Inhaltsverzeichnis
Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
TFA No. 98.1035 Anleitung 06.11.2006 14:53 Uhr Seite 16
ANALOG
– Radiogestuurde projectieklok met weerstation
4. Bediening
4.1 Taalinstelling weekdag en °C/°F
• Druk 2 seconden lang op de SET-toets. De taalcode knippert.
Stel de gewenste taal met de
(DU), Duits (DE), Engels (EN), Spaans (SP), Italiaans (IT), Frans
(FR). Bevestig met de SET-toets.
• De temperatuuraanduiding knippert. Met de
kunt u °C of °F als temperatuureenheid kiezen. Bevestig met
de SET-toets.
4.2 Wekalarm
• Stel de gewenste alarmtijd met de instelknop aan de achter-
kant in.
• Schuif de alarmschakelaar naar boven op "ON". De alarmfun-
ctie is geactiveerd.
• Zodra de wekker rinkelt activeert u de snooze-functie met de
LIGHT / SNOOZE-toets bovenop het toestel. De alarmtoon
wordt dan 4 minuten onderbroken.
• U kunt de alarmfunctie deactiveren door de alarmschakelaar
naar beneden op "OFF" te schuiven.
4.3 Projectie en verlichting
• Druk op de SNOOZE/LIGHT-toets. De displayverlichting gaat
aan en de actuele tijd en buitentemperatuur worden 5 secon-
den geprojecteerd.
• Wenst u een permanente projectie, sluit dan de netadapter
aan en schuif de schakelaar CONTINUE PROJECTION omhoog.
• Met de instelknop FOCUS kunt u de beeldscherpte regelen,
met ROTATE kunt u het beeld draaien. Drukt u op de FLIP
knop draait het beeld om 180°.
4.4 Thermometer en hygrometer
4.4.1 Overschakelen
• Met de CHANNEL-toets kiest u tussen weergave via de binnen-
sensor (IN) of via de buitensensoren (CH1, 2 of 3).
4.4.2 Trendpijlen
• De trendpijlen tonen of temperatuur en luchtvochtigheid
actueel stijgen, dalen of gelijk blijven.
30
of
toets in: Nederlands
of
toets
ANALOG
– Radiogestuurde projectieklok met weerstation
4.4.3 Comfortniveau
• Het radiogestuurd weerstation onderscheidt 3 verschillende
indicatoren voor het comfortniveau van uw woonklimaat:
COMFORT:
ideale waarden (20-25°C/68-77°F, 40-70%)
WET:
te vochtig (> 70%)
DRY:
te droog (< 40%)
4.4.4 Maximum / Minimum-functie
• Met de MEM-toets kunt u van de binnenzender en van de bui-
tenzenders de laagste waarden (MIN) voor temperatuur en
luchtvochtigheid opvragen. Druk nogmaals op de MEM-toets
om de dagmaxima (MAX) op te roepen.
• Houdt u de MEM-toets 2 seconden lang ingedrukt, worden de
waarden gewist en op de actuele waarde teruggezet.
4.4.5 Buitentemperatuuralarm
• Druk op de TEMP ALARM-toets om de temperatuuralarm-
functie op te roepen.
verschijnt in het display.
• Houd de TEMP ALARM-toets twee seconden ingedrukt om de
instelmodus op te roepen. De temperatuuraanduiding begint
te knipperen. Stel de bovenste temperatuurgrens naar wens
met de
of
toets in. Bevestig met de TEMP ALARM-toets.
• Druk twee keer op de toets om bij de onderste alarmwaarde
te komen.
verschijnt in het display.
• Houd de TEMP ALARM-toets twee seconden ingedrukt om de
instelmodus op te roepen. De temperatuuraanduiding begint
te knipperen. Stel de onderste temperatuurgrens naar wens
met de
of
toets in. Bevestig met de TEMP ALARM-toets.
4.5 Weersvoorspelling
• Het radiogestuurd weerstation onderscheidt 5 verschillende
weersymbolen (zonnig, gedeeltelijk bewolkt, bedekt, rege-
nachtig, sneeuwval) en 3 symbolen voor de luchtdruktrend
(stijgend, constant, dalend).
• De voorspelling via de symboolweergave geldt voor een peri-
ode van 12 – 24 uren en duidt enkel een weertrend aan. De
nauwkeurigheid ligt bij circa 70 %.
5. Buitenzender
• Met de °C/°F-toets kunt u de temperatuur op het display van
de buitenzender in °C of in °F laten weergeven.
31
Werbung
Inhaltsverzeichnis
