Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

IconBiT SMART SCOOTER Bedienungsanleitung Seite 44

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

4. SCOOTER VEILIGHEIDSVOORZORGSMAATREGELEN - LEZEN ABSOLUUT NOODZAKELIJK
EEN VAN DE VOLGENDE VEILIGHEIDSMAATREGELEN NIET NALEVEN MAG EN KAN LEIDEN TOT BESCHADIGING VAN UW SCOOTER, VERLIES VAN GARANTIE, SCHADE
AAN EIGENDOMMEN EN ERNSTIG LICHAMELIJK LETSEL EN / OF ZELFS DE DOOD VEROORZAKEN.
1. Draag de nodige veiligheids- en beschermende uitrusting, zoals eerder in de handleiding (hoofdstuk 3) genoemd voordat u de scooter in bedrijf neemt.
2. Draag comfortabele kleding en platte gesloten schoenen bij het bedienen van uw scooter.
3. Gelieve zorgvuldig de handleiding te lezen, deze helpt bij het verklaren van de fundamentele werkingsprincipes en geeft tips over hoe u het meeste van uw scooter geniet.
4. Voordat u op de scooter stapt: zorg ervoor dat het plat op een vlakke ondergrond geplaatst is, de stroom ingeschakeld is, en de bereid-indicator LED groen is. Stap niet
op als de bereid-indicator rood is.
5. Probeer uw scooter niet te openen of te modi ceren, omdat u dan de garantie verliest en ook storingen kan veroorzaken aan het apparaat welke tot ernstig lichamelijk
letsel of de dood leiden kunnen.
6. Gebruik de scooter niet om uzelf of iemand anders en hun eigendommen in gevaar brengen.
7. Gebruik de scooter niet terwijl u onder de invloed van drugs en / of alcohol bent.
8. Gebruik de scooter niet als u rusteloos of slaperig bent.
9. Gebruik uw verstand om gevaarlijke situaties met uw scooter te vermijden.
10. Rijd niet met de scooter van stoepranden en hellingen, en probeer niet met de scooter in een skatepark, een leeg zwembad, of op enigerlei wijze vergelijkbaar met
een skateboard te rijden. De scooter is GEEN skateboard.
11. Maak geen scherpe bochten, vooral niet bij hoge snelheid.
12. Niet continu ter plaatse draaien, dit zal leiden tot duizeligheid en u zal vallen en uzelf verwonden.
13. Maak geen misbruik van uw scooter, dit kan het toestel beschadigen en storingen veroorzaken aan het besturingssysteem waardoor letsel kan ontstaan.
14. Rijd niet in of in de buurt van plassen water, modder, zand, stenen, grind, puin of in de buurt van ruw en ruig terrein.
15. De scooter kan worden gebruikt op verharde wegen die vlak en even zijn. Als u oneven bestrating tegenkomt, til dan uw scooter op en langs de obstructie.
16. Rijd niet bij slecht weer: sneeuw, regen, hagel, gladde of ijzige wegen of in extreme hitte.
17. Rijd niet in of in de buurt van zwembaden of andere grote wateren.
18. Voor hobbelig of one en wegdek- Buig uw knieën tijdens het rijden op hobbelige of one en wegdek om de schokken en trillingen te absorberen en uw evenwicht te bewaren.
Als u niet zeker weet of u veilig kunt rijden op een speci ek terrein, stap af en draag uw scooter. Neem ALTIJD het zekere voor het onzekere.
19. Probeer niet te rijden over hobbels of objecten groter dan 1,5 cm, zelfs wanneer u voorbereid bent en uw knieën buigt.
20. WEES AANDACHTIG- kijk waar u rijdt en neem kennis van de toestand van de wegen, mensen, plaatsen, onroerend goed en objecten om u heen.
21. Gebruik de scooter niet op drukke plaatsen.
22. Gebruik uw scooter met uiterste voorzichtigheid binnenshuis, vooral rond mensen, voorwerpen, en smalle ruimten zoals deuropeningen en andere kleine ruimtes.
23. Gebruik uw scooter te allen tijde met extreme voorzichtigheid in de buurt van personen en voorwerpen.
24. Gebruik de scooter tijdens het telefoneren, sms'en, of kijken naar je telefoon.
25. Niet rijden met uw scooter waar het niet is toegestaan.
26. Rijd niet niet uw scooter in de buurt van auto's of op de openbare weg.
Nederlands 6 / 12

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis