Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Adastra A30 Handbuch Seite 4

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

INTRODuCTIE
De ADASTRA versterkers zijn ontworpen voor gebruik in fabrieken, kantoren en openbare ruimten.
De versterkers zijn voorzien van drie microfoon ingangen, en een lijningang welke gebruikt kan worden
voor het weergeven van een audiobron of vergelijkbaar signaal. De versterkers zijn voorzien van een extra
uitgang voor het aansluiten van de ADASTRA 952.976 SLAVE versterker, hiermee heeft u ongelimiteerde
uitbreidingsmogelijkheden. De versterkers zijn geschikt voor het aansluiten van 100 V of 8 Ohm
luidsprekers, tevens kunnen ze aangesloten worden op een 220V AC of 24V DC voedingsspanning.
Opmerking: Het is van groot belang dat, indien de voedingsbron niet voorziet in een aardaansluiting, de
versterker met een daarvoor geschikte kabel met aarde wordt verbonden.
Voorzijde: Van links naar rechts, potmeters voor de microfoonkanalen, lijnsignaal, BASS en TREBLE
instellingen, de MASTER volumeregeling met uitlezing van het signaalvolume en de netschakelaar.
Achterzijde: Van links naar rechts, de aansluiting voor de 220V AC voedingsspanning, aansluiting voor de
24V DC voedingspanning. Aansluiting voor de luidsprekeruitgangen en de SLAVE OUT voor opname- of
koppelfunctie. LINE IN en LINE OUT met daarnaast de ingangen voor de microfoons. Microfooningang 2 (en
evt. 3) voorzien van mono jack ingang met prioriteitschakelaar en MIC 1 ( 3-pens XLR-connector). Voor
specificaties zie het datablad.
Opmerking: De versterkers zijn beveiligd tegen kortsluiting, onderbelasting en oververhitting. Indien de
versterker in de protect-stand staat, gelieve alle aansluitingen te controleren om eventuele storingen te
elimineren, na ongeveer 5 minuten herstelt de versterker zich (alle beveiligingscircuits zijn weer
beschikbaar). Indien een storing vaker voorkomt kan het noodzakelijk zijn de netzekering te vervangen (
indien deze defect is zal de aan/uit- schakelaar niet oplichten).
INSTALLATIE
MIC1: ingang voor het aansluiten van een gebalanceerde microfoon. Aansluitingen: Pen 1 aarde, Pen 2 +,
Pen 3 -. MIC 1 is standaard voorzien van een prioriteitsfunctie, waarbij de overige signalen onderdrukt
worden.
MIC2 en MIC 3: ingang voor het aansluiten van een ongebalanceerde microfoon, schakelaar voor het
instellen van de prioriteitsfunctie.
Indien u op de ongebalanceerde ingang een gebalanceerde microfoon wilt aansluiten moeten de beide
binnenaders op de tip van de Jack-connector worden aangesloten.
Cd-spelers en cassettedecks kunnen op de RCA-connector van de LINE-IN worden aangesloten, Indien u
het uitgangssignaal wilt opnemen of doorkoppelen dient u de LINE-OUT te gebruiken.
Opmerking: Om beschadiging van uw versterker te voorkomen dient u die juiste connectoren te gebruiken.
LuIDSPREkERS
De aansluitingen van de luidsprekers dient te gebeuren met vork- of ringterminals welke aan de draad
gesoldeerd of gekrompen is. Elke andere montagemethode kan kortsluiting of niet functioneren als gevolg
hebben. Het is niet toegestaan 100V en laagohmige luidsprekers tegelijk aan te sluiten.
Laagohmige luidsprekers moeten op een dusdanige wijze worden aangesloten dat de belasting nooit
hoger wordt dan 8 Ohm. Twee 4 Ohm luidsprekers dienen dus in serie te worden aangesloten op de
versterkeruitgang. Het is belangrijk om bij een laagohmige configuratie er op toe te zien dat luidsprekers
nooit overbelast worden, dit om onherstelbare schade aan de installatie te voorkomen.
De 100V luidsprekers moeten aangesloten worden op de common en 100V connectoren, het totale
vermogen van de luidsprekers mag nooit groter zijn dan het maximale vermogen van de versterker.
Alle luidsprekeruitgangen zijn zwevend, het kan raadzaam zijn (bijv. bij instabiliteit) de common uitgang
van de luidsprekers te verbinden met de aardaansluiting van de versterker.
Opmerking: De versterkers bij voorkeur gebruiken met 100V luidsprekers.
AANSLuITING OP EEN ACCu
Een 24Volt Accu dient aangesloten te worden d.m.v. vork- of ringterminals welke aan de draad gesoldeerd
of gekrompen is. Elke andere montagemethode kan kortsluiting of niet functioneren tot gevolg hebben.
U dient er voor zorg te dragen dat de spanning op de juiste wijze wordt aangesloten. Het afgegeven
vermogen op de luidsprekeruitgangen is afhankelijk van de capaciteit van de aangesloten voedingsbron.
Opmerking: De aan / uit schalekaar is specifiek bedoeld voor de 220 Volt voedingsspanning. Indien u de
versterker, welke aangesloten is op een 24 Volt accu, wilt schakelen dient u hiervoor een extra schakelaar
te monteren.
INGEBRuIkNAME
Als de configuratie zoals die u wenst is gerealiseerd dient u ervoor te zorgen dat de spanning is
uitgeschakeld en alle volumepotmeters in de minimale stand staan. Indien u nu de voedingsspanning
aansluit en de versterker aanschakelt dient het lampje in de schakelaar op te lichten.
Stel het MASTERVOLUME in op 6 en vervolgens draait u het volume van de MIC1 omhoog terwijl u
tegelijkertijd een signaal aanbiedt op deze ingang, de weergave van het signaal-volume zal oplichten. Bij
voorkeur dient het volume dusdanig ingesteld te worden dat het PEAK-signaal minimaal oplicht of net
niet, u benut in dit geval het maximale vermogen van de versterker. Indien het PEAK-signaal continue
oplicht wordt de versterker overstuurd en zal het signaal vervormd worden weergegeven. Het kan
voorkomen dat het MIC1 signaal maximaal is ingesteld en het uitgangs-signaalvolume het maximum nog
niet heeft bereikt, in dit geval kan het noodzakelijk zijn het MASTERVOLUME te verhogen totdat het
gewenste resultaat is behaald.
Vervolgens stelt u de overige signalen in op het door u gewenste niveau, dit ten opzichte van het MIC1-
signaal om er voor zorg te dragen dat u het MASTER-signaal kunt variëren met behoud van u originele
configuratie.
De meeste lijnuitgangen van aangesloten apparatuur zijn instelbaar, het kan wenselijk zijn deze te
variëren om een juiste balans op de versterker te realiseren.
Met de BASS en TREBLE potmeters kunt u het uitgangssignaal aanpassen aan uw persoonlijke wensen. Bij
gebruik van hoornluidsprekers is het aan te raden een minimum aan laag aan te bieden, daar deze
luidsprekers erg gevoelig zijn voor teveel laag.
INTERFERENTIE
Alle ADASTRA apparatuur voldoen aan de daarvoor geldende EMC-eisen. Indien er echter in de directe
omgeving van de versterker, leidingen of luidsprekers ernstige storingsbronnen voorkomen kan het
noodzakelijk zijn maatregelen te nemen.
Het is essentieel dat de versterker met aarde wordt verbonden, dit om te voorkomen dat er stoorsignalen
kunnen ontstaan.
De versterker bij voorkeur niet in de buurt van transformators, televisies en computers plaatsen.
NL
AMPLIFIER MANuAL

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

A60A120S120

Inhaltsverzeichnis