raat condenswater vormen; dit kan de werking beïnvloeden
en schade veroorzaken. Wacht met het gebruik tot de camera
zich heeft aangepast aan de omgevingstemperatuur. Het ge-
bruik van een opbergtas of plastic tas biedt een zekere mate
van bescherming tegen temperatuurverschillen.
•
Laat de camera niet vallen.
Harde schokken die bij een val ontstaan sterke of vibraties
kunnen storingen veroorzaken. Leg bij het dragen van de ca-
mera de draagriem om uw pols.
•
Verwijder de accu niet tijdens het verwerken van gegevens.
Als de stroom uitvalt tijdens het bewerken van beeldgege-
vens op de geheugenkaart kan dat leiden tot verlies van ge-
gevens of kan de interne elektronica of het geheugen be-
schadigd raken.
•
Ga voorzichtig om met het objectief en alle bewegende on-
derdelen
Raak het objectief en de objectiefbuis niet aan. Ga voorzich-
tig om met de geheugenkaart en de accu. Deze onderdelen
zijn niet bestand tegen zware belastingen.
•
Accu's
Bij lage temperaturen kan de capaciteit van de accu sterk af-
nemen. Houd een warme reserveaccu bij de hand als u bij
lage temperaturen wilt fotograferen.
Als de contacten van de accu zijn verontreinigd, kunt u deze
reinigen met een droog, schoon doekje of met een vlakgom.
12 van 350