4.3 Externe luchtaansluiting
Als er geen externe luchttoevoer wordt
gebruikt
Fig. 11
2. Als er geen externe luchttoevoer wordt gebruikt, kan de
externe luchtaansluiting (A), indien gewenst, worden
losgeschroefd. Verwijder de vier schroeven waarmee
de externe luchtaansluiting vastzit en vervolgens de
aansluiting zelf. (Voor producten met basis: Indien
nodig kunt u het hitteschild onder de verbrandingskamer
losschroeven om het demonteren van de externe
luchtaansluiting te vergemakkelijken.
3. Monteer de convectieplaat terug na het verwijderen van de
externe luchtaansluiting.
Externe luchtaansluiting via basis
Via de achteruitlaat van de basis
Fig. 12
1. Zet een kartonnen doos aan de binnenkant van de
A
Fig. 13
2. Raadpleeg de installatie-instructies bij de externe luchtset.
3. Sluit de slang met een slangklem op de externe
achterplaat om te voorkomen, dat de basis beschadigd
raakt door stukken van de afdekking. Tik de afdekking er
met een hamer uit.
luchtaansluiting aan. De isolatie van de externe luchtslang
eindigt ongeveer 100 mm onder de verbrandingskamer.
NEDERLANDS
A
11