Herunterladen Diese Seite drucken

Honeywell PEHA D 431 HAN LED Installations- Und Bedienungsanleitung Seite 4

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

Installatie- en
gebruikshandleiding
D 431 HAN LED
LED-draaidimmer, faseaansnijding
1. Veiligheid
WAARSCHUWING!
Gevaren bij het niet in acht nemen van
de handleiding.
Deze handleiding bevat belangrijke informatie voor de veilige
omgang met het apparaat. Er wordt met name op mogelijke
gevaren gewezen. Het niet in acht nemen kan leiden tot dodelijk
of ernstig letsel.
• Lees de handleiding zorgvuldig door.
• De veiligheidsinstructies in deze handleiding in acht nemen.
• De handleiding binnen handbereik bewaren.
1.1 Doelmatig gebruik
Het apparaat is uitsluitend geschikt voor het volgende gebruik:
− Schakelen en dimmen van elektrische verbruikers
(„belastingen"). Op de aangesloten belastingen moet
altijd zijn aangegeven dat ze dimbaar zijn.
− Toepassing in een faseaansnijdingsproces.
− Inbouw in inbouwdozen met een ø 58 mm.
− Geschikt voor ohmse en inductieve belastingen.
Toegestane belasting
LED-lampen (dimbaar)
Gloeilampen
Hoogvoltage-halogeenlampen (230 V~)
Magnetische trafo's (halogeenlampen)
Elektronische trafo's (halogeenlampen)
Actuele lijst met geschikte belastingen:
www.peha.de –> Service –> Downloads
Gebruik van het apparaat mag uitsluitend in technisch perfecte staat
en volgens juiste montage. Tot het gebruik conform de voorschriften
behoort ook het lezen en in acht nemen van deze handleiding.
1.2 Geautoriseerde doelgroepen
Montage, installatie en storingsdiagnose mag uitsluitend door
gekwalificeerde elektriciens worden uitgevoerd. Vereisten:
− Kennis van de basisbeginselen in de elektrotechniek.
− Kennis van de landspecifieke bepalingen en normen.
− Kennis van de geldende veiligheids- en ongevallenpreventie-
voorschriften.
− Kennis van deze handleiding.
Gebruik en afvoer door gebruiker. Vereisten:
− Kennis van deze handleiding.
1.3 Algemene veiligheidsinstructies
In de volgende gevallen is het gebruik van het apparaat verboden:
− Voor toepassing in een faseafsnijdingsproces.
− Voor het gebruik met vermogensuitbreiding.
− Bij schade aan het apparaat of aan de afzonderlijke onderdelen.
− Eigenhandig aangebrachte wijzigingen of veranderingen aan
het apparaat.
− Voor kinderen of personen die gevaar bij omgang met het
apparaat niet kunnen inschatten.
In de volgende situaties kan de fabrikant niet aansprakelijk
worden gesteld voor schade:
− Bij het niet in acht nemen van deze handleiding.
− Bij niet beoogd gebruik.
− Bij gebruik door niet geautoriseerde doelgroepen.
− Bij gebruik van reserveonderdelen die niet door de fabrikant
zijn vervaardigd of goedgekeurd.
− Bij het omzeilen van de veiligheidsinrichtingen op het apparaat.
Overige veiligheidsinstructies kunt u vinden in de
NL
desbetreffende relevante gedeeltes van deze handleiding.
2. Product
Afbeelding: D 431 HAN LED
B
A
A Drukschakelaar
B Aansluitklemmen
C Stelbout met minimale lichtsterkte
D Zekeringhouder met reservezekering
Technische gegevens
Bedrijfsspanning
220-240 V~ / 50-60 Hz
Dimmertype
Faseaansnijding
Fijnzekering
d 1,6 H 250 V
Ohmse belasting (R)
6-120 W
Inductieve belasting (L)
25-100 VA
R,L
LED-lampen (dimbaar)
6-60 W
Omgevingstemperatuur
10 tot 40 °C
Opslagtemperatuur
-20 °C tot 60 °C
Steekklemmen
1x 1,5 mm² of 1x 2,5 mm²
Beschermingsklasse
IP 20
Het apparaat is bovendien uitgerust met een interne
temperatuur beveiliging. Na het activeren van de temperatuur-
zekering is het apparaat permanent buiten bedrijf gezet.
Het apparaat voldoet aan:
− DIN EN 60669-1, DIN EN 60669-2-1
− Richtlijn 2011/65/EU (RoHS)
− Richtlijn 2014/30/EG (EMC-richtlijn)
− Richtlijn 2014/35/EU (Laagspanningsrichtlijn)
− Verordening (EG) nr. 1907/2006 (REACH)
− Certificering KEMA/KEUR
3. Montage en installatie
3.1 Veiligheidsinstructies voor de montage
− Alle werkzaamheden op de stroomvoorziening en op het
apparaat mogen uitsluitend door gekwalificeerde elektriciens
worden uitgevoerd.
− De geldende wetten en voorschriften van het land waarin het
apparaat wordt gebruikt, dienen in acht te worden genomen.
WAARSCHUWING!
Gevaar op een elektrische schok.
Het niet in acht nemen van de omgevingsvoorwaarden kan
leiden tot gevaarlijke situaties in de omgang met stroom.
Aan de binnenzijde van het apparaat bevinden zich spannings-
geleidende onderdelen. Het aanraken van spanningsgeleidende
onderdelen kan leiden tot elektrische schok, brandwonden of
dodelijk letsel.
• De elektrische installatie moet vóór installatie spanningsloos
worden geschakeld.
• De elektrische installatie moet worden beveiligd tegen
herinschakelen.
• Het apparaat controleren op spanningsloosheid.
LET OP!
Gevaar op schade door ondeskundige
montage.
Een onjuiste aansluiting kan het apparaat verstoren.
• Het apparaat mag uitsluitend in technisch perfecte staat
worden gemonteerd.
• Het apparaat moet worden beveiligd tegen vochtigheid.
• Controleer of de kabels niet worden beschadigd, geknikt of
bekneld.
• De netspanning in acht nemen (typeplaatje).
• Controleer of de stroomvoorziening geschikt is.
• Voedingskabel met zekeringsautomaat (F = max. 16 A)
afzekeren.
• Geschikt bevestigingsmateriaal gebruiken.
3.2 Reductie van het dimmervermogen
Vermogen in %
100
C
90
80
70
60
50
D
40
30
20
10
0
-10 0
10
20 30 40
50
60 70 80
Vanwege de manier waarop het apparaat werkt, wordt een klein
deel van het aansluitvermogen in warmte omgezet, waardoor
het apparaat tijdens bedrijf warmer wordt. Het aangegeven
nominale vermogen van het apparaat is berekend op de inbouw
in een massieve stenen of betonnen wand.
In de volgende gevallen moet het maximale aansluitvermogen
met ten minste 20% worden verminderd:
− Bij inbouw in een opbouwbehuizing.
− Bij het inbouwen in een lichtgewicht wand (bijv. gipskarton-
platen met houden onderconstructie, hout of lichtgewicht
bouwstenen).
− Als er warmtebronnen in de nabijheid van het apparaat staan.
3.3 Installatie
• Controleer of de elektrische installatie spanningsloos is.
• Controleer of het aansluitvermogen van de inbouwsituatie
juist is.
• Controleer of de inbouwdoos zich op een juiste locatie bevindt.
• Moer op de drukschakelaar losmaken.
• Het apparaat conform het aansluitschema (A) of (B) aansluiten.
• Het apparaat in de inbouwdoos plaatsen.
• Het apparaat met schroeven of klauwmoeren fixeren.
• Frame en afdekking van het schakelprogramma plaatsen.
• Moer op de drukschakelaar fixeren.
• Dimmerknop plaatsen.
• Elektrische installatie inschakelen.
(A) Aan/uit-schakeling
L
N
(B) Wisselschakeling
L
N
3.4 Aansluiting LED-retrofit
Retrofit LED-lampen zijn LED-lampen waarvan de vorm
aan conventionele lampen is aangepast (bijv. gloeilampen).
Retrofit LED-lampen van verschillende fabrikanten hebben een
in hoogte verschillende impulsstroomopname.
Het vermogen van het apparaat is beperkt tot 60 W.
Bij het aansluiten van meerdere retrofit LED-lampen:
• Gebruik altijd hetzelfde type en van dezelfde fabrikant.
• De basislichtsterkte en de instelbout dusdanig instellen dat
het flikkeren in het onderste dimbereik achterwege blijft.
• Controleer of het apparaat geschikt is voor het aantal
aangesloten retrofit LED-lampen.
4. Bedrijf
4.1 Controle na ingebruikname:
Instelling van minimale lichtsterkte
Het apparaat is in de fabriek ingesteld voor gebruik bij 50 Hz.
Als de aangesloten belasting niet inschakelt of flikkert:
• Stel de belasting in op minimale lichtsterkte door aan de
drukschakelaar te draaien (linksom).
• Met een schroevendraaier moet de stelschroef worden
ingesteld op de gewenste basislichtsterkte.
• Let op dat de aangesloten belasting ook bij de instelling van
de minimale lichtsterkte brandt.
4.2 Bediening
• In-/uitschakelen: Drukschakelaar indrukken.
• Dimmen: Drukschakelaar draaien. Door met de wijzers van de
klok mee te draaien (rechtsom) wordt de lichtsterkte groter.
90 100
5. Storingsdiagnose
Temperatuur in °C
Storingen tijdens bedrijf
• Controleer de installatieautomaat en voedingsspanning.
• Aangesloten verbruikers en aansluitleidingen controleren.
• Andere lichtbronnen gebruiken.
• Basislichtsterkte controleren.
• Fijnzekering controleren en zonodig door een gelijkwaardige
zekering vervangen.
• Na het activeren van de interne temperatuurzekering:
Apparaat vervangen.
• Bij gebruik met LED-belasting: Ontstoringscondensator
(bijv. type X1, 330 nF) in de toevoerkabel tussen L- en
N-ader aansluiten.
Wijzigingen van lichtsterkte bij LED-lampen
Schommelingen in de netspanning worden bij LED-lampen door
wijzigingen in de lichtsterkte weergegeven. Als bij een directe
aansluiting van de LED-lamp wijzigingen in de lichtsterkte
optreden:
• LED-lamp niet in dimstand gebruiken.
Flikkeren
Rimpelspanningen in de netspanning worden bij een lage
dimstand als een flikkeren van het verlichtingsmiddel getoond.
Het gaat hier echter niet om een storing van het apparaat.
Brommen
Afhankelijk van de manier waarop het apparaat werkt, kan een
bromgeluid optreden. Het gaat hier echter niet om een storing
van het apparaat.
Als een storing niet kan worden verholpen:
• Neem contact op met de dealer.
6. Afvoeren
Het apparaat bevat elektrische onderdelen en is onderworpen
aan de richtlijn 2012/19/EU voor verbruikte elektrische
en elektronische apparatuur (WEEE). De behuizing is van
recyclebaar kunststof gemaakt.
• Het apparaat mag aan het einde van de gebruiksperiode niet
bij het huishoudelijk afval worden gegooid.
• Bij de stedelijke- of gemeentelijke instellingen kunt
u navraag doen inzake de mogelijkheid op een
milieuvriendelijke en deskundige recycling
(recycling) of naar het afvoeren van het apparaat.
• Het apparaat volgens de wettelijke bepalingen
via een deskundig afvoerbedrijf of de
gemeentelijke afvalwerkingsstations afvoeren.
7. Contact
PEHA Elektro B.V.
een Honeywell Company
Pieter Calandweg 58
6827 BK Arnhem
Telefoon: +31 (0)26 36 875 00
Fax:
+31 (0)26 36 875 09
Internet: www.peha.de
E-mail: pehainfo.nl@honeywell.com
Wijzigingen voorbehouden. © 2016 Honeywell GmbH.
126549_Rev02_D431HANLED_NL

Werbung

loading