Dauwpunt / Hitte-Index / Gevoelstemperatuur; Zonsopkomst / -Ondergang; Wind; Windrichting Ijken - Oregon Scientific WMR300 Bedienungsanleitung

DAUWPUNT / HITTE-INDEX / GEVOELSTEMPERATUUR

Om dauwpunt te bekijken:
• Druk herhaaldelijk op het schermvak
Om hitte-index te bekijken:
Druk herhaaldelijk op het schermvak
•
Temperatuurbereik Opgelet
27°C tot 32°C
Let op
(80°F tot 89°F)
32°C tot 40°C
Extreem Let op
(90°F tot 104°F)
41°C tot 54°C
Gevaar
(105°F tot 129°F)
54°C tot 92°C
Extreem gevaar
(130°F tot 151°F)
NB De Hitte-index wordt alleen berekend wanneer de temperatuur 80° F / 27°C
of hoger is.
Om de gevoelstemperatuur te bekijken:
Druk herhaaldelijk op het schermvak
•

ZONSOPKOMST / -ONDERGANG

NB Voer de lengtegraad en breedtegraad van uw locatie in in het schermvak
. Dit beïnvloed de tijd van zonsopkomst en -ondergang.
NB Behalve de lengtegraad en breedtegraad, zijn ook de instellingen van zomertijd
en wintertijd van invloed op de tijd van de zonsopkomst en -ondergang. (zie Klok
handmatig Instellen)
U kunt de tijd van zonsopkomst en -ondergang bekijken in het schermvak
Druk op het schermvak
•
weergegeven.
Druk op om de tijd te schakelen tussen 12/24-uurs formaat.
•

WIND

WINDRICHTING IJKEN

Voordat u een windsensor koppelt, controleer u eerst
of de kop van de windvaansensor naar het noorden
wijst, terwijl u KEY op het zendkastje 2 seconden
ingedrukt houdt om de richting te ijken. Als het ijken
gelukt is, knippert het rode lampje één keer. U kunt
indien nodig een kompas gebruiken om het
precieze noorden te vinden.
Als u zich echter in de Verenigde Staten bevindt,
wijkt uw kompasmeting zo'n 15°(graden) af van
het ware noorden. U kunt voor meer informatie
contact opnemen met uw plaatselijke observatorium.
Als het moeilijk is om de windvaan goed te
positioneren, dan kunt u het ijken nauwkeuriger
uitvoeren op het basisstation.
1. Doe een meting van de windvaan met een kompas.
2. Bereken de hoek tussen de huidige richting en het noorden.
3. Druk op het windscherm
4. Houd ingedrukt en druk vervolgens op
de hoek bij te stellen.
5. Druk op om de instelling te bevestigen.
Als u bijvoorbeeld de hoek wilt invoeren die u als het noorden wilt instellen: Als de
huidige richting 25 graden is, en u wilt die hoek als het noorden instellen, voer dan
25 graden in in de ijkmodus. Wanneer de ijkmodus afgesloten is, geeft het scherm
0 weer. Dit is nu het noorden.
NB Als u de windsensor wilt verplaatsen, zult u de sensor opnieuw moeten ijken.

WINDSNELHEID / WINDRICHTING

Om de windmodus te selecteren:
Druk op het windscherm , om te schakelen tussen:
• GUST (Windstoot)
AVG (Gemiddeld)
•
totdat DEWPOINT verschijnt.
totdat HEAT INDEX verschijnt.
Betekenis
Mogelijke uitputting door hitte
Mogelijke uitputting door hitte
Uitputting door hitte waarschijnlijk
Groot gevaar van niudroging/
zonnesteek
totdat WIND CHILL verschijnt.
wordt boven de tijd
SUNRISE/SUNSET.
RESET KEY
om te activeren.
of
Om de eenheid van windsnelheid te selecteren:
Druk op om te schakelen tussen
Knopen (knots)
•
• Kilometer per uur (km/h)
Mijl per uur (mph)
•
Meter per seconde (m/s)
•
Het windniveau wordt aangegeven met een serie pictogrammen:
LIGHT
3-13 km/u
(2-8 mph)
Om de windrichting af te lezen:
Status Windrichtingindicator
GUST
AVG
AVG
NB De gevoelstemperatuurfactor is gebaseerd op de gecombineerde effecten
van temperatuur en windsnelheid. De weergegeven gevoelstemperatuur
wordt uitsluitend berekend met de gegevens van de temperatuur-en
vochtigheidssensoren op kanaal 1.

LUCHTDRUK

De hoogte is de hoogte boven zeeniveau op uw locatie.
Om de hoogtecompensatie voor de luchtdrukmetingen in te stellen:
1. Druk op het schermvak
het schermvak en de taakbalk toont het onderstaande op het scherm.
2. Druk op het vak totdat ALT wordt weergegeven op het scherm. U heeft nu de
.
Hoogtemodus geopend.
3. Houd ingedrukt op de taakbalk.
4. Druk op
om de hoogte-eenheid te schakelen tussen M (meter) en FEET (voet) tijdens
het instellen.
5. Druk op
luchtdruk) om te bevestigen.
6. Na het instellen van de hoogte worden de nieuwe instellingen niet direct van
kracht. Het ALT-pictogram knippert en stopt met knipperen na de eerstvolgende
luchtdrukmeting. De nieuwe hoogte wordt van kracht vanaf de eerstvolgende
luchtdrukmeting.
NB Wanneer u de hoogte instelt op 0 meter, is de luchtdrukmeting de lokale
luchtdruk. Als de hoogte is ingesteld voor uw huidige locatie, is de nieuwe luchtdruk
een afgeleide van de luchtdruk op zeeniveau.
Om de meeteenheid voor de luchtdruk te kiezen:
1. Druk het barometerscherm
North
huidige barometer
2. Druk op
(millibars per hectopascal) / hPa te kiezen.
Om de luchtdruktrend te bekijken:
De pictogrammen van de luchtdruktrend zijn gebaseerd op recente sensormetingen.
De trendlijnen worden weergegeven naast de luchtdrukgegevens. De trend wordt
als volgt weergegeven:
om
Stijgend

NEERSLAG

Om de weergavemodus neerslag te selecteren:
Druk op het neerslagscherm
THIS HOUR (Neerslag per uur)
•
RATE (Neerslagintensiteit)
•
ACCUM (Totale neerslag)
•
PAST 24 hrs (Neerslag gedurende de afgelopen 24 uur)
•
Om de weergavemodus neerslag te selecteren:
Druk op om te kiezen tussen mm (millimeter) en in (inch).
Om de meeteenheid voor neerslagintensiteit te kiezen:
Druk op om te kiezen tussen in/hr (inch per uur) en mm/hr (millimeter
per uur).
9
MODERATE STRONG
9-25 km/h 42-87 km/u
(14-41 mph) (26-54 mph)
Betekenis
Actuele windrichting
Actuele gemiddelde windrichting
Windrichting van afgelopen 1 uur
(Max 6 sets)
om te activeren. wordt weergegeven naast
of om aan te passen. U kunt op
of raak het scherm aan (behalve taakbalk / schermvak
om te schakelen tussen hoogte /
om inHg (inches kwik) / mmHg (millimetres kwik) / mb
Stabiel
, om te schakelen tussen:
STORM
>88 km/u
(>55 mph)
drukken
Dalend