niet worden aangesloten op warmeluchtleidingen van
dergelijke apparaten.
• De afvoer van het apparaat dient rechtstreeks naar
buiten te geschieden via een apart afvoerkanaal.
• De luchtstroom die wordt afgevoerd dient schoon te
zijn (dat wil zeggen zonder vetten, roet, chemische of
bijtende stoffen, brandbare en explosieve mengsels).
• Laat de openingen voor de luchttoevoer en -afvoer
van
het
apparaat
luchtdoorstroming te kunnen garanderen.
• Maximum bedrijfstemperatuur: 45 °C.
• De elektrische gegevens van het lichtnet moeten
overeenkomen met die van het merkplaatje A ( fig.1).
1 1
Structuur en Bijgeleverde accessoires
De belangrijkste onderdelen van het apparaat zijn:
• een extern omhulsel uitgevoerd in twee halve schalen
van kunststof materiaal en metalen sluitplaatjes;
• de warmtewisselaar, van polystyreen en van het type
met tegenstroomse stromen, waarvan de bijzondere
morfologie een uiterst efficiënte warmtewisseling
garandeert (tot 90%);
• de twee motoren, van het type brushless met laag
verbruik en variabele snelheid (3 van te voren
ingestelde snelheden);
• een elektronische controller, die zorg draagt voor de
voeding, de bediening en de regeling van het
apparaat;
• een thermische actuator die de opening van de by-
passklep (model "HRI-E TWO F);
• afstandsbedieningspaneel (model "HRI-E TWO F"):
• 4 temperatuursensoren;
• 2 F5 filters.
• MODBUS Kabel.
vrij,
om
een
optimale
A
Betekenis van de luchtdoorvoeropeningen (fig.2)
2 2
B
A
A: Aanvoer schone lucht in de woning
B: Aanzuiging behandelde lucht vanuit huis
C: Aanzuiging frisse lucht van buiten
D: Afvoer behandelde lucht naar buiten
Installatie
Het apparaat moet geïnstalleerd worden volgens de
veiligheidsvoorschriften die gelden in het land van
bestemming, en de aanwijzingen in deze handleiding.
Het apparaat moet geïnstalleerd worden op een
oppervlak of aan een interne wand van de woning die
qua structuur geschikt is om het gewicht van het
apparaat te dragen (max. 35 kg).
Om de aansluitingen van het apparaat te optimaliseren
en vereenvoudigen, rekening houden met de plaats van
de elektrische interface, waaruit de kabels naar buiten
komen (fig.3).
3 3
NEDERLANDS
C
D
49