Apollo Tikki Gebrauchsinformationen Seite 51

STRUCTUUR
Gevaar voor drukverlies!
Als het ventiel niet goed gesloten is, kan de druk in de printplaat onbedoeld worden verlaagd of kan het
ventiel vervuild raken.
- Houd het ventiel altijd gesloten als u de printplaat niet opblaast of laat leeglopen.
- Zorg ervoor dat het gebied rond de klep altijd schoon en droog is.
- Voorkom dat er zand of ander vuil in de klep terechtkomt.
1. Rol de plank uit en leg hem onderaan op een glad, vlak en droog oppervlak.
2. Plaats de slang op de schroefverbinding van de pomp en draai deze vast.
3. Open de klep van de klep op het bord.
4. Zorg ervoor dat de klep gesloten is. Als het ventiel open is, duwt u de ventielpen één keer naar beneden om hem te sluiten.
4. Zodra u de ventielpen loslaat, blijft het ventiel vastzitten in de gesloten stand.
5. Plaats de pompslang op het ventiel en draai deze vast.
6. Pomp het bord op.
7. Controleer de luchtdruk op de manometer tijdens het opblazen.
8. Stop met het opblazen wanneer de luchtdruk 10 psi (0,7 bar) bereikt tot een maximum van 15 psi (1,04 bar).
9. Verwijder de slang van het ventiel.
10. Plaats het ventieldopje terug op het ventiel en draai het vast.
Laat leeglopen
1. Zorg ervoor dat het gebied rond de klep droog en schoon is. Verwijder water en vuil indien nodig.
2. Draai de ventieldop los.
3. Druk de ventielpen voorzichtig in het ventiel.
4. De lucht zal langzaam uit het bord ontsnappen.
5. Houd de ventielpen vast totdat de luchtdruk in de printplaat voldoende is afgenomen.
6. Houd de ventielpen vast totdat de luchtdruk in de printplaat voldoende is afgenomen.
7. Laat dan de ventielpen weer los. Het ventiel sluit automatisch.
Als u de lucht volledig van de printplaat wilt loslaten, duwt u de ventielpen volledig in het ventiel.
Ventilstift