Figuur 12.
Probleemoplossing
Het apparaat werkt niet:
• Controleer of de stekker in het stopcontact zit.
• Controleer of het huis stroom heeft.
• Controleer of de kamertemperatuur lager is dan 5°C of hoger is dan 35°C. Dat is namelijk
buiten het temperatuurbereik van het apparaat.
• Als de luchtvochtigheid lager is dan 35% werkt het apparaat niet.
• Controleer of het waterreservoir goed geplaatst is.
• Controleer of het waterreservoir niet vol is.
• Zorg ervoor dat zowel de luchtinlaat als -uitlaat niet geblokkeerd is.
Het apparaat lijkt niet veel te doen:
• Controleer of het filter stoffig of vies is.
• Controleer of zowel de luchtinlaat als -uitlaat niet geblokkeerd is.
• Controleer of de luchtvochtigheid in de ruimte hoog genoeg is.
• Controleer of de deuren en ramen gesloten zijn.
• Controleer of er iets in de ruimte is wat veel luchtvochtigheid produceert.
• Bekijk de prestatietabellen op pagina 3. De prestaties zijn afhankelijk van de temperatuur en
luchtvochtigheid.
Het apparaat lekt:
• Controleer of het apparaat en het waterreservoir geen beschadigingen, scheuren of
vervormingen hebben.
• Zorg ervoor dat het apparaat op een vlakke en stevige oppervlakte staat.
Het apparaat is te luidruchtig:
19