Algemene Informatie - Novy 645999 Montageanleitung

ALGEMENE INFORMATIE

Algemeen
Deze montage instructie bevat belangrijke informatie om Novy ventilatoren veilig en vakkundig te monteren, te transporteren,
in gebruik te nemen, te onderhouden en te demonteren. Het toestel is geproduceerd volgens de algemene erkende
regels van techniek. Toch bestaat er gevaar voor lichamelijk letsel en materiële schade als u de volgende veiligheids- en
waarschuwingsaanwijzingen in deze instructie niet in acht neemt.
De producten mogen uitsluitend in gebruik worden genomen als eerst de montage instructie en de veiligheidsvoorschriften
zijn gelezen en begrepen. Bewaar deze montage instructie op een plaats die op elk moment voor elke gebruiker toegankelijk
is. Geef het apparaat uitsluitend in combinatie met de montage instructie door aan derden.
Novy ventilatoren zijn onderhevig aan een permanente kwaliteitscontrole en voldoen aan de geldende voorschriften op
het tijdstip van de aflevering. Omdat de producten voortdurend verder ontwikkeld worden, behouden we ons het recht
voor om, op elk moment zonder voorafgaande aankondiging, wijzigingen aan de producten aan te brengen. Wij staan
niet in voor de juistheid of volledigheid van deze montagehandleiding. De garantie geldt uitsluitend voor de geleverde
configuratie. De garantie is niet van toepassing bij foutieve montage of onjuist gebruik.
Veiligheidsvoorschriften
Novy ventilatoren zijn volgens de EU-Machinerichtlijn 2006/42/EG een component (deel van een machine). Het toestel is
geen gebruiksklare machine volgens de EU-Machinerichtlijn. Het is uitsluitend bestemd om in een machine respectievelijk
luchttechnisch toestel en installatie ingebouwd te worden of met andere componenten tot een machine resp. installatie
samengevoegd te worden. Het toestel mag pas in gebruik genomen worden als het is ingebouwd in de machine/ de
installatie waarvoor het bestemd is en deze volledig voldoet aan de verplichtingen van de EU-Machinerichtlijn. Gebruik
Novy ventilatoren uitsluitend in technisch perfecte staat. Controleer het product op duidelijke gebreken zoals bijvoorbeeld
barsten in de behuizing of ontbrekende klinknagels, schroeven, afdekkappen of andere gebruiksrelevante gebreken.
Gebruik het product uitsluitend voor het daarvoor bedoelde toepassingsgebied, dat in de technische gegevens alsook
op de gegevensplaat aangegeven is. M.b.t. aarding, aanzuigbeveiliging en veiligheidsafstanden moeten de voorschriften
conform DIN EN 294 en DIN 24167-1 worden opgevolgd (door beschermroosters of voldoende lange buisleidingen).
Voor het gebruik van algemene voorgeschreven elektrische en mechanische beschermingsmiddelen is de klant
verantwoordelijk. Bedrading en onderhoud mag uitsluitend uitgevoerd worden door gekwalificeerde elektriciens. Voordat
installatie of onderhoud wordt uitgevoerd, moet de unit eerst los gekoppeld worden van de netvoeding. De bediening van
het toestel door personen met beperkte fysische, sensorische of mentale capaciteiten mag uitsluitend onder toezicht of
na instructies van verantwoordelijke personen gebeuren. Het toestel moet buiten bereik van kinderen gehouden worden.
Transport en opslag
Transport en opslag mogen alleen worden uitgevoerd door deskundig personeel met inachtneming van de montage
instructie en de geldende voorschriften. De levering volgens afleverbon moet nagekeken worden op juistheid, volledigheid
en beschadigingen. Zorg ervoor dat u ontbrekende hoeveelheden of beschadigingen tijdens het transport altijd schriftelijk
door de transporteur laat bevestigen. Bij niet-nakoming vervalt de aansprakelijkheid. Het transport moet met gepaste
hefmiddelen in de originele verpakking of met de aangegeven transportvoorzieningen worden uitgevoerd. Beschadigingen
en vervorming van de behuizing moeten worden vermeden. Het apparaat moet droog en weersbestendig in de originele
verpakking worden bewaard. Opslagtemperatuur tussen -10°C en +40°C. Sterke temperatuurschommelingen moeten
vermeden worden. Bij langdurige opslag van meer dan een jaar moet met de hand worden gecontroleerd of het
schoepenwiel nog licht genoeg loopt.
Montage
Montagewerkzaamheden mogen uitsluitend door deskundig personeel conform de montagehandleiding en de geldige
voorschriften en normen worden uitgevoerd. De bovengenoemde veiligheidsinstructies moeten worden opgevolgd!
Koppel altijd het toestel helemaal af van de netstroom alvorens het product te monteren respectievelijk de stekker aan
te sluiten of af te koppelen. De installatie moet zijn voorzien van een uitschakelvoorziening met een contactopening van
minstens 3,0 mm breed. Beveilig het toestel steeds tegen opnieuw inschakelen. Het montageoppervlak moet horizontaal
zijn en waterpas. Houdt rekening met een toelaatbare dakbelasting. Zorg ervoor dat er voldoende afdichting is tussen de
dakventilator en de daksokkel. Voor de installatie bevelen we een beklede bevestigingsklem aan die de geluidsoverbrenging
in het kanaal vermindert! Leg kabels en leidingen zo, dat ze niet beschadigd kunnen raken en niemand erover kan
struikelen. Na de montage mogen er geen bewegende onderdelen meer toegankelijk zijn! De elektrische aansluitingen
aan het apparaat moeten worden aangesloten volgens het schakelschema! Vergewis u er vóór de ingebruikname van
dat alle dichtingen en sluitingen van de contactdozen correct ingebouwd en onbeschadigd zijn, om te voorkomen dat
vloeistoffen en vreemde voorwerpen in het product kunnen terechtkomen. Waarschuwingstekens mogen niet veranderd
of verwijderd worden! Monteer de ventilator zo dat hij goed toegankelijk is voor onderhoud en reiniging en met weinig
moeite kan worden gedemonteerd! Schade wegens oververhitting kan niet worden gereclameerd.
Voorwaarden voor inbedrijfsstelling
Gebruik Novy ventilatoren niet in een explosieve omgeving. Ventilator niet aansturen met frequentie-omvormer. De
maximale omgevingstemperatuur, zoals aangegeven op het typeplaatje, niet overschrijden. Let op of de netspanning
overeenkomt met de opgave op het typeplaatje. Bij gebruik van het product in combinatie met een afzuigkap: Bij gelijktijdig
gebruik van een afzuigkap met afvoer en een vuurbron mag in de ruimte waar de vuurbron is opgesteld de onderdruk niet
groter zijn dan 4 Pa (4 x 10-5 bar). Er moet worden gezorgd voor voldoende ventilatie van de ruimte wanneer de afzuigkap
gelijktijdig wordt gebruikt met apparaten die gas of andere brandstoffen verbranden.
NL 3