Machine Gebruiken - Stiga PARK 8211-3087-02 Gebrauchsanweisung

4.2 Tweewielaangedreven machi-
nes
1. Plaats de eenheid vóór de machine.
2. Monteer de eenheidbevestigingen op de voorste
assen met behulp van afstandsringen en borg-
pennen (aan beide zijden). Zie afb. 7.
3. Plaats de riem op de riempoelie van de machi-
ne.
4. Schroef de armen in de eenheidbevestigingen.
Zie afb. 8.
5. Hang de eenheid op in de gereedschapslift. Ge-
bruik de meegeleverde koppelingen.
6. Span de riem met behulp van de hendel. Zie afb.
9.
4.3 Vierwielaangedreven machines
1. Plaats de eenheid vóór de machine.
2. Monteer de volgende onderdelen op beide wie-
lassen:
• Afstandsring (10:L).
• Eenheidbevestiging (10:M).
• Afstandsring (10:L).
• Clip (10:K).
3. Plaats de riem op de riempoelie van de machi-
ne.
4. Schroef de armen in de eenheidbevestigingen.
Zie afb. 8.
5. Hang de eenheid op in de gereedschapslift. Ge-
bruik de meegeleverde koppelingen.
6. Span de riem met behulp van een spanner aan de
buitenzijde van de riem. Zie afb. 11.
4.4 Bandenspanning
Zorg voor de volgende bandenspanning:
Voorzijde: 0,6 bar (9 psi).
Achter: 0,4 bar (6 psi).

5 MACHINE GEBRUIKEN

5.1 Algemeen
Stel de veegwals en de zijborstel zo in dat deze net
de grond raken. Breng ze dan ongeveer 1 cm ver-
der omlaag.
De veegwals kan gemakkelijker worden ingesteld
als riemkap 1:B is verwijderd en de riemspanner is
losgemaakt.
Als de veegwals en de zijborstel te laag zijn inge-
steld, oefenen ze meer druk uit op de grond en ver-
slijten de borstels onnodig snel.
5.2 Reiniging
Maak de veegeenheid na ieder gebruik schoon.
Gebruik hiervoor water en een spons. Gebruik
geen hogedrukspuit.
NEDERLANDS
6 ONDERHOUD
6.1 Algemeen
Alle service en onderhoud moeten worden uitge-
voerd als de machine stilstaat en de motor niet
draait. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de
machine en de veiligheidsvoorschriften.
6.2 Aandrijfriemen vervangen
1. Verwijder riemkap 1:B aan de rechterzijde van
de eenheid (4 schroeven).
2. Verwijder de riemkap van de zijborstel.
3. Vervang de betreffende riem en plaats de riem-
kap terug.
4. Zie ook 4.1.
6.3 Riemspanning van de zijborstel-
riem instellen
De riemspanning van de zijborstel kan worden
aangepast door schroeven (4:G) los te draaien en
de bevestiging in het frame te bewegen.
6.4 Veegeenheid vervangen
De veegeenheid bestaat uit twee helften die met
drie schroeven aan de as zijn bevestigd. Bij het
vervangen moeten beide helften worden vervan-
gen.
7 OPSLAG
Bij opslag moet de steun (3:F) naar beneden wor-
den geklapt om te voorkomen dat de borstels en de
kap worden vervormd.
GGP behoudt zich het recht voor zonder vooraf-
gaande aankondiging wijzigingen in het product
aan te brengen.
NL
19