Wi-Fi
U kunt via een Wi-Fi-netwerk verbinding maken met apparaten in de
buurt.
Verbinding maken met een Wi-Fi-netwerk
1
Tik in het instellingenscherm op Netwerk & internet Wi-Fi.
2
Tik op
•
De beschikbare Wi-Fi-netwerken verschijnen automatisch.
3
Selecteer een netwerk.
•
U moet wellicht het wachtwoord van het Wi-Fi-netwerk invoeren.
•
Het toestel slaat deze stap over als u verbinding maakt met eerder
verbonden Wi-Fi-netwerken. Als u niet automatisch wilt verbinden
met een bepaald Wi-Fi-netwerk, tik dan op het netwerk en tik op
Vergeten.
Instellingen van Wi-Fi-netwerk
Tik in het instellingenscherm op Netwerk & internet Wi-Fi.
•
Overschakelen naar mobiele data: Als mobiele data is geactiveerd
maar het toestel geen verbinding met het internet kan maken via
Wi-Fi, maakt het toestel automatisch verbinding met het internet via
mobiele data.
•
Deze functie is afhankelijk van de serviceprovider.
•
: Pas de instellingen van het Wi-Fi-netwerk aan.
Wi-Fi Direct
U kunt uw toestel verbinden met andere apparaten die Wi-Fi Direct
ondersteunen om rechtstreeks met deze apparaten gegevens te delen.
U hebt geen toegangspunt nodig. Met Wi-Fi Direct kunt u verbinding
maken met meer dan twee apparaten.
1
Tik op het scherm met de instellingen achtereenvolgens op Netwerk
& internet Wi-Fi
•
Apparaten in de buurt met ondersteuning voor Wi-Fi Direct
verschijnen automatisch.
Instellingen
om deze functie te activeren.
Geavanceerd Wi-Fi Direct.
101