Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Service En Onderhoud - Briggs & Stratton 2691251-01 Bedienungsanleitung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 48

SERVICE EN ONDERHOUD

Veilig omgaan met benzine
1. Doof alle sigaretten, sigaren, pijpen en andere
ontstekingsbronnen.
2. Gebruik uitsluitend houders die zijn goedgekeurd om
benzine te bevatten.
3. Verwijder nooit de brandstofdop en vul nooit brandstof
bij terwijl de motor draait. Laat de motor afkoelen vóór u
benzine bijvult.
4. Vul de machine nooit binnenshuis bij.
5. Berg de machine of de benzinehouder nooit op in een ruimte
met een open vlam of waakvlam, zoals in de buurt van een
watergeiser of ander toestel.
6. Vul houders nooit in een voertuig of in een laadbak met
plastic bekleding. Plaats houders steeds op de grond en uit
de buurt van uw voertuig voor u ze vult.
7. Haal toestellen die op benzine werken van de vrachtwagen
of aanhangwagen en vul ze op de grond bij. Als dat niet
mogelijk is, vult u de toestellen op een aanhangwagen
bij met een draagbare houder in plaats van met een
benzinepomppistool.
8. Houd het mondstuk steeds in contact met de rand van de
brandstoftank of houder tot het bijvullen is voltooid. Gebruik
geen voorzieningen die het mondstuk vanzelf open houden.
9. Als u brandstof op uw kleding hebt gemorst, trek dan
onmiddellijk iets anders aan.
10. Doe de brandstoftank nooit te vol. Breng de dop weer aan
en draai ze stevig vast.
11. Wees extra voorzichtig bij de omgang met benzine en
andere brandstoffen. Zij zijn ontbrandbaar en de dampen
zijn ontplofbaar.
12. Als u brandstof hebt gemorst, mag u de motor niet proberen
te starten maar verplaatst u de machine weg van de plaats
waar u hebt gemorst en vermijdt u het creëren van elke
mogelijke ontstekingsbron tot de brandstofdampen zijn
vervlogen.
13. Breng de dop van de brandstoftank en van de
brandstofhouder weer stevig aan.
Onderhoud
1. Laat het toestel nooit draaien in een gesloten ruimte waar
zich koolmonoxidedampen kunnen verzamelen.
2. Zorg ervoor dat alle moeren en bouten, in het bijzonder de
bevestigingsbouten van de maaibladen, goed vastzitten en
houd het toestel in een goede toestand.
3. Knoei nooit met de veiligheidsvoorzieningen. Controleer
regelmatig of de veiligheidsvoorzieningen naar behoren
functioneren en voer de nodige reparaties uit als ze niet naar
behoren werken.
4. Zorg ervoor dat zich geen gras, bladeren en ander
afvalmateriaal opstapelen of afzetten in en op het toestel.
Neem gemorste olie of brandstof op en verwijder alle met
brandstof doordrenkte afval. Laat de machine afkoelen voor
u ze opbergt.
5. Als u een voorwerp raakt, stopt u en inspecteert u de
machine. Herstel indien nodig alvorens opnieuw te starten.
6. Voer nooit aanpassingen of herstellingen uit terwijl de motor
draait.
7. Inspecteer veelvuldig de onderdelen van de grasopvangzak
en afvoerbescherming en vervang waar nodig door
onderdelen die door de fabrikant worden aanbevolen.
8. Maaibladen zijn scherp. Omwikkel de bladen of draag
handschoenen en wees extra voorzichtig wanneer u aan de
maaibladen werkt.
9. Controleer veelvuldig de remwerking. Regel bij en herstel
waar nodig.
10. Houd de veiligheids- en instructielabels in goede staat of
vervang ze waar nodig.
12
11. Verwijder de brandstoffilter niet wanneer de motor warm
is want gemorste brandstof kan ontbranden. Spreid
de klemmen van de brandstofleiding niet verder dan
noodzakelijk. Zorg ervoor dat de klemmen de leidingen
stevig op de filter geklemd houden na de installatie.
12. Gebruik geen benzine die METHANOL bevat, geen gasohol
met meer dan 10% ETHANOL en ook geen benzine-
additieven of superbenzine want daardoor kan de motor of
het brandstofsysteem beschadigd worden.
13. Als u de brandstoftank leeg moet laten lopen, moet u dat in
de open lucht doen.
14. Vervang defecte knaldempers/knalpotten.
15. Gebruik uitsluitend door de fabrikant toegelaten
reserveonderdelen wanneer u herstellingen uitvoert.
16. Houd u altijd aan de specificaties van de fabrikant voor
instellingen en bijregelingen.
17. Doe voor grote onderhoudsbeurten en herstellingen
uitsluitend een beroep op erkende servicepunten.
18. Probeer nooit grote herstellingen aan dit toestel uit te voeren
tenzij u daarvoor de nodige opleiding hebt genoten. Onjuiste
onderhouds- en herstellingsprocedures kunnen leiden tot
gevaar tijdens het gebruik, beschadiging van het toestel en
het vervallen van de fabrieksgarantie.
19. Bij maaiers met meerdere bladen moet u goed oppassen
want als u een blad laat draaien kan dat andere bladen doen
draaien.
20. Wijzig de toerenregelaar van de motor niet en drijf de motor
evenmin op. De motor gebruiken met een te grote snelheid
kan het risico op persoonlijke letsels doen toenemen.
21. Schakel de aandrijfappendages uit, zet de motor uit, haal de
starter uit het contact en maak de ontstekingsbougiekabel(s)
los: alvorens blokkeringen van de appendages en de
afvoertrechter te verwijderen, onderhoud of reparaties uit
te voeren, een voorwerp te raken of wanneer de machine
abnormaal trilt. Wanneer u een voorwerp hebt geraakt,
inspecteert u de machine op schade voor u ze opnieuw start
en ze gebruikt.
22. Blijf met uw handen altijd uit de buurt van bewegende
onderdelen, zoals de koelventilator van de hydropomp,
wanneer de zitmaaier draait. (De koelventilator van de
hydropomp bevindt zich normaal op de bovenkant van de
aandrijfas).
23. Toestellen met hydraulische pompen, leidingen en motoren:
WAARSCHUWING: Hydraulische vloeistof die onder
druk ontsnapt kan voldoende kracht hebben om door de
huid te dringen en ernstige verwondingen te veroorzaken.
Als lichaamsvreemde vloeistof onder de huid terecht is
gekomen, moet ze binnen de paar uren chirurgisch worden
verwijderd door een arts die vertrouwd is met dit soort
letsels. Anders kan gangreen (koudvuur) optreden. Blijf
met uw lichaam en handen uit de buurt van de pengaten of
vulopeningen die hydraulische vloeistof onder hoge druk
uitstoten. Gebruik papier en karton in plaats van uw handen
om lekken op te sporen. Controleer of alle hydraulische
vloeistofaansluitingen goed dicht zijn en alle hydraulische
slangen en leidingen in goede staat verkeren voor u het
systeem onder druk zet. Als er lekken optreden, laat u uw
machine onmiddellijk door een erkend verdeler herstellen.
24. WAARSCHUWING: De foutieve ontspanning van veren kan
tot ernstige lichamelijke verwondingen leiden. Veren moeten
door een bevoegd technicus worden verwijderd.
25. Modellen die zijn uitgerust met een motorradiator:
WAARSCHUWING: Om ernstig lichamelijk letsel door
warme koelvloeistof of ontsnappende stoom te voorkomen,
mag u de dop van de radiator nooit proberen verwijderen
terwijl de motor draait. Leg de motor stil en wacht tot hij is
afgekoeld. Zelfs dan moet u nog erg voorzichtig zijn wanneer
u de dop verwijdert.

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis