Herunterladen Diese Seite drucken

Algemene Veiligheidsinformatie; Gebruiksdoel; Functie; Installatie - BWT D1 Einbau- Und Bedienungsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für D1:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 5
NL

1. Algemene veiligheidsinformatie

▪ Gebruik het ventiel alleen:
- zoals bedoeld
- in goede staat
- bewust van veiligheid en gevaren
▪ De instructies moeten worden opgevolgd.
▪ Bij het gebruik van drukregelaars moeten de normen DIN EN 806-2 en DIN 1988-
200 in acht worden genomen en toegepast. Houd ook rekening met andere
lokale normen en voorschriften!
▪ Voor een juist gebruik moet ervoor worden gezorgd dat de drukregelaars alleen
worden gebruikt als de bedrijfsdruk en -temperatuur de ontwerpcriteria waarop
de bestelling is gebaseerd niet overschrijden. De fabrikant is niet verantwoorde-
lijk voor schade veroorzaakt door externe krachten of andere externe invloeden!
Om eventuele gevaren door het stromingsmedium en de bedrijfsdruk op de
drukregelaar te voorkomen, moeten passende maatregelen worden genomen.
▪ Alle werkzaamheden moeten worden uitgevoerd door geautoriseerd vakpersoneel.
▪ Bewaar dit document.
▪ Reinig de kunststof onderdelen niet met reinigingsmiddelen die alcohol of oplos-
middelen bevatten! Gevaar voor beschadiging!

2. Gebruiksdoel

De drukregelaar BWT D1 beschermt watervoorzieningssystemen in een- en meer-
gezinswoningen, commerciële en industriële gebouwen tegen te hoge toevoerdruk
in overeenstemming met EN 806-2 in combinatie met DIN 1988-200. Het helpt zo
drukschade te voorkomen, het waterverbruik te verminderen en geluidsisolatie te
garanderen. De D1 wordt gebruikt om de druk te verlagen en de gewenste stroomaf-
waartse druk te regelen en constant te houden, zelfs als de stroomopwaartse druk
50
aanzienlijk fluctueert. Een gelijkmatige en niet te hoge druk beschermt armaturen
en apparaten in het gehele watervoorzieningssysteem.

3. Functie

De D1 is een veerbelaste drukregelaar. De kracht van een setpoint-veer compenseert
een membraankracht. Daalt de uitlaatdruk doordat er water wordt onttrokken, dan
neemt ook de membraankracht af en opent de nu grotere veerkracht de klep. Aan
de uitlaatzijde wordt de druk weer opgevoerd totdat er een evenwichtstoestand is
ontstaan tussen de membraankracht en de veerkracht.

4. Installatie

De drukregelaar, die in de fabriek is afgesteld op 3 bar tegendruk, moet spannings-
vrij in de leiding worden gemonteerd. Zorg ervoor dat de juiste afdichtingen zijn aan-
gebracht en dat alleen geschikt gereedschap wordt gebruikt! Het is raadzaam om
een stabiliserend gedeelte van 5 x de leidingdoormeter aan te houden en afsluiters
stroomopwaarts en stroomafwaarts te installeren. Houd ook rekening met de lokale
normen en voorschriften. De stroomrichting moet overeenkomen met de pijl op de
behuizing. De installatiepositie is willekeurig. De leiding moet zorgvuldig worden
doorgespoeld voordat de drukregelaar wordt geïnstalleerd, zodat onzuiverheden
die door het medium worden meegevoerd de goede werking niet nadelig kunnen
beïnvloeden. De manometer, die zich optioneel stroomafwaarts bevindt, maakt het
mogelijk de ingestelde afwaartse druk te controleren en wordt met een afdichtband
in de voorziene schroefdraad geschroefd.
Opgelet !!!
Voordat de drukregelaar in gebruik wordt genomen, moet ervoor worden gezorgd
dat beide manometeraansluitingen op de behuizing met manometers of afdicht-
pluggen zijn afgedicht.
NL
51

Werbung

loading