Aerogen AG-UC1050-NE Bedienungsanleitung Seite 141

4. Vul de slang voor zodat de medicatie het einde van de slang (punt A)
bereikt.
N.B.: Het vulvolume van de slang is maximaal 3,65 ml.
5. Haal de aan een bandje bevestigde dop uit de Aeroneb Solo-
vernevelaar, maar haal hem niet van de vernevelaar af.
6. Schroef het vernevelaaruiteinde van de slang op de bovenkant van de
vernevelaar.
7. Plaats de met medicatie gevulde spuit in de spuitinfuuspomp (pomp
niet afgebeeld in afbeelding 5).
8. Schakel de 6 uur-modusoptie op de USB-controller in en schakel de
infuuspomp in (raadpleeg de handleiding of de fabrikant van de pomp
voor richtlijnen).
9. Observeer de vernevelaar om er zeker van te zijn dat deze goed werkt.
Tijdens continue verneveling staat de vernevelaar continu aan en wordt
de medicatie druppel voor druppel verneveld. De verneveling moet
zichtbaar zijn met regelmatige onderbrekingen. Het medicatiepeil in
het reservoir van de vernevelaar mag tijdens het gebruik niet stijgen.
10. De vernevelaar kan op elk gewenst ogenblik worden gestopt door de
aan/uit-knop in te drukken. De indicator gaat uit, wat aangeeft dat de
verneveling gestopt is.
Opmerking: De door Aerogen aanbevolen aanvoersnelheid van medicatie
in de vernevelaar tijdens continue verneveling is maximaal 12 ml per uur.
De maximale hoeveelheid van 12 ml per uur is gebaseerd op de door
Aerogen opgegeven minimale stroomsnelheid door de vernevelaar. Zie
voor aanwijzingen voor het bepalen van de stroomsnelheid de optionele
methode voor stroomsnelheidsberekening in het hoofdstuk Functietest,
pagina 142.
Specifieke waarschuwingen voor de slangenset voor continue
verneveling
• Het is belangrijk ervoor te zorgen dat de maximale stroomsnelheid door
de slangenset in de vernevelaar de uitvoersnelheid van de vernevelaar
niet overschrijdt.
Gebruikshandleiding bij het USB-controllersysteem
139