Opbouw
1
Trek de rondeteller uit op de breedte van de gebruikte rail (afb.
Leg de zijdelingse kanten van de rail in de bevestigingen aan de
voet van de rondeteller.
Voertuigopstelling
1
Voertuigopstelling (afb.
1
)
Stel de voertuigen zodanig op, dat zij in rijrichting dicht voor de licht-
barrière (afb.
) van de rondeteller staan.
2
1
2
De rondeteller herkent een voertuig bij het doorrijden van de licht-
barrière. Er kunnen ronderaces
den. Daarbij kunnen maximaal 999 ronden of 59 minuten en 59
).
seconden worden ingesteld.
1
einstellen.
2
Alle instellingen en weergaven worden gemaakt met behulp van de
twee knoppen
en
C
diverse informatie over de race worden opgeroepen.
Werkwijze
of tijdraces
afgewerkt wor-
1
2
Instellingen
C
D
E
. Tijdens en na een race kan via de
-toets
E
E
Inschakelen
050
050
1
00:44:28
00:44:28
Schuif de Aan-/uit-schakelaar (
) op ON. Het display toont de in-
D
voermodus ronderace aan (afb.
, knipperend).
1
Racemodus instellen
050
050
1
00:44:28
00:44:28
050
045
2
05:00:
00:44:28
Na het inschakelen van de rondeteller staat deze automatisch in de
rondenmodus (afb.
). Bij de eerste ingebruikname is het aantal
1
ronden vooraf op 50 ingesteld. De rondeteller slaat het laatst inge-
stelde aantal ronden op en toont dit de volgende keer dat het wordt
opgeroepen. Om over te schakelen naar de tijdmodus (afb.
drukt u eenmaal op de toets
E
. De tijdsaanduiding knippert nu. Bij
de eerste ingebruikname is de tijd vooraf op 5 minuten ingesteld. De
rondeteller slaat de laatst ingestelde tijd op en toont dit de volgende
keer dat het wordt opgeroepen.
INSTRUCTIE: Als er gedurende ca. 10 minuten geen gegevens
worden ingevoerd, schakelt de rondeteller automatisch uit.
),
2
29