Werbung
Functie "VCF IN"
De uitgangsfrequentie van de generator kan door aanwezigheid van een externe
spanning bij de VCF-ingang (BNC) veranderen. Bij een ingangsspanning tussen 0 en
10 VDC kan de uitgangsfrequentie tot op 1:100 veranderen, afhankelijk van de plaats
van de frequentiebereiktaster.
Om met de VCF-functie te kunnen werken, is het nodig, de frequentiestelknop
(Schaal) naar linker aanslag (ca. 2mm rechts naast "MIN") te zetten en de externe
gelijkspanning met de VCF-bus (BNC) te verbinden (let op de polariteit "+" binnen).
TTL-Uitgang
Het TTL-niveau staat bij de TTL OUT-bus (BNC) ter beschikking. Een TTL-niveau is
een "asymmetrisch rechthoeksignaal". Asymmetrisch daarom, omdat in tegenstel-
ling tot de sinus of het "echte rechthoeksignaal" het signaalverloop geen nuldoor-
gang heeft, d.w.z. hij heeft geen negatieve spanningswaarden (negatieve logica uit-
gezonderd).
De TTL-uitgang is in staat in de HIGH-status 20 eenheidsbelastingen en in de LOW-
status 15 eenheidbelastingen "aan te sturen". Een eenheidsbelasting bedraagt in de
HIGH-status 40 uA en in de LOW-status 1,6 mA..
Werken met de frequentieteller
De frequentieteller dient enerzijds voor de aanduiding van de generatorfrequentie,
wanneer de omschakelaar FC/FG op FG staat en anderzijds voor de aanduiding van
externe frequenties, wanneer de omschakelaar op FC staat. Voor de meting van
externe frequenties staan twee ingangen ter beschikking: Kanaal (CHAN) A en kanaal
B.
Overschrijdt nooit de max. ingangsgrootte(n).
Meet alleen signaalspanningen, die galvanisch van het net
gescheiden zijn.
De spanningshoogte mag de waarde van max. 3 Vpp bij het kanaal
B resp. 35 V bij kanaal A niet overschrijden.
Instellen van de Lowpass Filter "LPF-A"
Voor metingen op frequenties kleiner 300 KHz, drukt u op de toets "LPF-A". Eventu-
eel optredende hoge frequentiestoringen worden onderdrukt. Bij geactiveerde
Lowpass-filter, wordt "LPF-A" in de display getoond.
64
links (entgegen dem Uhrzeigersinn = CCW) oder nach rechts (im Uhrzeigersinn =
CW). Die sich ergebenden Kurvenformen entnehmen Sie der Tabelle.
Beachten Sie, daß durch diese Verstellung der Symmetrie sich die
Frequenzverändert und deshalb nachgestellt werden sollte.
Einstellung der Wobbelfunktion mit Bandbreite und Wobbelgeschwindigkeit
Um den eingebauten Frequenzwobbler (Sweep) zu aktivieren, ziehen Sie den Stell-
knopf "SWEEP WIDTH" und Sie können die Breite des Wobbelsignals im Bereich
100: 1 mit diesem Stellknopf verändern. Um das Maximum der Breite zu erreichen,
drehen Sie den Frequenzstellknopf (mit Skala) auf Linksanschlag und den Breiten-
regler auf Rechtsanschlag.
Um die Geschwindigkeit des Wobbelsignals zu verändern, drehen Sie den SWEEP
RATE-Stellknopf langsam nach links bzw. nach rechts. Sie erhalten ein lineares
Wobbelsignal. Ein logarithmisches Wobbelsignal wird durch Ziehen des SWEEP
RATE-Stellknopfes ermöglicht.
13
Quicklinks ausblenden:
Werbung
Kapitel
