PEUGEOT ENERGYSaw 254DB Bedienungsanleitung Seite 108

20.Gebruik nooit zaagbladen met een doorsnede die groter of kleiner is dan de aanbevolen doorsnede. De aanbevolen doors-
nede van de zaagbladen is 240 tot 250 mm. Gebruik nooit zaagbladen met een andere dikte dan de oorspronkelijke zaagbla-
den of met een andere boringdiameter.
21.Zaagbladen mogen nooit worden gesmeerd terwijl ze draaien.
22.Vóór het zagen altijd controleren of het zaagblad niet gescheurd of beschadigd is. Gescheurde of beschadigde zaagbladen
onmiddellijk vervangen.
23.Gebruik uitsluitend zaagbladen die geschikt zijn voor snelheden van minstens 6500 rpm.
24.Gebruik uitsluitend zaagbladen met een boringdiameter van 30 mm.
25.Maak altijd gebruik van het zaagbladcarter.
26.Het onderste zaagbladcarter moet altijd op zijn plaats zitten en goed functioneren.
27.De handen altijd uit de buurt houden van het zaagbladtraject.
28.De handen nooit achter of rond het zaagblad bewegen.
29.Controleer of het zaagblad het te zagen werkstuk niet raakt voordat u de schakelaar indrukt.
31.Belangrijk: Na het zagen de schakelaar loslaten en wachten tot het zaagblad stopt met draaien alvorens de zaag in de
bovenste positie terug te plaatsen.
32.Het gebruik van accessoires die niet worden aanbevolen door Delta France kan leiden tot letsel.
33.Wacht tot het zaagblad volledig is gestopt met draaien, voordat u het werkstuk verplaatst of vastklemt, of de hoek van het
werkstuk of de hoek van het zaagblad verstelt.
34.Zaag nooit metaal of metselwerk.
35.Zaag nooit kleine stukken bij.
36.Zorg bij het werken met lange werkstukken voor voldoende steun aan weerszijden van de zaagtafel.
37.Gebruik de verstekzaag nooit in een ruimte waar zich ontvlambare vloeistoffen of gassen bevinden.
38.Gebruik geen oplosmiddelen om de kunststof onderdelen te reinigen. Oplosmiddelen kunnen het materiaal oplossen of
beschadigen. Gebruik uitsluitend een vochtige doek voor het schoonmaken van de kunststof onderdelen.
39.Haal de stekker van de zaag uit het stopcontact alvorens onderhoud te verrichten of het zaagblad te vervangen.
40.Haal na gebruik de stekker van de zaag uit het stopcontact en maak de machine schoon.
41.Controleer of de werkruimte schoon is voordat u de machine achterlaat.
42.Als er een zaagonderdeel ontbreekt, of beschadigd of defect is, of als er een elektrisch onderdeel niet goed functioneert,
zet u de schakelaar op UIT en haalt u de stekker uit het stopcontact. Vervang het ontbrekende, beschadigde of defecte on-
derdeel, voordat u de zaag opnieuw in gebruik neemt.
43.Bewaar deze instructies. Lees ze regelmatig door en gebruik ze om andere gebruikers te informeren.
108