Werbung
3. Het toestel niet aan de werking van regen of vocht blootstellen.
Doordringen van water in het toestel verhoogt het risico van elektrocutie.
4.Voor de voedingsleiding zorgen. De leiding nooit gebruiken om het
toestel te verplaatsen, te trekken of de stekker van het contact te trekken.
De voedingsleiding tegen de werking van warmte, olie, scherpe randen of
bewegende onderdelen van het toestel beschermen. Een beschadigde of
verwikkelde leiding verhoogt het risico van elektrocutie.
5.Wanneer u buitenshuis met elektrisch gereedschap werkt, dient u alleen
verlengkabels te gebruiken die voor gebruik buitenshuis zijn goedgekeurd.
Het gebruik van een voor gebruik buitenshuis geschikte verlengkabel
beperkt het risico van een elektrische schok.
Veiligheid van personen
1.Voorzichtig zijn. Met gezond verstand en voorzichtig werken. Het toestel
niet gebruiken indien men moe is, onder invloed van geneesmiddelen,
alcohol of andere verdovingsmiddelen (bv. drugs). Onoplettendheid kan
letsel veroorzaken.
2. Gebruik tijdens het werk persoonlijke beschermingsmiddelen: bril,
gehoorbescherming 10dB, adembescherming, aanbevolen kleiding.
Het dragen van de beschermingsmiddelen die aan bepaald werk met het
elektrische gereedschap is aangepast, vermindert het risico van
verwondingen.
3.Ongewenst inschakelen vermijden
Zorg ervoor dat de schakelaar in het uit- stand is, voordat de stekker in het
stopcontact wordt ingeschakeld. Het inschakelen van het gereedschap aan
het net, het verplaatsen ervan terwijl de vinger op de schakelaar blijft, kan
een ongeluk veroorzaken.
4.Verwijder instelgereedschappen of schroefsleutels voordat u het
elektrische gereedschap inschakelt. Een instelgereedschap of sleutel in
een draaiend deel van het gereedschap kan tot verwondingen leiden.
5.Probeer in geen onnatuurlijke positie te werken.
De positie tijdens werk moet voor evenwicht en stabiliteit zorgen.
Dat garandeer betere beheersing van het gereedschap.
6.Draag geschikte kleding. Draag geen loshangende kleding of sieraden.
Omschrijving van het apparaat (Afb. A)
Afb. A: 1.Bevestigingsklemmen, 2.Opening in de behuizing voor
bevestiging van een vaste haak, 3.Hendel van eindschakelaar, 4.Bumper
van eindschakelaar, 5.Vaste haak met kabel, 6.Schakelaarknop, 7.Hendel
van de schakelaar met het voedingssnoer
3. Bestemming van het toestel
Elektrische takel is een technologisch geavanceerd apparaat geschikt voor
verticaal hijsen van objecten met een gewicht bepaald in de technische
gegevens en geschikt voor het takelmodel. De gebruiksprocedure wordt
later in de Gebruiksaanwijzing omschreven.
4. Beperking van het gebruik
De takel mag uitsluitend worden gebruikt in overeenstemming met het
hieronder omschreven "Toegelaten werkomstandigheden." Het ontwerp en
de constructie van de takel voorziet geen gebruik ervan voor
commerciële/professionele doelen. Het apparaat wordt bedoeld voor doe-
het-zelfmarkt of huishoudelijk gebruik. Zelfstandige wijzigingen in de
mechanische en elektrische constructie, alle aanpassingen en handelingen
die niet in de Gebruiksaanwijzing worden omschreven worden beschouwd
als onrechtmatig en leiden tot onmiddellijk verlies van de Garantierechten
en de Conformiteitsverklaring vervalt. Het oneigenlijk gebruik of gebruik
niet volgens de Gebruiksaanwijzing veroorzaakt onmiddellijk verlies van de
Garantierechten en de en laat de Conformiteitsverklaring vervallen.
TOEGELATEN BEDRIJFSVOORWAARDEN
S3 20% - continu werk
Werktijd 2 min – uitschakeling, pauze 8 min.
Het is toegestaan de takel enkel in gesloten ruimtes te gebruiken
5. Technische gegevens
Model
Bedrijfsspanning
Motor
Nominaal motorvermogen
Maximale werkbelasting
Maximale werkbelasting met takelblok
Hijssnelheid
Hijssnelheid met takelblok
Maximale hijshoogte
Maximale hijssnelheid met takelblok
Lengte van de takelkabel
Diameter van de takelkabel
Gewicht
Beschermingsklasse
Drukniveau
Meetonzekerheid K
6. Op bedrijf voorbereiden
Elektrische takel is zo ontworpen dat de bevestiging (ophangen) op de
draagbalk is vereist.
Hiervoor zijn twee machines en vier schroeven M10 geschikt die een
integraal onderdeel van de machine zijn. De bevestigingsklemmen moeten
van boven op de balk worden aangebracht
A045110
A045120
230 V, 50 Hz
Inductiemotor een fase
1050W
1200W
300kg
400kg
600kg
800kg
10 m/min
5 m/min
12m
6m
12,5m
4,5mm
5mm
18,6 kg
19,5 kg
IP 54
<70 dB
58 dB
3dB
Plaats de bevestigingsklemmen op de bovenste balk (het kan een pijp zijn,
vierkante profiel) en draai met de schroeven aan de takelbehuizing zo vast
dat de takel niet verschuibaar op de balk is.
LET OP
De sterkte van de draagbalk waarop de takel is aangebracht
moet door een deskundige worden berekend.
De takelconstructie voorziet geen bevestiging aan de ondergrond en
toepassing van de katrol. De takel MOET met de behuizing aan de
draagbalk worden bevestigd. Na de bevestiging van de takel op de balk
dient de juiste kabelwikkeling op de trommel worden gecontroleerd (Afb.
B). De kabel moet spoel naast spoel met een sprong worden opgerold die
met de diameter van kabel overeenkomt. Elke andere oprollen van de
kabel d.w.z. te los of gekruist is niet correct.
De op de draagbalk aangebrachte zoals omschreven elektrische takel kan
worden aangezet. De schakelaar van de takel en de bedieningsknop
bevinden zich in het gele hendel die met een snoer met de motor is
gekoppeld. Het indrukken van de bovenste bedieningsknop in
overeenstemming met de pijp "omhoog" veroorzaakt dat de kabel op de
trommel wordt gewikkeld en de haak opgehesen. Het indrukken van de
knop in overeenstemming met de pijl "omlaag" veroorzaakt dat de haak
wordt gedaald. De vrijlating van de druk op enig van de schakelaars
veroorzaakt de onmiddellijke stopzetting van de machinemotor. De takel is
aanvullend voorzien van twee eindschakelaars. Het is een beveiliging
tegen te hoog ophijsen van de lading. Het indrukken van de opgehesen
lading op de schakelaararm veroorzaakt onmiddellijk stopzetten van de
werking.
VERRICHT VOOR HET WERK VOLGENDE WERKZAAMHEDEN:
Controleer zonder de belasting de juiste besturing van de richtingen door
de
schakelaar
knoppen
te
overeenstemming met de pijlen op de schakelaar behuizing verlopen.
Nadat de haak de bovenste positie heef bereikt, moet de onderbreker
activeren door de motor te onderbreken.
De takel A045110 met de lading 325 kg en de takel A045120 met de lading
425 kg belasten, hijs dan de lading op de hoogte van 10 cm en laat in die
positie 10 min. lang hangen.
De lading moet de hele tijd op die hoogte blijven hangen.
7. Aan het netwerk aansluiten
Vooraleer het toestel aan een elektriciteitsbron wordt aangesloten
controleren of de voedingsspanning met de op de typeplaat weergegeven
waarde correspondeert.De voedingsinstallatie van het toestel dient te
worden uitgevoerd in overeenstemming met belangrijkste vereisten
betreffende de elektrische installatie en dient aan de veiligheidseisen voor
gebruik te voldoen. De parameters van de minimale diameter van de
voedingskabel en de minimale waarde van de zekering afhankelijk van het
vermogen van het toestel worden in de onderstaande tabel weergegeven.
De installatie dient door een bevoegde elektricien te worden uitgevoerd. Bij
gebruik van verlengkabels dient men te controleren of de diameter van de
draad niet kleiner dan vereist is (zie tabel). De elektrische kabel zo
plaatsen dat hij tijdens bedrijf niet doorgesneden kan worden. Geen
beschadigde verlengkabels gebruiken.De technische toestand van de
voedingskabel periodiek controleren. Aan de voedingskabel niet trekken.
Het vermogen van
De minimale
het toestel [W]
leidingdiameter
[mm2]
<700
0,75
700÷1400
1
1400÷2300
1,5
>2300
2,5
8.Gebruik van het toestel
De in
dit
hoofdstuk
omschreven instelhandelingen altijd bij
losgekoppeld stekker uitvoeren. Eerst na afgeronde instelhandelingen
schakel de het apparaat in.
Na de uitvoering van alle in de vorige hoofdstukken omschreven
werkzaamheden kan de takel worden gebruikt. Ongeacht het model van de
takel is het mogelijk de waarde opgehesen last te verdubbelen. Hiervoor is
de katrol met de haak als extra meegeleverde toebehoren. Bij het gebruik
ervan zoals op (Afb. C) wordt met het model A045110 de last van 300/600
kg en met het model A045120 de last 400/800 kg opgehesen.
De bijkomende haak met katrol moet op de takelkabel worden
aangebracht. Hiervoor moet de bout worden verwijderd die de katrol met
de haak verbindt (pen uitschuiven). Zet daarna de kabel door een katrol en
installeer de haak door deze met de bout te verbinden en de pen te
vergrendelen (zie Afbeelding nr. 3 hierboven - aanvullende tabel). Verbind
de vast op de kabel gekoppeld haak in de opening van de takelbehuizing
en op de bijkomende haak met katrol die voorheen opgehangen lading die
gehesen moet worden.
LET OP
Het gebruik van een aanvullende katrol verhoogt aan de ene
kant het belastingvermogen en verlaagt aan de andere kant de
maximale hijshoogte en vermindert met de helft de hijssnelheid.
SPECIALE INSTRUCTIES BETREFFENDE VEILIGHEID
Controleer dat de kabel correct op de trommel met de sprong
overeenkomst de diameter is gewikkeld. (Afb.B). Let op de maximale
belasting opgegeven op het typeplaatje van de takel en in de technische
drukken.
De
beweging
moet
De minimale waarde
van de zekerheid
type C [A]
6
10
16
16
in
Werbung
