KED CYCLE & RIDE Gebrauchsanleitung Seite 21

NL
GEBRUIKSAANWIJZING
Veiligheidshelmen horen bij de persoonlijke veiligheidsuitrusting en dra-
gen ertoe bij, om hoofdletsels te verhinderen of tenminste aanzienlijk te
verminderen. Gelieve u de tijd te nemen voor de volgende instructies
en de instelling van uw helm. Het dient voor uw veiligheid en het grootst
mogelijke draagcomfort.
Gedetailleerde informatie en illustraties vindt u op de voorste pagina's.
1. Algemene informatie
Deze ruitersport- en fietshelm (Cycle & Ride) vormt volgens de actue-
le stand van de techniek de bestmogelijke bescherming van het hoofd
tegen uitwendige belemmeringen. Hij kan echter nooit de garantie voor
uitsluiting van letsels zijn. Onze ruitersport- en fietshelmen vervullen de
Europese Norm VG1 01.040-2014-12 en EN 1078.
Alle helmen stemmen overeen met de Europese richtlijn 89/686/EEG en
dragen daarmee het CE kenteken. In het kader van deze norm worden
helmen op stootdemping, doordringing, afstrijking, kinriembestendigheid
en afdekzones gecontroleerd.
2. Keuze van de juiste helmmaat
Een helm kan u alleen beschermen als hij correct zit. Meet uw hoofdom-
vang op de breedste plaats en kies dan de passende maat. De maata-
anduiding bevindt zich bij deze helm op een etiket binnen in de helm.
De helm moet zich op het hoofd veilig en comfortabel aanvoelen. Probeer
meerdere helmen, u zult reeds eerste verschillen merken. Kijk in de spie-
gel, de helm dient ook bij u te passen.
3. Aanpassen van het regelsysteem voor de grootte
Een goede pasvorm is voorwaarde voor best mogelijke bescherming.
Daarom is de helm uitgerust met een QuickSafe regelsysteem. Door aan
het instelwieltje te draaien kan de hoofdringgrootte passend worden inge-
steld. Als u het wieltje in de „-" richting verdraait spant de hoofdring aan,
als u het wieltje in de „+" richting verdraait wordt de hoofdring losser (zie
afbeelding 2).
4. Correcte positionering
Zet uw helm altijd horizontaal op het hoofd, zodat het voorhoofd bescher-
md is, maar het zicht niet belemmerd wordt. Uw helm mag ook niet naar
achteren verschoven op het hoofd zitten (zie afbeelding 1).
5. Vaste zitting
De controle van de vaste zitting gebeurt door lichtjes met uw hoofd te
schudden met geopende kinriem. Daarbij mag de zitting van uw helm niet
veranderen. Een optimale pasvorm is noodzakelijk, opdat de helm zijn
21