Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Aquarea ADC0916xE8 serie Installationshandbuch Seite 31

Luft/wasser-hydromodul + speicher
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 65
VULLEN EN AFTAPPEN VAN
5
WATER
Zorg ervoor dat de installatie van alle leidingen juist is gedaan, voordat
onderstaande stappen worden uitgevoerd.
VULLEN MET WATER
Voor de warmtapwatertank
1. Zet de afvoer van de warmtapwatertank
"GESLOTEN"
Afvoer warmtapwatertank
2. Zet alle kranen / douche "OPEN".
3. Start met het vullen van de warmtapwatertank via de leidingaansluiting i.
Na 20 – 40 min zal er water uit de kranen / douche stromen.
Zo niet, neem dan contact op met uw lokale goedgekeurde dealer.
4. Controleer en zorg ervoor dat er bij de aansluitpunten van de slangen
geen lekkages zijn.
Voor ruimteverwarming / -koeling
1. Draai de knop op de uitlaat van de ontluchtingsklep c, tegen de wijzers
van de klok in, een volledige slag vanuit de gesloten positie.
Ontluchtingsklep c
2. Zet de handel van de overdrukklep d op "OMLAAG".
Hendel
Omhoog draaien
Overdrukklep d
3. Start met het vullen van water (met een druk van meer dan
0,1 MPa (1 bar)) in het circuit van de ruimteverwarming / -koeling via
de leidingaansluiting g. Stop met vullen als er water stroomt door de
afvoer van de overdrukklep
h
4. Zet de tankunit AAN en zorg ervoor dat waterpomp 2 draait.
5. Controleer en zorg ervoor dat er bij de aansluitpunten van de slangen
geen lekkages zijn.
AFTAPPEN VAN WATER
Voor de warmtapwatertank
1. Schakel de stroomvoorziening UIT.
2. Zet de afvoer van de warmtapwatertank
3. Open kranen / douche om de invoer van lucht mogelijk te maken.
4. Zet na het aftappen de afvoer van de warmtapwatertank
"GESLOTEN".
CONTROLEPUNTEN
6
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de stroomvoorziening uitgeschakeld is, voordat u een
van de volgende controles uitvoert.
CONTROLEER WATERDRUK
De waterdruk mag niet lager zijn dan 0,05 MPa (controle door de
waterdrukmeter f). Voeg zo nodig water toe in de tankunit (via de
leidingaansluiting g).
CONTROLEER OVERDRUKKLEP d
Controleer de juiste werking van de overdrukklep d door de hendel in
de horizontale positie te draaien.
op "GESLOTEN".
g
"OPEN"
g
Plug (één hele slag
tegen de wijzers
van de klok in
draaien)
Overdrukklep d
.
op "OPEN".
g
op
g
*(0,1 MPa = 1 bar)
Als u niet een klikkend geluid hoort (door het aftappen van water), neem
dan contact op met uw offi ciële leverancier ter plaatse.
Duw na de controle de hendel weer naar beneden.
Als het water uit de tankunit blijft lopen, schakel het systeem dan uit en
neem contact op met uw lokale goedgekeurde dealer.
CONTROLEREN VAN DE VOORDRUK VAN HET EXPANSIEVAT b
Voor ruimteverwarming / -koeling
Expansievat b met een capaciteit van 10 L lucht en een voordruk van
1 bar is in deze tankunit geïnstalleerd.
Totale hoeveelheid water in het systeem mag maximaal 200 L zijn. (Het
inwendige volume van de leidingen van de tankunit is ongeveer 5 L.)
Als de totale hoeveelheid water meer dan 200 L is, voeg dan nog een
expansievat toe. (ter plaatse te leveren)
Laat het installatiehoogteverschil van het watercircuit van het systeem
de 10 m niet overschrijden.
CONTROLEER AARDLEKAUTOMAAT
Het is belangrijk dat de aardlekautomaat op "ON" staat wanneer u de
aardlekautomaat controleert.
Schakel de stroomtoevoer naar de tankunit in.
Deze test kan alleen worden uitgevoerd als de tankunit is ingeschakeld.
WAARSCHUWING
Wees voorzichtig om geen andere onderdelen aan te raken dan de testknop
van de aardlekautomaat wanneer de stroomvoorziening naar de tankunit is
ingeschakeld. Anders zou u een elektrische schok kunnen krijgen.
Druk op de knop "TEST" op de aardlekautomaat. De hendel wijst naar
beneden en geeft "0" aan, als alles normaal functioneert.
Neem contact op met de offi ciële leverancier als de aardlekautomaat
niet goed functioneert.
Schakel de stroomtoevoer naar de tankunit uit.
Als de aardlekautomaat goed functioneert, zet u de hendel weer op
"ON'' wanneer de test is voltooid.
TESTRUN
7
1. Zorg ervoor dat vóór het uitvoeren van een test, alle punten hieronder
zijn gecontroleerd:
a) Leidingwerk is juist aangebracht.
b) Aansluitingen van elektrische bekabeling is juist uitgevoerd.
c) De tankunit is gevuld met water en geheel ontlucht.
d) Zet de stroomvoorziening pas aan nadat de tank volledig gevuld is.
e) Zet de verwarming ongeveer 10 min. aan, om te controleren of de
tank vol is.
2. Zet de stroomtoevoer naar de tankunit AAN. Zet de aardlekautomaat
in de "ON"-stand. Zie vervolgens de bedieningshandleiding voor de
werking van bedieningspaneel 1.
3. Voor een normale werking moet de waterdrukmeter f tussen
0,05 MPa en 0,3 MPa staan. Pas, als dat nodig is, de SNELHEID van
de waterpomp 2 aan, zodat de waterdruk binnen het normale bereik
komt. Als het aanpassen van de SNELHEID van de waterpomp 2
geen oplossing biedt voor het probleem, neem dan contact op met uw
lokale goedgekeurde dealer.
4. Na de test moet u de waterfi lterset 6 reinigen. Installeer dit weer nadat
u klaar bent met schoonmaken.
INSTELLEN CAPACITEITSINSTELLING VAN HET SYSTEEM
Voordat de tankunit in gebruik kan worden genomen, moet de
capaciteitsinstelling worden aangepast op de aangesloten buitenunit. Zie
de tabel hieronder voor details.
Model
Tankunit
Buitenunit
UX09*E8*
UX12*E8*
UX16*E8*
ADC0916*E8*
UD09*E8*
UD12*E8*
UD16*E8*
De capaciteitsinstelling kan worden ingesteld met bedieningspaneel 1.
Druk gedurende 5 seconden gelijktijdig op de knoppen SET en SERVICE.
1.
2. Druk op de / knop om het menu CAP RAN te selecteren.
3. Druk op de knop SELECT en druk vervolgens op de knop / om de
capaciteitsinstelling te veranderen en bevestig door op de knop SET
te drukken.
4. Druk op de CANCEL-knop en Exit om naar het beginscherm terug te gaan
Capaciteitsinstelling
9
12
16
9
12
16
31

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Wh-adc0916g9e8

Inhaltsverzeichnis