Zoef Robot Teun Gebrauchsanweisung Seite 51

6.3 Standaard starttijd wijzigen
De standaard starttijd van 9:00 uur kan worden gewijzigd in een willekeurige tijd
door de knoppen "START" en "OK" tegelijkertijd 3 seconden lang ingedrukt te
houden. Wanneer het eerste getal op het display knippert, kunt u met de knoppen
"START" en "HOME" de nieuwe starttijd selecteren en op "OK" drukken om te
bevestigen. Als "IDLE" op het display verschijnt, is de nieuwe starttijd correct ingesteld.
13 25
HOME
START
OK
6.4 Standaard maaitijd/maai duur per dag wijzigen
De standaard maaitijd is 8 uur per dag, u kunt dit veranderen in 1-24 uur. Druk 3
seconden op "OK", wanneer het eerste getal op het display knippert, gebruik de
knoppen "HOME" en START" om een getal van 1 tot 24 in te stellen en stel in
hoeveel uur u uw grasmaaier in uw gazon wilt laten werken. Druk op "OK" om te
bevestigen. Als "IDLE" op het display verschijnt is de nieuwe werktijd correct
ingesteld.
H
06
HOME
START
OK
6.5 Standaard aantal maaidagen per week wijzigen
De standaard maaitijd per week is 5 dagen, u kunt dit veranderen in 3 of 7
dagen. Druk gedurende 3 seconden op de "HOME" en "OK" toetsen, wanneer
het eerste nummer op het display knippert, gebruik de "HOME" en START"
toetsen om een nummer in te stellen van 03 tot 07 en stel in hoeveel dagen per
week u uw grasmaaier in uw gazon wilt laten werken. Druk op "OK" om te
bevestigen. Als "IDLE" op het display verschijnt is de nieuwe werktijd per
week correct ingesteld.
100
id lE
HOME
START
OK
id lE
HOME
START
OK
7. Zelfcontrole van functies en foutmeldingen
Display Status Actie
F1 Regenvertraging Er is geen actie nodig.
geactiveerd
E1 Robot buiten het 1. Controleer of de grasmaaier zich in het werkgebied
werkgebied bevindt, als dat het geval was.
2. Controleer of het oplaadstation goed is aangesloten op
de oplader en of deze is aangesloten op een geschikte
stroomvoorziening; als ze goed zijn aangesloten, zijn de
grensdraden verkeerd geklemd en moeten ze worden
omgedraaid.
E11 Geen grenssignaal 1. Als de robot in het werkgebied bevindt en het LED-
lampje van het laadstation ROOD is, betekent dit dat de
grenskabel niet goed was aangesloten op de klemmen van
de oplaadstation. Als de kabel wel goed is aangesloten
op de klemmen en het LED-lampje nog steeds ROOD is,
controleer dan of de grenskabel niet is beschadigd/
onderbroken.
E2 Geen grenssignaal 1. Zet de grasmaaier uit en breng de robot naar een plek
zonder obstakels.
2. Zet de grasmaaier aan. Druk op START en vervolgens
op OK .
3. Als de foutmelding nog steeds wordt weergegeven,
schakel dan de robot helemaal uit.
Uit?; draai de grasmaaier ondersteboven en controleer
of er iets is dat het draaien van de wielen verhindert.
4. Verwijder eventuele obstakels, zet de grasmaaier
rechtop, zet de stroom aan. Druk op START en
vervolgens op OK.
E3 Messenhouder geblokkeerd 1. Zet de grasmaaier uit.
2. Draai de grasmaaier ondersteboven en controleer of
er iets is dat het draaien van de maaischijf verhindert.
3. Verwijder elke obstructie.
4. Draai de grasmaaier rechtop en breng hem naar een
gebied met kort gras of pas de maaihoogte aan.
5. Zet de grasmaaier aan. Druk op START en vervolgens
op OK.
E4 Botssensoren geactiveerd 1. Zet de grasmaaier uit.
2. Breng de robot naar een plek in uw gazon die vrij
is van obstakels.
3. Verwijder de zwevende deksel en controleer de
cilindrische magneet op de zwevende deksel.
Als er geen magneet is, vervangt u de zwevende deksel.
4. Zet de stroom aan. Druk op START en vervolgens op OK.
E5 Til sensor geactiveerd 1. Zet de grasmaaier uit.
2. Breng de grasmaaier naar een plek in uw gazon die vrij
is van obstakels.
3. Zet de grasmaaier aan. Druk op START en op OK.
4. Als de foutmelding nog steeds wordt weergegeven;
schakel de stroom uit. Draai de grasmaaier ondersteboven.
Controleer of de voorwielen goed draaien..
5. Verwijder eventuele obstakels, zet de grasmaaier
rechtop, zet hem aan. Druk op START en op OK.
101
22