Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Montage; Bediening; Functietest; Foutmelding - Dexaplan GA617 Handbuch

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für GA617:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

De kabelgeleiding dient als snoerontlasting.
o Bevestig telkens een kabeluiteinde op een
schroefklem
. Bij de aansluiting hoeft
i
niet op polariteit te worden gelet.
Boordstroomvoorziening 12 V DC
o Los de aansluitkabel van de netadapter
van de schroefklemmen
.
i
o Voorzie de aansluitkabel van de stroom-
voorziening (12 V DC) in de auto, caravan
en boot van een schakelaar.
o Leg de geïsoleerde kabeluiteinden (ca. 8 mm)
van de 12 V DC aansluitkabel van de 12 V DC
stroombron in de kabelgeleiding
naar de
j
schroefklemmen
. De kabelgeleiding
i
dient als snoerontlasting.
o Bevestig telkens een kabeluiteinde op een
schroefklem
. Bij de aansluiting hoeft
i
niet op polariteit te worden gelet.
o Belangrijke aanwijzing bij het bedrijf
met boordstroom! Er mag slechts één
spanningsvoorziening op de schroefklem-
men
worden aangesloten, ook wan-
i
neer het netapparaat niet aangesloten is.
Bij een dubbele aansluiting (parallelaan-
sluiting) wordt het netapparaat beschadigd.

Montage

o Trek de montagehouder
naar beneden
h
los van de achterzijde van de behuizing
(zie afb. B).
o Kenmerk de montageplaats met behulp
van de beide ronde gaten in de montage-
houder
.
h
o Bevestig de montagehouder
met de
h
bijgeleverde bevestigingsschroeven en
pluggen op de geselecteerde en geken-
merkte montageplaats.
o Schuif het gasalarm vlak van bovenaf op
de montagehouder
.
h

Bediening

Wanneer de stroomvoorziening correct is aan-
gesloten, wordt een automatische zelftest uit-
gevoerd. Het gasalarm produceert meerdere
harde geluiden, tevens knippert de rode
ALARM LED
op de voorzijde van de behui-
c
zing
. Vervolgens geeft de groene POWER
a
LED
aan dat het alarm bedrijfsgereed is
d
(zie afb. A).
12 V DC netadapter
Inschakelen:
o steek de netadapter direct en compleet in
een netcontactdoos 230 V ~ 50 Hz.
Gebruik geen tafelcontactdozen of ver-
lengkabels omdat deze onderbrekingen in
de stroomvoorziening kunnen veroorzaken.
Uitschakelen:
g
o onderbeek de verbinding van het netap-
paraat naar de contactdoos.
12 V DC Boordstroomvoorziening
Inschakelen:
o schakel de 12 V DC boordstroomvoorzie-
ning in.
Uitschakelen:
o schakel de 12 V DC boordstroomvoorzie-
ning uit.
Alarm bij uitstromend gas
Het gasalarm detecteert het uitstromende gas
via de sensor. Wanneer de gasconcentratie
aan de sensor de vooringestelde gevoelig-
heidsdrempel overschrijdt, wordt de gasuit-
stroming gesignaleerd: de rode ALARM LED
knippert en het harde alarmsignaal klinkt.
Het alarm klinkt totdat de gasconcentratie
weer daalt tot onder de vooringestelde gevoe-
ligheidsdrempel.
Handelwijze bij gaslekkage!

Functietest

Gebruik een gasaansteker voor de functietest
van het gasalarm.
o Laat direct aan de sensoropening
of beneden gas uit de aansteker ontwijken.
o Waarborg dat geen vlam brandt. Het
gasalarm detecteert het uitstromende gas
via de sensor. Wanneer de gasconcentra-
tie aan de sensor de vooringestelde
gevoeligheidsdrempel overschrijdt, wordt
de gasuitstroming gesignaleerd: de rode
ALARM LED
knippert en het harde
c
alarmsignaal klinkt.
o Laat geen gas meer uit de aansteker ont-
wijken zodra het uitstromende gas gesig-
naleerd wordt.
Het alarm klinkt totdat de gasconcentratie
weer daalt tot onder de vooringestelde
gevoeligheidsdrempel.

Foutmelding

Voor uw eigen veiligheid voert het toestel een zelf-
c
controle uit. Mogelijke storingen worden gemeld
door het knipperen van de FAULT LED (Fout-LED)
en het gelijktijdig piepen van het toestel.
e
Deze foutmelding kan ook door de omgeving
of door een intern probleem van het toestel
geactiveerd worden.
Controleer bij een foutmelding eerst:
o of de omgevingstemperatuur buiten het
voorgeschreven bereik (-10° C tot
+40° C) ligt.
opzij
k

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis