Telcoma PASSO CARD Gebrauchs- Und Programmierungsanleitung Seite 51

NL
KENMERKEN
Een RFID-systeem bestaat uit drie basiselementen:
1) één of meer trasponders (of TAG's)
2) een lees- en/of schrijfapparaat (Reader)
3) een decodeerinrichting of gegevensinterface.
Het PASSO CARD-systeem maakt het mogelijk om relais te activeren
middels RFID (Radio Frequency IDentification)-technologie door
eenvoudigweg de trasponder (CARD) in de buurt van de lezer te houden.
Dit systeem kan gebruikt worden voor toegangscontrole en biedt de
volgende voordelen:
- snelle werking en afwezigheid van contact, anders dan bij traditionele
sleutelschakelaars.
- geen problemen door batterijen in draagbare inrichtingen (TAG's).
- serieschakeling tussen de CARD-lezer en de interne eenheid met relais,
dit verhoogt de veiligheid en sluit de mogelijkheid tot activering door
forcering van de lezer uit.
- mogelijkheid tot integratie in dezelfde installatie van PASSO CARD-
lezers en digitale PASSO-toetsenborden.
- beveiliging van het systeem tegen onbevoegde programmering, het
systeem is alleen vrijgegeven voor inrichtingen en accessoires van de
serie PASSO.
De lezer (afb.1) is een beveiligde inrichting met ingebouwde antenne, en
moet geïnstalleerd worden op een plek waar de gebruikers er goed bij
kunnen. De lezer heeft een zoemer voor akoestische waarschuwingen
en een led op de voorkant om hem gemakkelijk te vinden in het donker.
De ontvanger (afb.3) heeft twee relaisuitgangen met spanningsloze
contacten, die op de volgende wijzen geprogrammeerd kunnen worden:
- Impulsief (activering van het relais voor één seconde)
- Stap-voor-stap
- Gestuurd via timer 30" (programmeerbaar van 2 tot 255 seconden met
PASSOTS).
50