Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Voorschriften; Transport; Montage; Opstelling - Bosch SW 120 1 Installations- Und Wartungsanleitung Für Den Fachmann

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 8
3

Voorschriften

Installeer de warmwaterboiler conform de nationale normen en richtlij-
nen. Deze warmwaterboiler dient door een bevoegd installateur te wor-
den geplaatst. Hij dient zich te houden aan de geldende nationale en
plaatselijke voorschriften. In geval van twijfel dient hij zich te informeren
bij de officiële instanties of bij de nv Bosch Thermotechnology.
4

Transport

De verwarmingsspiraal is niet volledig vast gemonteerd,
daarom kunnen er klapperende geluiden tijdens het
transport van de boiler ontstaan. Dit is technisch zonder
bezwaar en betekent geen defect aan de boiler.
▶ Warmwaterboiler tijdens het transport beveiligen tegen vallen.
▶ Transporteer de verpakte boiler met steekkar en spanband
( afb. 5, pagina 57).
-of-
▶ Onverpakte boiler met transportnet transporteren, daarbij de aan-
sluitingen tegen beschadiging beschermen.
5

Montage

De boiler wordt compleet gemonteerd geleverd.
▶ Boiler op schade en volledigheid controleren.
5.1

Opstelling

5.1.1

Eisen aan de opstellingsplaats

OPMERKING: Schade aan de installatie door onvol-
doende draagkracht van het opstellingsoppervlak of
door een niet geschikte ondergrond.
▶ Waarborg dat het opstellingsoppervlak vlak is en vol-
doende draagkracht heeft.
▶ Boiler op een sokkel plaatsen wanneer het gevaar bestaat, dat op de
opstellingsplaats water op de vloer kan druppelen.
▶ Boiler droog en vorstvrij opstellen.
▶ Minimale hoogte van de ruimte ( tab. 8, pagina 55) en minimale
afstanden tot de wand in de opstellingsruimte respecteren
( afb. 7, pagina 57).
5.1.2

Boiler opstellen

▶ Boiler opstellen en uitlijnen ( afb. 8 en afb. 9, pagina 57).
▶ Teflonband of teflonkoord aanbrengen of vlakke dichting gebruiken
( afb. 10, pagina 58).
5.2

Hydraulische aansluiting

WAARSCHUWING: Brandgevaar door soldeer- en las-
werkzaamheden!
▶ Tref bij soldeer- en laswerkzaamheden de gepaste
veiligheidsmaatregelen, aangezien de warmte-isola-
tie brandbaar is, bijv. warmte-isolatie afdekken.
▶ Boilermantel na de werkzaamheden op schade con-
troleren.
SW 120, SW 160, SW 200, SW 300, SWE 200, SWE 300
WAARSCHUWING: Gevaar voor de gezondheid door
vervuild water!
Onzorgvuldig uitgevoerde montagewerkzaamheden ver-
vuilen het drinkwater.
▶ Installeer de boiler hygiënisch conform de landspeci-
fieke normen en richtlijnen.
5.2.1

Boiler hydraulisch aansluiten

Installatievoorbeeld met alle aanbevolen ventielen en kranen
( afb. 11, pagina 58).
▶ Gebruik installatiemateriaal dat tot 160 °C (320 °F) temperatuurbe-
stendig is.
▶ Geen open expansievaten gebruiken.
▶ Bij drinkwater-verwarmingsinstallaties met kunststof leidingen me-
talen koppelingen gebruiken.
▶ Aftapleiding conform de aansluiting dimensioneren.
▶ Bouw geen bochten in de aftapleiding in, anders kan de installatie
niet goed gespuid worden.
▶ Oplaadleidingen zo kort mogelijk uitvoeren en isoleren.
▶ Bij gebruik van een terugslagklep in de aanvoerleiding naar de koud-
waterinlaat: overstortventiel tussen terugslagklep en koudwaterin-
laat inbouwen.
▶ Wanneer de rustdruk van de installatie hoger dan 5 bar is, moet een
drukreduceerventiel aan de koudwaterleiding geïnstalleerd worden.
▶ Alle niet gebruikte aansluitingen afsluiten.
5.2.2

Overstortventiel inbouwen (bouwzijdig)

▶ Bouwzijdig een typebeproefd, voor drinkwater toegelaten, over-
stortventiel (DN20) in de koudwaterleiding inbouwen ( afb. 11,
pagina 58).
▶ Installatiehandleiding van het overstortventiel respecteren.
▶ De uitblaasleiding van het overstortventiel moet in het tegen bevrie-
zing beschermde gebied via een afwatering uitmonden, waarbij de
plaats vrij moet kunnen worden geobserveerd.
– De uitblaasleiding moet minimaal overeenkomen met de uitlaatdi-
ameter van de veiligheidklep.
– De uitblaasleiding moet minimaal het debiet kunnen afblazen, dat
in de koudwaterinlaat mogelijk is ( tab. 4, pagina 24).
▶ Instructiebord met de volgende tekst op de veiligheidsklep aanbren-
gen "Uitblaasleiding niet afsluiten. Tijdens het verwarmen kan be-
drijfsmatig water ontsnappen."
Wanneer de rustdruk van de installatie hoger wordt dan 80 % van de
aanspreekdruk van het overstortventiel:
▶ Drukreduceerventiel voorschakelen ( afb. 12, pagina 59).
Wateraansluit-
Activeringsdruk
druk
overstortventiel
(rustdruk)
6 bar
< 4,8 bar
5 bar
6 bar
8 bar
5 bar
8 bar
6 bar
7,8 bar
10 bar
Tabel 6 Keuze van een geschikte drukverminderaar
5.3

Warmwatertemperatuursensor monteren

Monteer de temperatuursensor voor de meting en controle van de warm-
watertemperatuur [7] op het meetpunt ( afb. 4, pagina 56).
▶ Temperatuursensor monteren ( afb. 12, pagina 59). Voor een
goed thermisch contact moet ervoor gezorgd worden, dat het sen-
sorvlak over de gehele lengte contact heeft met het dompelhulsvlak.
Voorschriften | 25
Drukreduceerventiel
In de EU
Buiten de EU
Niet nodig
Max. 4,8 bar
Niet nodig
Max. 5,0 bar
Niet nodig
Max. 5,0 bar
Niet nodig
6 720 818 553 (2016/05)

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis