Herunterladen Diese Seite drucken

Veiligheidsaanwijzingen - Renkforce N300 Bedienungsanleitung

Mini wlan-router mit 2 lan-ports

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

Gebruiksaanwijzing
Mini-WLAN-router N300 met 2 LAN-poorten
Bestelnr. 67 63 29
Beoogd gebruik
Het product kan worden gebruikt om één of meerdere apparaten met een aanwezig netwerk of
met het internet te verbinden.
De voeding vindt daarbij plaats via de contactdoos waarin de stekker van het product zich bevindt.
Volg te allen tijde de veiligheidsaanwijzingen en alle andere informatie in deze gebruiksaanwijzing
op.
Dit product voldoet aan de wettelijke, nationale en Europese eisen. Alle voorkomende bedrijfs-
namen en productaanduidingen zijn handelsmerken van de betreffende eigenaren. Alle rechten
voorbehouden.
Omvang van de levering
• WLAN-router
• Netwerkkabel
• Bedieningshandleiding
Kenmerken
• Voeding via de contactdoos waarin de stekker van het apparaat zich bevindt
• 2 RJ45-netwerkaansluitingen 10/100 Mbit
• WLAN volgens 802.11b/g/n (max. 300 MBit)
• WPS via toetsen

Veiligheidsaanwijzingen

Lees a.u.b. voor de ingebruikname de volledige handleiding door, deze bevat belang-
rijke aanwijzingen voor de juiste werking.
Bij schade, veroorzaakt door het niet raadplegen en opvolgen van deze gebruiksaan-
wijzing, vervalt elk recht op waarborg/garantie! Voor gevolgschade aanvaarden wij
geen enkele aansprakelijkheid!
Wij zijn niet verantwoordelijk voor materiële schade of persoonlijk letsel veroorzaakt
door ondeskundig gebruik of door het niet opvolgen van de veiligheidsaanwijzingen!
In dergelijke gevallen vervalt de waarborg/garantie.
• Om veiligheids- en keuringsredenen (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of ver-
anderen van het product niet toegestaan.
• Het product is uitsluitend geschikt voor gebruik in droge, gesloten ruimtes binnens-
huis. Laat het samengestelde product niet vochtig of nat worden, raak het nooit met
natte handen aan.
Er bestaat levensgevaar door een elektrische schok!
• Het product is volgens beschermingsklasse II geconstrueerd. Gebruik als span-
ningsbron voor het apparaat uitsluitend een reglementaire wandcontactdoos van
het openbare energienet.
• Houd het product uit de zon en bescherm het tegen overmatige hitte (>35°C), kou
(<0°C), stof en vuil, druppel- of spatwater, trillingen of mechanische belastingen.
• Wanneer het product van een koude naar een warme ruimte wordt gebracht (bijv.
bij transport), kan er condenswater ontstaan. Daardoor kan het product worden be-
schadigd.
Laat het apparaat eerst op kamertemperatuur komen voordat u het in gebruik neemt.
Dit kan onder omstandigheden meerdere uren duren.
• Laat het verpakkingsmateriaal niet rondslingeren, dit kan voor kinderen gevaarlijk
speelgoed zijn.
• Ga voorzichtig met het product om. Door schokken, slagen of een val, ook van ge-
ringe hoogte, wordt het beschadigd.
• Wanneer u vragen hebt die niet in deze gebruiksaanwijzing worden beantwoord,
kunt u contact opnemen met onze technische helpdesk of een andere deskundige.
Led's en toetsen op het apparaat
LAN-led
brandt bij actieve netwerkverbinding op de LAN-poort; knippert snel bij gegevens-
overdracht
WAN-led
brandt bij actieve netwerkverbinding op de WAN-poort; knippert snel bij gegevens-
overdracht
WPS-led
knippert langzaam bij actieve WPS
WLAN-led
brandt bij ingeschakelde WLAN-ontvangst; knippert snel bij gegevensoverdracht
POWER-led
brandt, wanneer de router van spanning wordt voorzien
WPS-toets
ca. 3 seconden ingedrukt houden om WPS te activeren
RESET-toets
ca. 10 seconden ingedrukt houden om het apparaat terug te zetten op de fabrieks-
instelling
Ingebruikname
• Om de WLAN-router in gebruik te nemen, gaat u als volgt te werk.
• Steek eerst de stekker van het apparaat in een contactdoos en wacht ca. 1 minuut tot het ap-
paraat is gestart.
• De confi guratie is mogelijk via LAN en WLAN. Wij adviseren u de eerste confi guratie via een
kabelverbinding door te voeren. Sluit daarvoor de aansluiting „LAN" van de router aan op een
1:1-aangesloten netwerkkabel op een vrije LAN-poort van uw computer.
• Zet uw pc aan en wacht tot het besturingssysteem volledig is geladen.
Wanneer u de eerste confi guratie liever via WLAN wilt doorvoeren, sluit u uw computer
aan op de WLAN-SSID „Conrad-WLAN". Omdat WLAN niet gecodeerd is, moet hier
geen wachtwoord worden ingevuld.
Houd er echter rekening mee dat u uw pc na de confi guratie op de gewijzigde WLAN moet
aansluiten.
Toegang tot de webinterface
• Open uw Webbrowser, voer in de adresregel het IP-adres http://192.168.10.253/ in en bevestig
met Enter.
• Er verschijnt nu een venster, waarin u de gebruikersnaam „admin" en als wachtwoord nog-
maals „admin" (beide zonder aanhalingstekens) moet invoeren. Klik vervolgens op Ok.
Basisconfi guratie
Voordat u met de eigenlijke confi guratie begint, adviseren wij u eerst het toegangswachtwoord
naar de webinterface te wijzigen.
• Klik daarvoor in de webinterface op het menupunt „Management" en vervolgens op het subpunt
„Management".
• Voer in het veld achter „Router Username" „admin" in.
• In de beide velden „New Password" en „Re-enter to confi rm" voert u het door u gekozen wacht-
woord in.
• Bevestig de invoer met „Apply Settings".
Nu volgt de eigenlijke confi guratie van het apparaat. Ga als volgt te werk:
• De verdere confi guratie gaat het eenvoudigst met behulp van het Setup-programma, dat in de
webinterface is geïntegreerd. Klik daarvoor in het linkermenu op het punt „Wizard".
• Hier moet u de gewenste bedrijfsmodus kiezen. Hieronder geven wij uitleg over de 5 mogelijk-
heden.
De AP-Modus is ervoor bedoeld, om in uw aanwezige netwerk een nieuw WLAN-toegangspunt
te creëren. De verbinding met uw netwerk moet hier via een netwerkkabel worden gemaakt. De
apparaten kunnen met behulp van WLAN of via de tweede netwerkaansluiting worden geïnte-
greerd. De IP-adressen worden door uw aanwezige router verdeeld.
De bedrijfsmodus „Router" gebruikt u, als u het apparaat via de netwerkkabel direct op een
DSL- of kabelmodem wilt aansluiten. Apparaten kunnen via WLAN en via de tweede net-
werkaansluiting op het internet komen. In de router loopt een zelfstandige DHCP-server.
Als „Repeater" versterkt het apparaat uw aanwezige WLAN. Het wordt hierbij via WLAN met
uw netwerk verbonden. Het SSID (WLAN-naam) wordt gehandhaafd. Apparaten kunnen hier op
LAN en via WLAN worden gebruikt. De IP-adressen worden door uw aanwezige router toege-
kend.
De modus „Bridge" is in principe een netwerkswitch met WLAN. De verbinding met uw netwerk
komt per WLAN tot stand. Apparaten kunnen ook via WLAN en via LAN worden geïntegreerd.
Na de confi guratie is het ook mogelijk, de verbinding met uw netwerk per kabel tot stand te
brengen. De IP-adressen worden weer door uw router verdeeld.
In de modus „Client" fungeert het product als WLAN-adapter. Het wordt hierbij draadloos met
uw aanwezige WLAN verbonden. Apparaten kunnen uitsluitend op de beide RJ45-aansluitingen
worden gebruikt. De IP-adressen worden ook hier door uw router toegekend.
• Als u een bedrijfsmodus hebt gekozen, kunt u deze selecteren door op de cirkel te klikken.
Bevestig de invoer met „Next".
Hieronder worden de afzonderlijke stappen voor de betreffende bedrijfsmodus
beschreven. Voer derhalve alleen de confi guratie uit van de door u gekozen bedrijfs-
modus.
Bedrijfsmodus „AP"
• Voer als eerste de naam voor het nieuwe WLAN-netwerk, dat het accesspoint moet aanbieden,
in het veld „SSID" in.
• U moet nu nog de encryptie en het wachtwoord voor de WLAN vastleggen. Kies bij voorkeur
in het menu achter „Security Mode" „WPA2 Personal" en voer achter „Key" het gewenste
wachtwoord in.
• Klik voor het opslaan van de instellingen en het opnieuw starten op „Save&Reboot".
• Om verbinding met uw netwerk te maken, sluit u de WAN- of LAN-poort van de AP aan op een
vrije LAN-poort van uw router of netwerkswitch. Gebruik hiervoor een 1:1-aangesloten netwerk-
kabel.

Werbung

loading