Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Dubbeltractie; Extra Functies - LGB Universalhandy 55015 Bedienungsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Universalhandy 55015:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
tot stilstand is gekomen, moet de pijltoets kort
losgelaten worden voordat de loc in tegenge-
stelde rijrichting kan gaan rijden.
2.3 Noodstop
Met uw universele handy kunt u met de toets
een noodstop of een pauze bewerkstelligen. De
stroomvoorziening naar de baan wordt dan direct
onderbroken, het stellen van magneetartikelen
wordt gestopt. Dit wordt door het knipperen van
de bovenste controlelamp op de universele handy
weergegeven (niet bij radiografische besturing)
Nogmaals op de toets
sec pauze) heft de onderbreking weer op, alle
locomotieven rijden met de als laatst ingestelde
opdrachten verder, het stellen van magneetartike-
len wordt opnieuw gestart. Druk niet vaker op de
toets
om een noodstop op te heffen.
STOP
U kunt tijdens een noodstop of pauze van uw
universele handy de rijopdrachten van individu-
ele locomotieven wijzigen, deze worden na het
opnieuw inschakelen direct uitgevoerd. Drukt
u gedurende de noodstop op de toets "reset"
van uw centrale, dan worden alle rijopdrachten
gewist en blijven alle locomotieven stilstaan en
moeten individueel weer geactiveerd worden.
2.4 Locverlichting
Met de toets
kunt u de locverlichting in- en
9
ook weer uitschakelen. Hiervoor moet de loc wel
gedigitaliseerd zijn en de verlichting moet op de
juiste schakeluitgang geïnstalleerd zijn

2.5 Extra functies

Met de toetsen
t/m
1
van uw locomotief besturen. Hiervoor moet de
loc wel gedigitaliseerd zijn en over extra functies
beschikken.
2.6 Parallelle functiebesturing
Veel LGB locomotieven met een decoder onboard
kunnen de opdrachten voor de locfuncties 1-8
direct (parallel) ontvangen. Anderen ontvangen
de functieopdrachten "serieel" als een rij van
"1" opdrachten (bijv. "3" = "1+1+1"). De paral-
lelle dataoverdracht is natuurlijk sneller maar is
alleen mogelijk als alle MZS componenten op "p"
ingesteld zijn.
Om op de universele handy de dataoverdracht
voor de ingestelde loc op "parallel"om te
zetten drukt u de toets
van meerdere handy's dient dit op elke handy
overeenkomstig ingesteld te worden. Drukt u de
toetsen
en
nogmaals in om de ingestelde
F
9
loc weer op een seriële overdracht in te stellen.
125963_55015_Universalhandy_A5.indd 19
STOP
drukken (minimaal 4
STOP
kunt u de extra functies
8
en
. Bij het gebruik
F
9
De instelling "parallel" of "serieel" blijft opgesla-
gen voor het desbetreffende locnummer, ook als
de universele handy uitgeschakeld wordt. Als het
locnummer aan een andere loc wordt toege-
wezen moet dit eventueel opnieuw ingesteld
worden.

3. Dubbeltractie

3.1 Dubbeltractie aansturen
Bij het samenstellen van een dubbeltractie moe-
ten beide locomotieven in de geprogrammeerde
richting op de rails staan anders rijden ze tegen
elkaar in.
• Druk op de toets
en
F
schijnt
.
d -
• Voer het nummer van de dubbeltractie in (0-9).
De dubbeltractie moet voordien aangemaakt
zijn (zie punt 3.2 dubbeltractie aanmaken)
• Bij het invoeren van een niet aangemaakte
dubbeltractie springt het display van de univer-
sele handy naar
terug.
d -
Na het invoeren van de geldige dubbeltractie
kunt u deze als één locomotief besturen. Hierbij
worden locfunctie en licht in beide locomotieven
gelijktijdig geschakeld.
3.2 Dubbeltractie aanmaken
Er kunnen maximaal 10 dubbeltracties met elk
twee locomotieven worden aangemaakt.
!
Let er op dat beide locomotieven vrijwel gelijke
rijeigenschappen (optrekken/afremmen) hebben
omdat er anders schade kan ontstaan.
• Druk op de toetsen
F
.
P -
• Voer het gewenste nummer voor deze dubbelt-
ractie in (0 – 9). Het display toont opnieuw
• Voer nu het adres van de eerste locomotief in
(00 – 22). Het display toont opnieuw
• Voer nu het adres van de tweede locomotief in
(00 – 22). Het display toont nu
• Nu kunt u de rijrichting van de locomotieven
corrigeren.
0 = beide locomotieven rijden in normale
rijrichting
1 = de eerste locomotief rijdt in de omgekeerde
rijrichting
2 = de tweede locomotief rijdt in de omgekeer-
de rijrichting
3 = beide locomotieven rijden in de omgekeer-
de rijrichting. Deze instelling wordt pas na
het resetten van de centrale van kracht.
Het aanmaken van de dubbeltractie is nu afgeslo-
. in het display ver-
4
en
, het display toont
8
P - -
.
P - -
.
P -
19
25.04.2013 13:17:24
.

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis