadcapaciteit
Reparaties mogen alleen
pas na meerdere opladingen
door de GARDENA technische
bereikt.
dienst of een door GARDENA
bevoegde vakman uitgevoerd
Als de accu volledig leeg is,
worden.
bijv. na lange tijd opgeslagen
te zijn zonder tussentijdse op-
Voor het instellen of
lading, dan wordt de maximale
A
schoonmaken moet de
laadcapaciteit pas na meerdere
accumaaier uitgeschakeld zijn
opladingen / ontladingen weer
en tegen per ongeluk aanzetten
bereikt.
beschermd worden. Daartoe
Q
moet de sleutelschakelaar
Het apparaat niet direct
A
uit het contactslot van de kooi-
na gebruik of verwarmd
mesmaaier getrokken worden.
door de zon opladen. Eerst
laten afkoelen.
7.2 De accu (Afb. E / G)
Stel de accu tijdens het op-
Laden van de accu
laden niet bloot aan direct
zonlicht.
Aanwijzing : De accu
A
mag uitsluitend met het
Laadt de accu nooit op in de
mee-geleverde oplaadapparaat
omgeving van zuren en licht
opgeladen worden. Als u een
ontvlambare materialen.
ander ooplaadapparaat ge-
Brandgevaar !
bruikt, kan dat tot materiële
Aanwijzing : Wacht u niet met
of persoonlijk schade leiden.
het opladen van de accu tot de
Bij gebruik van vreemde op-
accu volledig leeg is.
laadapparaaten vervallen alle
garantieaanspraken en garan-
Laad de accu op een droge
ties van de fabrikant.
plaats als volgt (Afb. G) op:
1. Open de afdekking van de
N
accu
34
Aanwijzing : De hoogte van
de grasvangbak kan via de
haak aan de ketting ingesteld
H
in die opnamehaken
worden.
Een vereiste voor een goed
opvangresultaat is dat de accu-
maaier stapvoets wordt voort-
bewogen.
2. Trek de sleutelschakelaar
uit het contactslot.
3. Steek de stekker
laadapparaat in de laadbus
4. Steek dan de netstekker
van het oplaadapparaat in het
stopcontact.
5. Om verder te kunnen maaien
J
gedurende 24 uur
moet na het laden de sleutel-
schakelaar weer in het contact-
slot gestoken en de afdekking
van de accu gesloten worden.
Aanwijzingen :
De laadbus moet tegen vuil
.
en vocht beschermd worden.
Als de accu zo ver leeg is,
.
dat de accumaaier automa-
tisch uitgeschakeld wordt
(leegloopbescherming),
dan bedraagt de oplaadtijd
24 uur.
Accu direct met de GARDENA
oplaadkabel opladen
(Art.nr. 4040-00.900.01 –
te bestellen via uw GARDENA
handelaar)
1. Haal de accu eraf (zie onder
„Vervangen van de accu").
2. Steek de bus van de oplaad-
kabel in de stekker van het
oplaadapparaat
3. Verbindt de pluspool (+) van
de accu met de rode klem en
de minuspool (–) met de
zwarte klem.
4. Steek vervolgens het oplaad-
apparaat in een 230 V-wissel-
stroom contactdoos.
5. Maak de verbindingen na het
beëindigen van het opladen
.
los in de omgekeerde volgorde.
N
6. Plaats de accu weer in de
maaier (zie onder „Vervangen
van de accu").
Verzorging
Belangrijk ! Als de accu lange
tijd niet gebruikt wordt, dan dient
deze minimaal een keer per half
jaar opgeladen te worden om
de volle capaciteit de behouden.
Vervangen van de accu (Afb. E)
Als de accu helemaal leeg is
of niet meer kan worden opge-
laden, moet hij vervangen wor-
den. U kunt een nieuwe accu
Q
aanschaffen onder artikel-
nummer 4040 - 00 . 600 . 20 bij
K
van het
uw GARDENA handelaar.
L
.
M
Om de accu te vervangen gaat
u als volgt te werk:
1. Schakel de kooimesmaaier
uit.
2. Open de afdekking van de
N
accu
.
3. Beveilig de kooimesmaaier
tegen per ongeluk inschakelen
door de sleutelschakelaar uit
het contactslot te trekken.
4. Haal de accu er uit; let daarbij
op de plaats van de accu.
5. Trek de platte steekhuls
van de platte stekker
6. Plaats een nieuwe accu op de
juiste plaats volgens Afb. E1
in de behuizing.
7.
Belangrijk ! Let op + / –
A
polen en de kleurcode-
ring van de platte steek-
hulzen !
Steek de rode platte steek-
huls op de met plus (+) ge-
markeerde platte stekker en
de zwarte platte steekhuls
op de met min (–) gemarkeer-
de platte stekker.
8. Gooi de oude accu niet weg
K
.
maar volg de aanwijzingen
in hoofdstuk „Weggooien,
recycling van de accu".
7.3 De accu kooimesmaaier
Schoonmaken
Wegens gevaar voor licha-
A
melijk letsel of materiële
schade: Maak de kooimes-
maaier nooit schoon onder
stromend water en zeker niet
onder hoge druk.
Na het gebruik het apparaat
met een vochtige doek afnemen.
Kooimes en ondermes met een
laagviscose olie (bijv. spray-olie)
inspuiten.
Onderhoud
Aanwijzing : Zorg er voor, dat
alle moeren, bouten en schroe-
ven vast aangetrokken zijn en
het apparaat zich in een veilige
werksituatie bevindt.
Versleten en beschadigde
onderdelen om veiligheids-
technische reden alleen door
de GARDENA Service of de
geautoriseerde vakhandel
laten vervangen.
Ter voorkoming van verwondin-
gen aan personen en schade
aan het apparaat raden wij aan
O
de accu kooimesmaaier in de
P
af.
herfst te laten controleren, zodat
hij het volgende maaiseizoen
weer gebruiksgereed is.
Opslag
Berg de kooimesmaaier op een
droge, vorstvrije, koele plaats
op. De opbergplaats moet on-
toegankelijk zijn voor kinderen.
Tip : De zelfontlading is bij lagere
temperaturen geringer.
N
7.4 Snijgereedschap nastellen
(Afb. H)
Het snijwerk van uw kooimes-
maaier is op de fabriek optimaal
ingesteld. Als de maaisnede na
langer gebruik onnauwkeurig
wordt, kunt u de ondermesinstel-
ling als volgt corrigeren:
1. Schakel de kooimesmaaier uit
en beveilig deze tegen per
ongeluk inschakelen door de
sleutelschakelaar uit het con-
tactslot te trekken.
2. Schuif de meegeleverde voe-
R
lermaat
op de linkerzijde
tussen een mes van het kooi-
mes en het ondermes.
S
3. Draai de inbusbout
met een
10 mm steeksleutel naar rechts
tot de voelermaat er licht tegen
aandrukt. Herhaal dit aan de
rechter zijde van de maaier.
4. Draai nu het kooimes als proef
rond; hij mag met geen van
de vijf messen het ondermes
aanraken.
Let op ! Wees bijzonder
A
voorzichtig bij het han-
teren van het snijgereed-
schap (gevaar op snijden!).
Draag werkhandschoenen
als bescherming.
5. Als de messen zijn ingesteld,
met een stuk krantenpapier
een snijtest uitvoeren (Afb. I).
6.
Belangrijk ! Let op + / –
A
polen en de kleurcode-
ring van de platte steek-
hulzen !
Steek de rode platte steek-
huls op de met plus (+) ge-
markeerde platte stekker en
de zwarte platte steekhuls
op de met min (–) gemarkeer-
de platte stekker.
Let er daarbij op dat de
steekhulsen op de juiste
wijze bevestigd worden.
35
Werbung
Inhaltsverzeichnis
