Luchtafvoer; Evacuatie-Instructies - Airwell FDMX-050N-09M25 Betriebs Und Installationsanleitung

Luchtafvoer

Voorbereidingen en voorzorgsmaatregelen
Lucht en vreemde stoffen in het koelmiddelcircuit kunnen
abnormale drukverhogingen veroorzaken, die de airconditioner
kunnen beschadigen, de efficië ntie ervan kunnen verminderen en
letsel kunnen veroorzaken. Gebruik een vacuü mpomp en een
manometer om het koelmiddelcircuit te evacueren, waarbij
niet-condenseerbaar gas en vocht uit het systeem wordt
verwijderd.
Evacuatie moet worden uitgevoerd bij de eerste installatie en
wanneer de unit wordt verplaatst.
VOORDAT DE
UITGEVOERD
Controleer of de verbindingsbuizen tussen de
binnen- en buitenunits goed zijn aangesloten.
Controleer of alle bedrading goed is aangesloten.

Evacuatie-instructies

1. Sluit de laadslang van de manometer aan op de servicepoort
van de lagedrukklep van de buitenunits.
2. Sluit een andere laadslang van het verdeelstuk aan op de
vacuü mpomp.
3. Open de lagedrukzijde van de manometer. Houd de
hogedrukzijde gesloten.
4. Schakel de vacuü mpomp in om het systeem te evacueren.
5. Laat het vacuü m ten minste 15 minuten lopen, of totdat de
compoundmeter -76cmHG (-10
Manometer
Samenstellingsmaat
-76cmHg
Lage drukventiel
Drukslang / Laadslang
Lage drukventiel
6. Sluit de lagedrukzijde van de manometer en schakel de
vacuü mpomp uit.
7. Wacht 5 minuten en controleer dan of er geen verandering
in de systeemdruk is opgetreden.
EVACUATIE WORDT
5
Pa) afleest.
Manometer
Hogedrukventiel
Laadslang
Vacuü mpomp
8. Als er een verandering in de systeemdruk is, raadpleeg
dan het hoofdstuk Gaslekcontrole voor informatie over
hoe u kunt controleren op lekkages. Als er geen
verandering in de systeemdruk is, draai dan de dop los.
9. van het verpakte ventiel (hogedrukventiel). Steek de
zeskantsleutel in het ingepakte ventiel (hogedrukventiel)
en open het ventiel door de sleutel in een 1/4 slag tegen
de klok in te draaien. Luister of er gas uit het systeem
komt en sluit het ventiel na 5 seconden.
10. Let op de manometer voor een minuut om er zeker van te
zijn dat er geen verandering in de druk optreedt. De
manometer moet iets meer dan de atmosferische druk
aflezen.
11. Verwijder de laadslang van de servicepoort.
ventiellichaam
12. Open met behulp van een zeskantsleutel zowel de
hogedruk- als de lagedrukventielen volledig.
13. Draai de ventieldopjes op alle drie de kleppen
(servicepoort, hoge druk, lage druk) met de hand vast.
Indien nodig kunt u deze met een momentsleutel verder
aandraaien.
VENTIELSTELEN VOORZICHTIG
OPENEN
Draai bij het openen van de klepstelen de zeskantsleutel tot
deze tegen de stop aankomt. Probeer de klep niet te forceren
om verder te openen.
Fakkelmoer
Cap
ventielstang
◀ Pagina 36 ▶