Algemene Veiligheidsinstructies; Testen En Onderhoud - Bavaria BARM 212 Handbuch

vestiging (III), zodat de schroef bij het
indraaien in de plug nauwkeurig aan-
sluit op de magneetbevestiging (III). De
schroef vervolgens door het geper-
foreerde boorgat steken. De schroef
moet volledig worden vastgeschroefd
in de daarvoor bestemde uitsparing in
de magneetbevestiging (III) om tot een
stevige bevestiging van het apparaat
te komen! Draai de schroef net vast
genoeg, zodat de magneetbevestiging
daarbij niet vervormt / verbuigt!
AlGEmENE
VEIlIGHEIDSINStructIES
rookmelders helpen branden vroeg-
tijdig op te merken, maar kunnen
een brand echter niet blussen of
verhinderen dat een brand ontstaat
en kunnen ook de brandweer niet
alarmeren. rookmelders geven, wan-
neer er gevaar door rookontwikkeling
ontstaat, een luid alarmsignaal af die u
waarschuwt voor het gevaar.
ondanks de grote zorgvuldigheid bij
Nl
het produceren van de rookmelder,
bestaat de mogelijkheid dat er een
functioneringsstoring op kan treden en
een apparaat daardoor niet of niet tij-
dig kan waarschuwen bij een eventueel
ontstane brand!
De gebruikelijke voorzorgsmaatrege-
len bij de omgang met vuur, brandbare
materialen en technische appara-
tuur moeten altijd in acht worden
genomen!
Dit apparaat is een gesloten systeem.
Een wijziging aan het apparaat van
welke aard dan ook, kan naast het ver-
lies van eventueel bestaande garanties,
ook betekenen dat het apparaat niet
meer naar behoren functioneert en
mag en kan daardoor niet meer voor
het beoogde doel worden gebruikt!
open het apparaat in geen geval, want
daarbij bestaat er kans op letsel!
Het verwisselen van de batterij is niet
nodig en is technisch niet mogelijk.
Bescherm het apparaat, vooral tijdens
renovaties, maar ook in het algemeen,
tegen vochtigheid, kou, hitte, stof, vet,
nicotine- en verfdampen en lakmate-
rialen zoals muurverf, lijm en vuil van
welke aard dan ook. Bij renovatie-,
bouw- en slijpwerkzaamheden moet
de rookmelder van de magneetbevesti-
ging (III) worden verwijderd door deze
lichtjes naar beneden te trekken en op
een veilige plaats worden opgeborgen.
Na voltooiing van de werkzaamhe-
den is het heel belangrijk om niet te
vergeten de rookmelder weer aan de
magneetbevestiging (III) vast te maken!
let op: Alleen als het apparaat juist
geplaatst, niet vervuild of beschadigd
testtoon
teweegbrengen
en geactiveerd is, kan deze naar be-
horen functioneren en dus levensred-
dende waarschuwingen afgeven!

tEStEN EN oNDErHouD

Deze rookmelder controleert één
keer per minuut zelfstandig zijn functi-
oneren. Het apparaat reguleert boven-
dien ook automatisch de gevoeligheid
van de detectieoptiek afhankelijk van
invloeden uit de omgeving.
Ervan uitgaande dat de energiereserve
van de rookmelder leeg is of dat de
detectieoptiek zo vervuild is, dat een
verdere regulering niet meer mogelijk
Stop: Alarm tijdelijk
uitschakelen of
onderdrukken
Nl