Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Uitlaatdruk Instellen; Terugspoelen; Regelen Van De Instelschaal - Honeywell HS10S Einbauanleitung

Hauswasser-station
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für HS10S:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
1. Installatie
Tijdens de montage dient men de plaatselijke voorschriften
alsmede de algemene richtlijnen en het installatievoorschrift
in acht te nemen. De installatieruimte moet vorstvrij en goed
toegankelijk zijn. Voor de huishoudwatercombinatie moet een
afsluiter aangebracht worden.
Voor aansluitingen met een doorsnede van 2" dient aan
de uitlaatzijde het meegeleverde Venturi-knijpstuk te
worden ingezet.
1.1 Montage
1. De netleiding goed uitspoelen.
2. De huishoudwatercombinatie aanbrengen
Venturi-knijpstuk 8 er inzetten (uitsluitend voor 2")
Doorstroomrichting volgens pijl
Montage in een horizontale buisleiding met naar
beneden gerichte zeefhouder.
Tijdens het monteren mag er geen spanning noch
verbuiging optreden.
Moeten buisverbindingen gesoldeerd worden, dan de
buiseinden niet tegelijk met de huishoudwater-
combinatie solderen. Hoge temperaturen vernietigen
voor de werking belangrijke onderdelen van het
binnenwerk.Eerst de buiseinden vertinnen, vervolgens
de meegeleverde terugslagklep erin steken en dan pas
de huishoudwatercombinatie aanbrengen.
Tijdens de montage van de terugslagklep op de
doorstroomrichting letten.
3.
De manometer hermetisch aansluiten.
1.2 Afvoer van het terugspoelwater
Het terugspoelwater moet zo naar het afvoerkanaal geleid
worden, dat het niet teruggestuwd kan worden.
Daartoe zijn er 3 mogelijkheden :
1. Rechtstreekse aansluiting:
Overgangsmof DN 50/70 alsmede de benodigde
buisleiding en stankafsluiter (3 ellebogen 90°) in DN 70.
2. Vrije afvoer naar een in de bodem aanwezig riool.
3. Afvoer in een open vat.
Filterformaat
Hoeveelheid terugspoelwater*
1
/
" en
3
/
"
2
4
1" en 1
1
/
"
4
1
1
/
" en 2"
2
* Bij een ingangsdruk van 4 bar en een terugspoeltijd van 15 seconden.

2. Uitlaatdruk instellen

1. Klep 1 sluiten.
2. De druk aan de kant van de afloop ontlasten
(bijv. door watertaps).
3. Klep 2 sluiten.
4. Klep 1 openen.
5. Gleufschroef 3 losdraaien
Niet eruit draaien!
6. Uitlaatdruk instellen
Instelknop 4 draaien, totdat instelschaal 5 met de
gewenste waarde op de manometer overeenstemt.
Wordt de uitlaatdruk op een lagere waarde ingesteld,
dan moet de druk aan de kant van de uitlaat worden
afgelaten, zodat de gewenste uitlaatdruk zich in kan stellen.
7. Gleufschroef 3 weer vastdraaien.
8. Klep 2 langzaam openen.
12 liter
15 liter
18 liter
NL

3.Terugspoelen

Voor de terugspoeling wordt een inlaatdruk van minstens
1,5 bar vereist. Het terugspoelinterval hangt af van de mate
van vervuiling van het water. Op zijn laatst om de 2 maanden,
dient er volgens DIN 1988, deel 8, een terugspoeling plaats
te vinden.
Teneinde het terugspoelinterval gemakkelijk en regelmatig in
acht te nemen, bevelen wij aan een terugspoelautomaat
Z11S te installeren.
Ook tijdens het terugspoelen kan men gefiltreerd water
aftappen.
3.1 Met de hand bediende terugspoeling
Geschiedt de terugspoeling niet via een rechtstreekse
aansluiting, dan dient men er voor het terugspoelen een vat
onder te plaatsen om het water op te vangen.
1. De kogelkraan 6 door draaien van de terugspoelknop
tot aan de pal openen
De merkstreep moet loodrecht staan
Het gepatenteerde terugspoelsysteem treedt in
werking
2. De kogelkraan na ongeveer 15 seconden weer sluiten
Is het filter erg vervuild, dan kan een langere
terugspoeltijd noodzakelijk blijken.
Met behulp van memory-ring 7 kan de eerstvolgende termijn
voor met de hand bediende terugspoeling ingesteld worden.
3.2 Automatisch terugspoelen met de Z11S
De terugspoelautomaat Z11S is als optie verkrijgbaar.De
automaat zorgt er op betrouwbare wijze voor, dat het terug-
spoelen van het filter met instelbare tussenpozen van 4
minuten tot 3 maanden plaats grijpt.

4. Regelen van de instelschaal

Wordt de instelknop gedemonteerd, dan gaat deze regeling
verloren. Een nieuwe regeling is met behulp van de
manometers mogelijk.
Uitlaatdruk als volgt instellen.
1. Klep 1 sluiten.
2. De druk aan de kant van de afloop ontlasten
(bijv. door watertaps).
3. Klep 2 sluiten.
4. Klep 1 openen.
5. Gleufschroef 3 eruit draaien.
6. Uitlaatdruk door verdraaien van instelknop op 4 bar
instellen.
7. Schaalwaarde 4 met de merkstreep in het midden van
het venster in overeenstemming brengen.
8. Gleufschroef 3 erin draaien.
9. Klep 2 langzaam openen.
8

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis