Inhaltsverzeichnis
Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
AV3 UITGANG
Met deze optie kunt u de bron selecteren voor de scart-aansluiting
scart-aansluiting elk signaal kunt registreren van de TV of van externe apparatuur die is aangesloten
op de scart-aansluiting
voorkant.
Indien uw videorecorder SmartLink ondersteunt is deze procedure niet nodig.
De volgende stappen uitvoeren:
Als u het menu "Kenmerken" heeft geactiveerd zoals op de vorige pagina is uitgelegd en als de
optie is geselecteerd, drukt u op OK. Druk vervolgens op
te selecteren:
TV
voor de antenne.
AV1
voor bronnen die zijn aangesloten op
AV2
voor bronnen die zijn aangesloten op
AV4
voor bronnen die zijn aangesloten op
AUTO voor het signaal dat wordt bekeken op de TV.
• Indien u "AUTO" selecteert, dan is het uitgangssignaal altijd hetzelfde als het signaal dat
op het scherm wordt weergegeven.
• Indien u een decoder heeft aangesloten op de scart-aansluiting
videorecorder die op deze scart-aansluiting is aangesloten, moet u niet vergeten de "AV3
uitgang" terug te zetten op "TV" voor een juiste decodering.
HULP BIJ AANSLUITINGEN
Zelfs als u reeds externe apparatuur op de TV heeft aangesloten, is het van belang dat u de
instructies in dit menu opvolgt. Indien u op deze manier te werk blijft gaan, bent u verzekerd van
optimale beeldinstellingen met de extra aangesloten apparatuur.
De volgende stappen uitvoeren:
1
Als u het menu "Kenmerken" heeft geactiveerd zoals op de vorige pagina is uitgelegd en als de
optie is geselecteerd, drukt u op OK. Druk vervolgens op
die u wilt aansluiten: SAT (satelliet), Decoder, DVD, GAME (spellen), VIDEO
(videorecorder) of DVD rec. (dvd-speler). Druk vervolgens op
selecteren (geselecteerde apparatuur kan weer worden verwijderd door op
Wanneer u alle apparatuur heeft geselecteerd, drukt u op
en drukt u op OK.
2
Er wordt een nieuw menu weergegeven waarin wordt aangegeven op welke scart-aansluiting
achterop de TV de apparatuur moet worden aangesloten. Sluit de apparatuur met behulp van deze
informatie aan voor optimale beeldinstellingen voor de extra apparatuur.
3
Wanneer u de extra apparatuur heeft aangesloten, drukt u op
vervolgens drukt u op OK op de afstandsbediening.
Wij raden ten zeerste aan onze aansluitingsvoorstellen te volgen. Indien u niet akkoord gaat,
B
b
drukt u op
om "Nee" te selecteren en vervolgens op OK. Er wordt een nieuw menu op
of
het scherm weergegeven waarin u de aansluitingen naar wens kunt toewijzen.
BEELDROTATIE
Het beeld kan enigszins scheef worden getrokken als gevolg van het aardmagnetisch veld. Indien
dit het geval is kunt u de scheefheid van de beelden corrigeren met deze optie.
De volgende stappen uitvoeren:
Als u het menu "Kenmerken" heeft geactiveerd zoals op de vorige pagina is uitgelegd en als de
optie is geselecteerd, drukt u op OK. Druk vervolgens op
te corrigeren van -5 tot +5.
RGB H-CENTRERING
Deze optie is alleen beschikbaar indien er een RGB-bron is aangesloten op de TV.
Deze optie stelt u in staat de horizontale positie van het beeld te wijzigen indien dit nodig mocht
zijn wanneer een RGB-bron wordt aangesloten.
De volgende stappen uitvoeren:
Als u het menu "Kenmerken" heeft geactiveerd zoals op de vorige pagina is uitgelegd en terwijl u
een RGB-bron bekijkt, selecteert u de optie "RGB H-centrering" en drukt u op OK. Druk
v
V
vervolgens op
of
om het midden van het beeld aan te passen tussen –5 en +5. Druk vervolgens
op OK om de instelling te bevestigen en op te slaan.
1/
1,
2/
2 of de aansluitingen
1/
2/
4 of
3/
3 zodat u via deze
S
4 of
4 en
S
v
V
of
om het gewenste uitgangssignaal
1.
2.
4 en
4.
S
3/
3 of op een
S
v
V
of
om de apparatuur te kiezen
b
om de gekozen apparatuur te
B
te drukken).
v
V
of
om "Bevestigen" te selecteren
B
b
of
om "OK" te selecteren en
v
V
of
om de scheefheid van het beeld
TV-functies
4 aan de
NL
15
Werbung
Kapitel
Inhaltsverzeichnis
