Inbedrijfstelling - Landis & staefa RVP102/SET Installationsanleitung

compartimenten voor opnemers en voor overige
aansluitingen.
6. De sokkel vastschroeven
7. De aansluitklemmen bedraden
Railmontage
1. DIN-rail aanbrengen
2. De sokkel van het apparaat afnemen
3. Indien nodig, van de sokkel de openingen voor de
kabelwartels openbreken, let op scheiding tussen
compartimenten voor opnemers en voor overige
aansluitingen.
4. De sokkel aanbrengen. De aanduiding "TOP"
moet boven zijn!
5. Indien nodig, de sokkel fixeren (afhankelijk van
het railtype)
6. De aansluitklemmen bedraden
Frontmontage
•
Maximale dikte: 3 mm.
•
Benodigde uitsparing: 138 x 92 mm (+1 mm /
-0 mm).
1. De sokkel van het apparaat verwijderen
2. Indien nodig, van de sokkel de openingen voor de
kabelwartels openbreken let op scheiding tussen
compartimenten voor opnemers en voor overige
aansluitingen.
3. De sokkel van achteren tot aan de aanslag in de
frontuitsparing steken. De aanduiding "TOP"
moet boven zijn!
4. De zijdelingse klembeugel achter de frontplaat
drukken (zie afbeelding)
5. De aansluitklemmen bedraden. De kabellengten
zodanig kiezen, dat voldoende speelruimte over-
blijft voor het openen van de deuren van de
schakelkast
fout
De klembeugel links en rechts goed plaatsen – deze mogen
niet buiten de uitsparing steken!
De regelaar op de sokkel monteren
1. De plaatsing en positie van de zwenkhefboom
met behulp van de bevestigingsschroeven zeker-
stellen. Weergave aan de zijkant van het ap-
paraat:
10
juist
2. Het apparaat tot aan de aanslag in de sokkel ste-
ken. De aanduiding "TOP" moet boven zijn!
3. De bevestigingsschroeven afwisselend
vastdraaien

Inbedrijfstelling

Instellingen specifiek voor de installatie
De steilheid van de stooklijn kan met de draaiknop
op het front van het huis worden ingesteld. De
codeerschakelaars en de instelpotentiometers voor
de specifiek instellingen, zijn toegankelijk na het
openklappen van het deksel.
Attentie bij vloerverwarming!
De beveiligingsthermostaat moet goed zijn ingesteld.
De aanvoertemperatuur mag de maximaal toelaatba-
re waarde afhankelijk van het systeem en soort vloer
niet overschrijden, om (onherstelbare) schade aan
vloerverwarmingssysteem en/of vloer te voorkomen.
Functiecontrole
1. Bedrading controleren t.o.v. het installatieschema
2. Voedingsspanning inschakelen
3. Ruimte-apparaat controleren
-
Wanneer het ruimte-apparaat niet reageert, of
er vindt geen aanwijzing plaats: bedrading con-
troleren op onderbreking
-
Wanneer de regeling voortdurend op uit (stand-
by) blijft staan, is de aansluiting waarschijnlijk
kortgesloten. De bedrading goed controleren!
-
Bij een algemene foutmelding moet de aanvo-
ertemperatuur worden opgevraagd.
4. Op het ruimte-apparaat de aanvoertemperatuur
opvragen:
-
De aanwijzing moet kloppen
-
De aanwijzing --- betekent kortsluiting of onder-
breking in de bedrading
5. Op het ruimte-apparaat de buitentemperatuur
opvragen:
-
De aanwijzing moet kloppen, anders de bedra-
ding controleren op onderbreking
-
De aanwijzing --- betekent kortsluiting of onder-
breking in de bedrading
6. De steilheid van de stooklijn met de draaiknop
op de maximale waarde zetten:
-
ECO op OFF bij hogere buitentemperatuur
-
De brander moet inschakelen
CE2G2466X