Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Menu Instellingen Solarsysteem (Systeem 1); Solarparameter - Junkers MS 100 Installationsanleitung

Solarmodule
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

In bedrijf nemen
4.5

Menu instellingen solarsysteem (systeem 1)

OPMERKING: Schade aan de installatie door een defecte
pomp!
▶ Vul en ontlucht de installatie voor het inschakelen,
zodat de pompen niet drooglopen.
Menu
Solarsysteem geïnstalleerd
Solarconfiguratie veranderen
Actuele solarconfiguratie

Solarparameter

Solarcircuit
Boiler
CV-ondersteuning
Solar-opbrengst/optimalisatie De gedurende de dag te verwachten solaropbrengst wordt ingeschat en daarmee wordt bij de regeling van de ketel rekening ge-
Omladen
Solar warmwater
Solarsysteem starten
Tabel 16 Overzicht van de menu's instellingen solar
4.5.1
Solarparameter
Solarcircuit
Menupunt
Instelbereik
Modulatie solarpomp
Nee
PWM
0-10V
Min. toerental solarpomp
5 ... 100 %
Insch. versch. solarpomp
6 ... 10 ...
20 K
Uitsch. versch. solarpomp
3 ... 5 ... 17 K Wanneer de collectortemperatuur de boilertemperatuur met het hier ingestelde verschil onderschrijdt, is de solarpomp uit
Modulatie solarpomp 2
Nee
PWM
0-10V
Min. toerent. solarp. 2
5 ... 100 %
Insch. versch. solarp. 2
6 ... 10 ...
20 K
Uitsch. versch. solarp. 2
3 ... 5 ... 17 K Wanneer de collectortemperatuur de boilertemperatuur met het hier ingestelde verschil onderschrijdt, is de solarpomp 2
Tabel 17
32
Doel van het menu
Alleen wanneer bij dit menupunt "Ja" wordt getoond, zijn instellingen voor de solarinstallatie beschikbaar.
Toevoegen functies voor solarinstallatie.
Grafische weergave van de momenteel geconfigureerde solarinstallatie.
Instellingen voor de geïnstalleerde solarinstallatie.
Instellingen van parameters in het solarcircuit
Instelling van parameters voor de boiler
Warmte uit de boiler kan worden gebruikt voor verwarmingsondersteuning.
houden. Met de instellingen in dit menu kan de besparing worden geoptimaliseerd.
Met een pomp kan warmte uit de voorverwarmingsboiler worden gebruikt, om een bufferboiler of een boiler voor de warmwater-
voorziening op te warmen.
Hier kunnen instellingen bijvoorbeeld voor thermische desinfectie worden uitgevoerd.
Nadat alle benodigde parameters zijn ingesteld, kan de solarinstallatie in bedrijf worden genomen.
Functiebeschrijving
Het rendement van de installatie verbetert, wanneer het temperatuurverschil op de waarde van het inschakeltemperatuur-
verschil wordt geregeld ( Insch. versch. solarpomp).
▶ "Match-Flow"-functie in menu Solarparameter > Solar-opbrengst/optimalisatie activeren.
Opmerking: schade aan de installatie door een defecte pomp!
▶ Schakel de toerentalregeling op de bedieningseenheid uit, wanneer een pomp met geïntegreerde toerentalregeling is
aangesloten.
De solarpomp wordt niet modulerend aangestuurd. De pomp heeft geen aansluitklemmen voor PWM of 0-10 V signalen.
De solarpomp (hoogrendementpomp) wordt modulerend via een PWM-signaal aangestuurd.
De solarpomp (hoogrendementpomp) wordt modulerend via een analoog 0-10 V signaal aangestuurd.
Het hier ingestelde toerental van de geregelde solarpomp kan niet worden onderschreden. De solarpomp blijft net zolang
op dit toerental, tot het inschakelcriterium niet meer geldt of het toerental weer wordt verhoogd.
Wanneer de collectortemperatuur de boilertemperatuur met het hier ingestelde verschil overschrijdt en aan alle inschakel-
voorwaarden is voldaan, is de solarpomp actief (min. 3 K groter dan Uitsch. versch. solarpomp).
(min. 3 K kleiner dan Insch. versch. solarpomp).
Het rendement van de installatie verbetert, wanneer het temperatuurverschil op de waarde van het inschakeltemperatuur-
verschil wordt geregeld ( Insch. versch. solarp. 2).
▶ "Match-Flow"-functie in menu Solarparameter > Solar-opbrengst/optimalisatie activeren.
Opmerking: schade aan de installatie door een defecte pomp!
▶ Schakel de toerentalregeling op de bedieningseenheid uit, wanneer een pomp met geïntegreerde toerentalregeling is
aangesloten.
De solarpomp voor het 2e collectorveld wordt niet modulerend aangestuurd. De pomp heeft geen aansluitklemmen voor
PWM of 0-10 V signalen.
De solarpomp (hoogrendementpomp) voor 2e collectorveld wordt modulerend via een PWM-signaal aangestuurd.
De solarpomp (hoogrendementpomp) voor 2e collectorveld wordt modulerend via een analoog 0-10 V signaal aange-
stuurd.
Het hier ingestelde toerental van de geregelde solarpomp 2 kan niet worden onderschreden. De solarpomp 2 blijft net
zolang op dit toerental, tot het inschakelcriterium niet meer geldt of het toerental weer wordt verhoogd.
Wanneer de collectortemperatuur de boilertemperatuur met het hier ingestelde verschil overschrijdt en aan alle inschakel-
voorwaarden is voldaan, is de solarpomp 2 actief (min. 3 K groter dan Uitsch. versch. solarp. 2).
uit (min. 3 K kleiner dan Insch. versch. solarp. 2).
De basisinstellingen zijn in de instelbereiken geaccen-
tueerd.
De volgende tabel beschrijft kort het menu Instellingen solar. De me-
nu's en de daarin beschikbare instellingen zijn op de volgende pagina's
uitvoerig beschreven. De menu's zijn afhankelijk van de geïnstalleerde
bedieningseenheid en de geïnstalleerde solarinstallatie.
MS 200 – 6 720 812 458 (2014/10)

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Ms 200

Inhaltsverzeichnis