Vervorm geen batterijen. Zorg dat batterijen niet worden gedemonteerd,
verpletterd, doorboord of beschadigd. Dergelijk verkeerd gebruik kan leiden
tot lekkage, ontluchting, explosie, brand of persoonlijk letsel.
Gooi ge«l batterijen weg in vuur. Wanneer batterijål in vuur worden
gegooid, kan de warmteontwikkelingexplosieen/of brand en persoonljk
letsel veroorzaken. Verbrand geen batterijen, tenzij het een goedgekeur±
ver-branding in een gecontroleerde verbrandingsinstallatie betreft.
Sdecteer altijd batterijen van een maat en type die voor het besternde
do-ekinde het meest geschikt zijn. Bewaar de informatie die rnet YEt apparaat
is gdev«d voor een juiste selectie van de batterijen.
Maak de aansluitk]ernma-l van de batterijen en het apparaat schoon voordat
de battåijen worden géinstalleerd.
Haal de battaijen uit het apparaat als u denkt
te gebruiken.
Maak het product schoon met een droge en pluisvrije doek. Zorg dat er geen
water of een andere vloeistof het product binnendringt.
Maak het product niet schoon met een agressief schoonmaakmiddd
harde borsta.
Maak de kernmen van de batterij en deze van het product schoon voordat
de batt«iÄ1 worden géinstalleerd.
apparaat langere tijd niet
of een
m
63