›
De Wi-Fi-functie activeren
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen en selecteer Uit in
Wi-Fi.
De Wi-Fi-functie die op de achtergrond wordt uitgevoerd,
verbruikt batterijlading. Activeer de functie daarom alleen
wanneer dit nodig is, om de batterij te sparen.
›
Wi-Fi-toegangspunt zoeken en verbinding maken
1
Selecteer in de lijst met applicaties
Uw apparaat zoekt automatisch naar beschikbare Wi-Fi-
toegangspunten.
2
Selecteer toegangspunt.
3
Geef het wachtwoord voor het toegangspunt in en selecteer
Verbinden (indien nodig).
›
Handmatig een Wi-Fi-toegangspunt toevoegen
1
Selecteer in de lijst met applicaties
Netw toevoegen.
2
Geef de SSID voor het toegangspunt in en selecteer het
beveiligingstype.
3
Stel de beveiligingsinstellingen in op basis van het
beveiligingtype dat u hebt geselecteerd en selecteer Opslaan.
Instellingen
Instellingen
Connectiviteit
79
Wi-Fi.
Wi-Fi