Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

IMG STAGE LINE TXS-900 Bedienungsanleitung Seite 27

Multifrequenz-empfänger
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für TXS-900:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 4
selecteer dan een andere groep of stel de kanalen
voor de systemen in via de modus SCAN .
1) Selecteer met de toets
(
hoofdstuk 7 .1) . Op het display verschijnt
de laatste radiofrequentie (G) die in deze
modus is ingesteld en het overeenkomstige
kanaalnummer (E) . De indicatie GP (B) geeft
aan welke groep de frequentie is toegewezen
("P1" ... "P4") en de indicatie CH (C) welk ka-
naalnummer de frequentie in deze groep heeft
("1" ... "8") .
2) Houd de toets SET ca . 1 seconde lang ingedrukt,
tot de kanaalweergave (E) en de frequentie-
weergave (G) knipperen . De groepinstel modus
is geactiveerd, wat wordt aangegeven door
het knipperen van de betreffende indicatie
"P1" ... "P4" (B) . Selecteer de groep met de
toets
of
.
Druk daarnaast op de toets SET om naar de
kanaalinstelmodus te wisselen . In de kanaal-
instelmodus knippert het respectieve kanaal-
nummer "1" ... "8" (C) . Selecteer met de toets
of
het kanaal binnen de geselecteerde
groep .
Opmerking: Als in de groepinstelmodus niet op een
toets wordt gedrukt, wisselt de ontvanger na enkele
seconden naar de kanaalinstelmodus . Deze wordt
verlaten als er enkele seconden lang niet op een toets
wordt gedrukt .
3) De kanaalinstelmodus wordt automatisch ver-
laten als er enkele seconden lang niet meer op
een toets wordt gedrukt, maar kan ook door
drukken op de toets SET worden beëindigd .
8 Radiobereik opbouwen
1) Stel het transmissiekanaal op de ontvanger in
(
hoofdstuk 7) en laat de bijbehorende zender
daarbij nog uitgeschakeld: Als de balkweergave
RF (H) bij uitgeschakelde zender een signaal op
het display aangeeft, dan worden storingen of
signalen van een ander radiosysteem ontvangen .
Stel in dit geval een ander transmissiekanaal in .
2) Ontvanger en zender moeten op hetzelfde trans-
missiekanaal ingesteld zijn . Voor het synchroni-
seren van ontvanger en zender houdt u op
de zender eerst de blauwe synchronisatietoets
ingedrukt, zodat de indicatie "SYNC" (D) op
het display van de ontvanger knippert . Terwijl
u de synchronisatietoets op de zender ingedrukt
blijft houden, drukt u vervolgens kort op de
toets SYNC (3) op de ontvanger: De zender is
daarmee ingesteld op het transmissiekanaal van
of
de modus PRESET
de ontvanger . Tijdens de synchronisatie mogen
ontvanger en zender niet verder dan 1 meter
van elkaar verwijderd zijn .
3) Als ontvanger en zender op hetzelfde transmis-
siekanaal ingesteld zijn, geeft de balkweergave
RF op het display de ontvangststerkte van het
radiosignaal aan .
Stap met de zender het gebied af waar hij
gebruikt moet worden . Als er geen ontvangst
wordt aangegeven of de ontvangst is slecht,
controleer dan het volgende:
a) Zijn de batterijen van de zender leeg?
b) Wordt de ontvangst gestoord door metalen
voorwerpen of andere hogefrequentiebron-
nen?
c) Kunt u de ontvangst door draaien van de
ontvangstantennes verbeteren?
d) Is de afstand tussen zender en ontvanger te
groot? De reikwijdte is afhankelijk van de situ-
atie ter plaatse (in open terrein tot ca . 100 m) .
Zorg dat er zich op de transmissielijn zo min
mogelijk hindernissen bevinden .
e) Is de ruisonderdrukking te hoog ingesteld
(
 hoofdstuk 8 .1)?
4) Schakel het volgende audioapparaat in of
schuif de bijbehorende mengpaneelregelaar
open en spreek/zing u in de microfoon van de
zender . Het volumeniveau van de zender wordt
op de ontvanger via de balkweergave AF (I)
weergegeven . Voor de zakzender kunt u het
niveau via de GAIN-schakelaar ervan corrigeren
(
 gebruiksaanwijzing TXS-900HSE) .
Stel met de volumeregelaar (6) het uitgangs-
niveau van de ontvanger in .
8.1 Ruisonderdrukking (squelch)
U kunt de drempelwaarde voor de ruisonderdruk-
king instellen via de regelaar SQ (10) . De ruisonder-
drukking zorgt voor een volledige demping van de
ontvanger, als het niveau van het ontvangen radio-
signaal onder de ingestelde drempelwaarde zakt .
Zo voorkomt u dat stoorsignalen de ruis op de ont-
vanger versterken, als de zender uitgeschakeld is
of het radiosignaal ervan te zwak is: Als de niveaus
van de stoorsignalen onder de drempelwaarde lig-
gen, wordt de ontvanger volledig ge dempt .
Stel de drempelwaarde met de regelaar SQ zo
in dat er bij uitgeschakelde zender geen ruisver-
sterking op de ontvanger optreedt . Hoe verder de
regelaar naar rechts wordt gedraaid, hoe hoger
de drempelwaarde . Een hogere drempelwaarde
biedt grotere ruisongevoeligheid, maar reduceert
ook het transmissiebereik van het radiosysteem .
27

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

25.5230

Inhaltsverzeichnis