Philips DCC 300 Bedienungsanleitung Seite 63

@
OPIUEMEN speciale
functies
1.
Beginnen van een opname vanuit de
stand'RECORD
PAUSE'
Als
u een opname
wilt
maken op een bepaalde plaats op
de
band (biiv. over
een
ander nummer
heen),
kunt u
het
beste als volgt te werk
gaan.
O
Zoek
eerst
het
punt
op de cassette waar
u
de opname
wilt
beginnen.
O
Druk op RECORD PAUSE
om
in de stand
'RECORD
PAUSE'te geraken.
Op het display verschijnt
dan:
TBACK S|DE
E
ToTAL REt\,l
Til\,1E
L
DTGTTAL I
""
-^
-d860504030252015129 64 20
l
Cc<
l?/- L
11
r:
:_t
t-_t
t
:t
_f _f t: tL
O
Druk op
RECORD
Op het
display
verschijnt
dan bij voorbeeld
TRACK S|DE
E
Ttn/E
c<< t
t-t
rt rt
I
,J:t_t
t_l
L fiilllililflilililflilil
R il[[llllI[ilililII
-d8605040302520
|s12s 64 2o
lilrfirilir
l-,
l- r-
r-(
l-
r_
Aan het
begin van de opname wordt automatisch
een
'SIART MARKER'op
de band worden geschreven
(zie
voor meer
inf
ormatie het hoofdstukje
"
MABKERS ")
Als het nummer
van het
vor
ge
muziekstuk bekend
is,
wordt
het nieuwe nummer
correct geregistreerd
Als
het vorige nummer niet
bekend
is, verschijnt op het
display
' "'
Baadpleeg
in
dat geval
het hoofdstukje
,,RENUMBER"
2.
Onderdrukken van de opname
(opnemen van een digitale stilte)
O
Als
u
tijdens
een opname of
in
de
RECOBD
pAUSE
stand op
RECORD
MUTE drukt, wordt
de opname
3
seconden lang
onderdrukt
Daarna schakelt het
apparaat
naar de BECORD
PAUSE
stand
Tijdens deze
3
seconden worden
de nummers
van de muziekstukken
niet
verhoogd
De trjd
wordt wel
verder
geteld
Met
deze functie kunt
u
een pauze
van 3 seconden tussen
de nummers
inlassen
Op het display
verschijnt
bij
voorbeeld:
3.
Markers
Tijdens 'RECORD
MUTE'
reageert het apparaat automatisch
op diverse markeringen en
op het
begin en einde van
de
cassette
(zie
hoofdstuk
"
N/IABKERS
").
4.
Algemeen
.
Nummer
en tijd informatie wordt
niet opgenomen
als de
opname wordt gemaakt
midden
in
een
leeg stuk
opde
band met
behulp van de
RECORD PAUSE
toets,
Het
is
nlet mogelijk om
m,b
v
RENUMBER de
titelnummering
te corrigeren (zie
het hoofdstukje'RENUMBER')
o
Om
mogelijke
fouten
op het
display
te corrigeren, moet
u
na
de
laatste opname op de toets
RENUMBER
drukken (zie
het hoofdstukje "RENUMBER")
Om
de opname
nauwkeuriger te controleren, kunt
u het
bandtelwerk op 'LlLlllLI'
terugstellen
door op
RESET
te
d
ru
kken
Tijdens 'RECORD PAUSE'
controleert
het
apparaat
voortdurend de
ingangssignalen
De
kopieerbescherming
wordt
al
leen dan
gecontroleerd
wan neer'
D
I
G
ITAL'
gekozen
is
Als de gekozen
opnamebron auteursrechtelijk
beschermd
is,
kan
geen opname gestart
worden
Zie
tevens
,VERHELPEN
VAN
STORINGEN'
Als
'DIGITAL' gekozen is,
controleert
het apparaat of
een digitale bron
is
aangesloten
Als
de digitale
bron
ontbreekt (bijv, door een
slechte
kabelaansluiting),
kan
geen opname
gestart worden
O
TBACK
S
DE
[I
TOTAL RE]VI
TII\/IE
C<<
/:/
i;
:t
L-[ i
7
!,t t_t
l-
/:
L
DIGITAL
-ot
uo uo 40
Bo 2b
zo
rs
j2
e 6 4 2 0
fflfiitifjr
64