Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Honeywell Miller RG300 Handbuch Seite 70

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 24
7 — 2 INSTALLATIE
Bevestig het uiteinde van het touw met de musketon om de verankeringssteun te borgen en te conformeren.
De RG300 automatische lijnklem mag alleen worden gebruikt met het meegeleverde randgeteste statische
kernmanteltouw met een diameter van 11 mm. Vervang nooit het touw of een andere component.
7 — 3 VERANKERINGSPUNT
Te gebruiken met verankeringtoestellen conform de norm EN 795. Controleer of het verankeringspuntsysteem:
• voldoet aan EN 795 of een breeksterkte hoger dan 12 kN heeft als het een structureel anker of deel van de
constructie is (bijv. muur, paal, stalen balk...)
• zich boven de gebruiker bevindt
• het beste bij het verankeringssysteem past
• geen scherpe rand vertoont
7 — 4 MINIMALE WERKHOOGTE
Voordat u de RG300 automatische lijnklem gebruikt, controleert u op de noodzakelijke minimale vrije ruimte onder
de voeten van de gebruiker om een botsing met de constructie te voorkomen. (Afb. 5)
Zie de onderstaande tabel voor de toegestane minimale vrije ruimte:
Benaming
RG300 met ankerlijn 5 m
RG300 met ankerlijn 10 m
RG300 met ankerlijn 15 m
RG300 met ankerlijn 20 m
RG300 met ankerlijn 25 m
RG300 met ankerlijn 30 m
RG300 met ankerlijn 40 m
RG300 met ankerlijn 50 m
7 — 5 HORIZONTAAL GEBRUIK
De RG300 automatische lijnklem is met succes getest voor horizontaal gebruik en met een gesimuleerde val over
een rand. In deze tests werd een stalen stang met een radius van 0,5 mm zonder bramen gebruikt. Op basis van deze
test is de uitrusting geschikt bevonden voor gebruik over randen zoals gewalste stalen profielen, houten balken of
een beklede en afgeronde borstwering.
Er moet rekening worden gehouden met het volgende voor horizontaal of schuin gebruik waarbij een risico op vallen
over een rand bestaat:
• Als uit de risicobeoordeling die vóór aanvang van de werkzaamheden is uitgevoerd, blijkt dat de radius van de
valrand kleiner is dan 0,5 mm en/of de rand braamvorming vertoont, moeten voorzorgsmaatregelen worden
genomen voordat met de werkzaamheden wordt begonnen om het risico op vallen over de rand uit te sluiten of
moet vóór aanvang van de werkzaamheden een beschermstuk op de rand worden gemonteerd of moet u contact
opnemen met de fabrikant.
• Het ankerpunt voor de flexibele ankerlijn mag zich niet onder het staniveau van de gebruiker bevinden.
• De deflectie aan de rand (gemeten tussen de twee benen van de hoek die wordt gevormd door de bevestiging/
flexibele ankerlijn) moet minimaal 90° zijn.
• Het gedeeltelijke systeem moet altijd zo worden gebruikt dat het touw niet slap staat. De lengte mag alleen worden
versteld als de gebruiker niet in de richting van de valrand beweegt.
• Om een val met een pendeleffect te voorkomen, moeten het werkgebied en zijwaartse bewegingen vanaf
de middenas worden beperkt tot max. 1,50 m aan beide kanten. In andere gevallen mogen geen individuele
ankerpunten worden gebruikt en moet eerder een verankeringtoestel van klasse C of D conform EN 795:2012
worden gebruikt.
• Opmerking: Als het gedeeltelijke systeem wordt gebruikt met een verankeringtoestel van type C conform
EN 795:2012 met een horizontale flexibele ankerlijn, moet ook rekening worden gehouden met de deflectie van
het verankeringtoestel bij het bepalen van de noodzakelijke vrije ruimte onder de gebruiker. Let op de details in de
gebruiksaanwijzing voor het verankeringtoestel.
• Opmerking: Na een val over een rand bestaat er een risico op letsels tijdens het klemmen als de vallende persoon
botst tegen delen van het gebouw of de constructie.
• Speciale reddingsmaatregelen moeten worden bepaald en getraind voor het geval van een val over een rand.
70
Vrije ruimte voor
Referentie
verticaal gebruik (m)
1035931
1035932
1035933
1035934
1035935
1035936
1035937
1035938
Vrije ruimte voor
horizontaal gebruik (m)
3,25
3,5
3,75
4
4,25
4,5
5
5,5
6,25
6,5
6,75
7
7,25
7,5
8
8,5

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis