Uponor T-34 Kurzanleitung Seite 69

4.4 Ruimtethermostaten aansluiten
1. Zorg ervoor dat aan de voorwaarden voor automatische
koppeling is voldaan bij het aansluiten van de
ruimtethermostaten. Zie paragraaf
5.
2. Sluit in elke ruimtethermostaat de kabel naar de regelmodule
aan op de verbindingsklem met de aanduiding Power.
Bij de Uponor ruimtethermostaat T-34 sluit u de kabel aan op
de enige verbindingsklem.
3. Sluit in de Uponor regelmodule één draad van de
thermostaatkabel aan op positie 1 en de andere draad op
positie 2, 3 of 4.
Zie de tabel hieronder en het bedradingsschema in paragraaf
4.1, pagina 5.
LET OP!
De twee draden van de ruimtethermostaat zijn niet
fase gevoelig.
Pos. Aanduiding Pictogram van
verwarming
1 Gemeenschappelijke
aansluiting
2 Geen
schakelklokbediening
UPONOR CONTROL SYSTEM WIRED - QUICK GUIDE
4.2 Auto-linking, pagina
Koelen*
Gemeenschappe-
lijke aansluiting
Geen schakelklok-
bediening
Pos. Aanduiding Pictogram van
verwarming
3* Z1 Schakelklokzone 1
4* Z2 Schakelklokzone 2
* = alleen C-35
4. Als een optionele vloervoeler of externe voeler wordt
gebruikt, sluit u de kabel aan op de verbindingsklem EXT. Zie
de afbeeldingen hierboven.
5. (Alleen T-33) Stel het ruimtetemperatuur-setpoint in met de
potmeter ROOM.
6. (Alleen T-33 en T-37) Stel de optionele vloervoeler in voor
een maximum- of minimumtemperatuur met de potmeter
FLOOR.
LET OP!
Alle Uponor ruimtethermostaten hebben een
vorstbescherming met een minimumtemperatuur van
+5 graden.
4.5 Uponor Schakelklok I-36 aansluiten
(alleen C-35)
Sluit een schakelklok als volgt aan op de regelmodule:
1. Sluit de schakelklok aan op posities 1 en 2,
Zie het bedradingsschema in paragraaf
4.6 Een verwarmen/koelen-relais aansluiten
(alleen C-35)
Als de installatie voorzien is van een koelunit, kan de modus van
de Uponor bedrade regeling worden gewisseld met een
verwarmings-/koelingsrelais.
1. Sluit de verwarmen/koelen-relais aan op posities 11 en 12,
.
Zie het bedradingsschema in paragraaf
4.7 Een dauwpuntvoeler aansluiten (alleen C-
35)
Als de installatie voorzien is van een dauwpuntvoeler, zal de
Uponor bedrade regeling de thermische aandrijvingen voor alle
zones sluiten wanneer het dauwpunt is bereikt.
1. Sluit de relais van de dauwpuntmodule aan op posities 4 en 5.
2. Sluit de voeding van de dauwpuntmodule aan op posities 6
en 7.
Zie het bedradingsschema in paragraaf
Koelen*
Schakelklokbedie-
ning
Geen koeling voor
deze ruimte
.
4.1, pagina 5.
4.1, pagina 5.
4.1, pagina 5.
69