Inhaltsverzeichnis
Werbung
CONTROLEREN VAN DE KETTING
AFSTELLING
1.
Start de tractor motor en hef de machine geheel
op met de hefkwadrant hefboom van de tractor.
2.
Schakel de motor uit.
3.
De lengte van de rechter hefstang van de
tractor aanpassen om de hoofd dwarsbalk
horizontaal te krijgen.
4.
Meet de hoogte van de dwarsbalk van de grond
aan ieder uiteinde om te controleren of de
machine horizontaal staat.
5.
De lengte van de borgkettingen aanpassen
zodat de speling minimaal is als de tractor
armen in de hoogste stand staan. Dit voorkomt
te sterk uitscharen van de machine tijdens het
transport.
N.B.: Wanneer er borgkettingen aan de buitenkant van
de tractor gemonteerd zijn, dienen ze zodanig
afgesteld te worden dat geen enkel deel van de
hefarmen de hydraulische pomp of enig ander deel
kan hinderen terwijl de machine in de maaistand staat.
Dit zal te sterk uitscharen van de machine voorkomen
tijdens het transport.
DEFINITIEVE AFSTELLING VAN DE
BOVENSTE KOPPELING
Voor deze afstelling kan worden gemaakt, moet de
maaihoogte van alle drie de eenheden exact worden
afgesteld als de machine op een horizontale, harde
ondergrond staat (zie pagina 23). Het 'A' frame moet
verticaal staan.
Op het terrein dat gemaaid moet worden de eerste
keer een strook van ca. 20 meter maaien. Bekijk het
maairesultaat nauwkeurig over de breedte van de
strook. Waarschijnlijk maaien de 2 voorste eenheden
dieper dan de achterste eenheid. Voor een gelijkmatig
maairesultaat zonodig de bovenste verbindingsstang
1½ tot 2 slagen verlengen.
Belangrijk: De bovenste verbindingsstang verlengen
met niet meer dan 3 slagen; als er meer slagen nodig
zijn geeft dit aan dat de maaihoogte instellingen van
de eenheid in het begin niet gelijkmatig waren.
Alle verdere wijzigingen aan de maaihoogte hebben
geen invloed op de lengte van de bovenste
verbindingsstang maar het is belangrijk dat de
eenheden worden afgesteld met afstandsringen
tussen de grond en het onderste blad. De bovenste
verbindingsstang moet worden ingekort tot zijn
oorspronkelijke lengte, d.w.z. tot de spanschroef in
contact komt met de wormklem. Nadat de maaihoogte
op deze manier opnieuw is ingesteld moet de bovenste
verbindingsstang weer evenveel worden verlengd.
Downloaded from
www.Manualslib.com
NL
manuals search engine
FR
REGLAGE DES CHAINES D'ARRET
1.
Mettez en route le moteur du tracteur. Soulevez
au maximum la tondeuse en utilisant le levier
secteur de levage du tracteur.
2.
Arrêtez le moteur.
3.
Ajustez la longueur de la tringle de levage droite
du tracteur afin d'amener la traverse principale
de la tondeuse à l'horizontale.
4.
Mesurez la hauteur de la traverse au-dessus du
niveau du sol, à chaque extrémité, pour vous
assurer que la machine est bien à l'horizontale.
5.
Réglez la longueur des chaînes d'arrêt afin de
minimiser le mou lorsque les bras du tracteur
sont en position de relevage maximum. Cela
permet d'éviter les oscillations excessives de la
tondeuse lors du transport.
REMARQUE : Si le tracteur est équipé de chaînes
d'arrêt externes, celles-ci doivent être ajustées de
manière à ce qu'aucune partie des bras de relevage
ne risque de heurter la pompe hydraulique ou un
raccord quelconque lorsque la machine se trouve en
position de coupe. Cette précaution permettra d'éviter
des oscillations excessives de la machine en cours de
transport.
REGLAGE FINAL DES TRINGLES
SUPERIEURES
Avant d'effectuer ce réglage, ajustez avec précision la
hauteur de coupe des trois éléments de coupe sur une
surface horizontale et dure (consultez la page 23). Le
cadre A doit être à la verticale.
Procédez à une première tonte sur une longueur
d'environ 20 mètres dans la zone à tondre. Examinez
avec soin la qualité de la coupe sur toute la largeur de
tranchage. Il est probable que les deux unités avant
coupent plus bas que les éléments arrière. Le cas
échéant, allongez de 1,5 à 2 tours la tringle supérieure
pour obtenir une coupe homogène.
IMPORTANT: n'allongez pas de plus de 3 tours la
tringle supérieure. Si un ajustement de plus de 3 tours
s'avère nécessaire, cela indique en fait que les
réglages initiaux de hauteur des éléments n'étaient
pas identiques.
Les changements ultérieurs de hauteur de coupe
n'affecteront pas la longueur de la tringle supérieure.
Mais si le réglage des éléments de coupe fait appel à
des entretoises insérées entre le sol et la lame
inférieure, il est important de raccourcir la tringle
supérieure et de la ramener à sa longueur d'origine,
c'est-à-dire d'amener la boucle au contact du collier à
vis. Après avoir procédé à un nouveau réglage de la
hauteur de coupe en utilisant cette méthode, il faut de
nouveau allonger dans les mêmes proportions la
tringle supérieure.
GB-F-NL-23
Werbung
Inhaltsverzeichnis
