ECOVACS WINBOT MINI Bedienungsanleitung Seite 123

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Bij het gebruik van een elektrisch apparaat moeten
de volgende basisvoorzorgsmaatregelen altijd in
acht worden genomen:
LEES ALLE INSTRUCTIES VOORDAT
U DIT APPARAAT GEBRUIKT
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
1. Dit apparaat kan worden gebruikt door
personen met beperkte fysieke, sensorische
of mentale vermogens of met een gebrek aan
ervaring en kennis, mits zij onder toezicht
staan of instructies hebben gekregen over
het veilige gebruik van het apparaat en zij de
gevaren begrijpen die hiermee gepaard gaan.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Het apparaat mag niet worden gebruikt als het
is gevallen, als er zichtbare schade is of als
het lekt. Houd het apparaat buiten bereik van
kinderen wanneer het onder spanning staat.
2. Gebruik en laad het apparaat niet op in
extreem warme of koude omgevingen (lager
dan 0˚C/32˚F of hoger dan 40˚C/104˚F,
luchtvochtigheid boven 85%), anders kan dit
de levensduur van de batterij beïnvloeden.
3. U kunt het apparaat gebruiken om ramen aan
de buitenkant schoon te maken, mits het goed
is vastgemaakt met de karabijnhaak, de wind
stil is en het niet regent of sneeuwt.
4. Bevestig de veiligheidsgordel vóór gebruik met
de karabijnhaak aan een stevige binnenreling
en zorg ervoor dat de WINBOT er stevig aan
vastzit.
5. Laat het apparaat niet onbeheerd achter
wanneer u het gebruikt. Om lichamelijk letsel
of materiële schade door het per ongeluk laten
vallen van het apparaat te voorkomen, dient
u ervoor te zorgen dat er zich geen mensen,
dieren of waardevolle, kwetsbare voorwerpen
onder het werkgebied van de WINBOT
bevinden.
6. Gebruik het apparaat niet bij zware stormen en
windkracht 10, of in gebieden waar de hoogte
meer dan 2000 meter (6562 voet) bedraagt.
7. Zorg ervoor dat het apparaat is aangesloten op
het stopcontact terwijl u het schoonmaakt. Het
apparaat is voorzien van een veiligheidsaccu
die tijdens gebruik wordt opgeladen. De
veiligheidsaccu voedt het apparaat als de
stekker uit het stopcontact raakt of als de
stroom uitvalt.
8. Laat het apparaat niet onbeheerd achter als
het is aangesloten.
123 NL