Optimate TM270 Anwendungsvorschriften Seite 33

STAP 4 LED #3 : ROOD
TURBO
3
SAVE
STAP 5 LED #4 : GEEL
CHARGE
4
STAP 6 LED #5 : GEEL
OPTIMALI-
5
SEREN
STAP 7
LED #6
TEST na
Laden
TEST
STAP 8 LED #6 / 7 / 8 AAN
OPTIMATE
smart
8
ONDERHOUD
TEST
Voor accu's in een gezonde
conditie blijft led #6 (groen)
branden.
Uitzondering: STD nattecel-accu's
met vuldoppen hebben een lager
volledig geladen voltage: led #6
blijft samen met led #7 branden.
BELANGRIJK: als deze modus wordt ingeschakeld, raadpleeg dan het hoofdstuk
"ZEER PLATTE VERWAARLOOSDE ACCU'S" op de vorige pagina.
OPMERKING: spanningswaarden 16 V tussen haakjes.
Deze modus wordt ingeschakeld wanneer de accu meer dan 90% ontladen is of de
spanning minder dan 12,8 V (16 V) bedraagt. safeTº: de laadstroom wordt automatisch
aangepast volgens de spanning en de omgevingstemperatuur die werden gemeten tijdens
de test.
RECUPERATIE ZEER LAGE SPANNING voor accu's tussen 0,6 V (0,75 V) en 8,8 V
(11 V): de stroom start bij 125 mA en loopt op tot 325 mA, afhankelijk van de voortgang
van het laadproces. Wanneer na 2 uur de spanning niet boven 8,8 V (11 V) komt, wordt
het laadproces onderbroken en brandt de TESTLED #8 (rood). Dat betekent dat de accu
mogelijk blijvende schade heeft opgelopen of dat een professionele beoordeling vereist is.
RECUPERATIE LAGE SPANNING voor accu's tussen 8,9 V (11,1 V) en 12,8 V (16 V):
de maximale stroom is ingesteld op 1,25 A. De stroomopname van de accu wordt
gecontroleerd op abnormaal gedrag. Een LiFePO
LADEN na 4 uur. Is dat niet het geval, dan wordt het laadproces onderbroken en knippert
de TESTLED #8 (rood). Dat betekent dat de accu mogelijk blijvende schade heeft
opgelopen of dat een professionele beoordeling vereist is.
Het safeTº-programma beperkt de laadstroom wanneer de op de OptiMate Lithium
gemeten temperatuur lager is dan 0 ºC / 32 ºF of hoger is dan 45 °C / 113 °F. Wanneer de
temperatuur oorspronkelijk lager was dan 0 °C / 32 °F, wordt de laadstroom alleen het
eerste uur beperkt tot 325 mA. Daarna wordt verondersteld dat de interne temperatuur van
de accu is opgelopen tot het normale temperatuurbereik.
Binnen het normale temperatuurbereik bepaalt het specifieke programma ampmatic™
LiFePO automatisch de efficiëntste laadstroom voor de aangesloten accu op basis van de
4
laadtoestand, de staat van de accu en het opslagvermogen (Ah). De geleverde stroom kan
tussen 1,25 A en 9,5 A (7,5 A voor 16 V-accu's) liggen.
Voor accu's met een opslagvermogen (Ah) van minder dan 10 Ah (8 Ah) wordt de laadstroom
automatisch verlaagd naar een gemiddelde dat gelijk is aan het opslagvermogen (Ah). Zo
krijgt een accu van 2,5 Ah/2.500 mAh een gemiddelde van 2,5 Amps.
OPMERKING: om veiligheidsredenen is de totale laadtijd beperkt tot 24 uur voor de modus
RECUPERATIE en de modus LADEN.
De modus OPTIMALISEREN start wanneer de spanning tijdens de volumelading voor de eerste
keer 14,4 V (18 V) heeft bereikt.
Het ampmatic™-stroombewakingsprogramma levert nu stroompulsen om de afzonderlijke
cellen in de accu te vereffenen en het laadniveau te optimaliseren.
Het laden moet binnen de minimale laadtijd die is ingesteld tijdens STAP 3 zijn voltooid, maar
wanneer de accu nog verder moet worden geladen, breidt het programma de modus
OPTIMALISEREN uit tot maximaal 2 uur.
TEST na het laden: de levering van stroom aan de accu wordt gedurende
KNIPPERT
30 minuten* onderbroken, zodat het programma kan bepalen of de accu
de lading kan vasthouden.
6
* ALS het laden is begonnen in RECUPERATIEMODUS (led #3 geeft aan dat de accu sterk
ontladen is) of de spanningsbehoudtest is verlengd tot 12 uur om de conditie van de accu
te bevestigen.
Het testresultaat (aangegeven met leds # 6, 7, 8) wordt realtime aangepast aan de
gemeten accuspanning. Raadpleeg de tabel 'VROEGE TEKENEN VAN ACCUPROBLEMEN'
op pagina 2 voor een vergelijking van de gegevens van de testleds met de geschatte
laadstatus (SOC%).
U vindt meer informatie in het hoofdstuk 'OPMERKINGEN OVER DE TESTRESULTATEN'.
6
De ONDERHOUDSLAADCYCLUS bestaat uit laadperiodes van 30 minuten gevolgd door
7
telkens een rustperiode van 30 minuten. Tijdens de rustperiodes is er geen laadstroom.
Tijdens de laadcycli van 30 minuten wordt er alleen stroom geleverd als de accu lading
heeft verloren.
ACCUONDERHOUD treedt in werking wanneer de lader detecteert dat de accu veel lading
verloren heeft. Het programma keert terug in de modus OPTIMALISEREN (led #5) en voert
vervolgens de spanningsbehoudtest en de onderhoudslaadcyclus uit.
Lees het deel EEN LITHIUMACCU ONDERHOUDEN VOOR LANGERE PERIODEN.
ONDERHOUDSCYCLUS: ledlampjes #6/7/8 branden constant
overeenkomstig de definitieve spanning die na STAP 7 gemeten is.
-accu in goede staat gaat in modus
4
33