Batterij-Indicator; Een Tijdelijke Verbinding Met Een Ander Zendereenheid Maken - Bellman & Symfon Audio Domino BE2210 Gebrauchsanweisung

Batterij-indicator

Het indicatielampje voor de batterijstatus (3, 17) is normaal gesproken groen.
Dit betekent dat de eenheid is ingeschakeld en dat het batterijniveau vol-
doende is.
Als de batterij bijna leeg is, knippert het indicatielampje voor de batterijsta-
tus (3, 17) groen totdat de batterij bijna leeg is; dan gaat het lampje oranje
knipperen. Als het lampje groen knippert, moet de eenheid weer worden
opgeladen. Als de eenheid niet wordt opgeladen, wordt de eenheid automa-
tisch uitgeschakeld.
Het opladen begint automatisch zodra er een lader op het laadcontact (14, 21)
wordt aangesloten. Als de eenheid bezig is met opladen, brandt er zowel op
de lader als op de eenheden een oranje lampje. Als de batterij weer helemaal
is opgeladen, wordt het lampje groen en wordt de batterij continu bijgeladen
totdat de lader wordt losgekoppeld.

Een tijdelijke verbinding met een ander zendereenheid maken

De radioverbinding tussen de zender- en ontvangereenheden in de Bellman
Audio Domino moet worden ingesteld; anders werkt de radiocommunicatie
niet. Ontvanger- en zendereenheden die samen worden geleverd, zijn al aan
elkaar gekoppeld, zodat ze meteen met elkaar werken.
Als u via een ander zendereenheid wilt luisteren, kunt u een tijdelijke verbin-
ding met de andere eenheid instellen. Als u de ontvangereenheid uitschakelt,
werkt het apparaat weer met de gekoppelde zendereenheid.
214
U kunt als volgt een tijdelijke verbinding tussen een zender en ontvanger
instellen:
• Schakel beide eenheden in met de knoppen voor aan/uit i (6, 18).
• Houd CONNECT (19) op de zendereenheid ingedrukt.
•
Houd zowel de knop M (5) als de knop R (7) op de ontvangereenheid
ingedrukt.
5 s 5 s
De verbinding kan alleen worden gemaakt als de verbindingsknop van de zen-
dereenheid wordt ingedrukt - dit is een veiligheidsmaatregel om te voorkomen
dat er per ongeluk verbinding tussen een ontvanger en een andere zender
wordt gemaakt.
Er kunnen meerdere ontvangereenheden op dezelfde zendereenheid wor-
den aangesloten door de bovenstaande procedure te herhalen. Er bestaat
echter een kans dat het aantal ontvangers invloed uitoefent op de werking
van het systeem.
DE
DK
EN
Een 'bewegend' lampje op
ES
het indicatielampje voor
FI
Volume en Toon (8) van de
ontvangereenheid beweegt FR
naar het midden om aan te
IT
geven dat er verbinding is.
JP
NL
215