Sensoren; Positiesensor; Luchtdetectiesensor; Injectiekopsensor - henke sass wolf EPIG Bedienungsanleitung

8. Sensoren

Het EPIG® ™ -apparaat is uitgerust met verschillende sensoren om een optimaal vaccinatieresultaat
te garanderen.

8.1. Positiesensor

Let op: wanneer u de slangadapter gebruikt om een vaccin toe te dienen, hoeft de positiesensor niet
te worden afgelezen omdat er geen fles bovenop het apparaat is gemonteerd. In dit geval kan de
positiesensor worden uitgeschakeld (gebruikersmenu

8.2. Luchtdetectiesensor

8.3. Injectiekopsensor

Deze sensor zorgt voor een extra veiligheidsmaatregel bij het gebruik van het apparaat. Zodra het
EPIG®-apparaat klaar is voor vaccinatie (witte knipperende ledlampen), drukt u de trekker in en houdt
u deze ingedrukt. Wanneer de injectiekop op de huid van de big wordt geplaatst, schuift de
veiligheidshuls rond de injectiekop naar achteren, waardoor het vaccin vrijkomt. Als de trekker niet
NL - EPIG Handleiding
De vijfde pagina toont de datum en klok. De tijdnotatie van de klok is
uu:mm:ss en de datumnotatie is dd.mm.jjjj. Door op de linker
displaytoets te drukken, kunt u de datum en klok instellen.
Op de laatste pagina worden het serienummer (PT1.0x) en de
softwareversie weergegeven. Druk op de rechter displaytoets om
terug te keren naar de instellingenpagina (Settings) van het
gebruikersmenu. Druk nogmaals op de rechter displaytoets om naar
de beginweergave van het gebruikersmenu te gaan.
Deze sensor zorgt voor een continue controle van de juiste positie van
het apparaat. Nadat de trekker is ingedrukt, controleert de
positiesensor of deze rechtop wordt gehouden voordat er vloeistof in
het apparaat kan worden gezogen, om te voorkomen dat er lucht
wordt aangezogen. Als het apparaat in de juiste hoek wordt
gehouden, wat wordt aangegeven doordat de kleine cirkel zich binnen
de grote cirkel bevindt, wordt er vloeistof uit de aangesloten fles naar
binnen gezogen. Zodra het apparaat volledig is gevuld met vloeistof,
is de manier van positioneren niet langer relevant totdat de trekker
weer wordt geactiveerd.

Deze sensor meet of er vloeistof of lucht in het apparaat wordt
gezogen. Als er lucht wordt aangezogen, bijv. door de fles te legen en
niet op tijd een nieuwe te plaatsen, wordt de waarschuwing "Air
detected" (lucht gedetecteerd) weergegeven. Daarna is alleen nog
spoelen mogelijk, aangegeven door blauw knipperende ledlampen,
totdat de lucht uit de injectiekop komt. Dit duurt minimaal 3
spoelcycli, aangezien het vloeistofcircuit een volume heeft van iets
minder dan 6 ml en een spoelcyclus een volume van 2 ml verplaatst.
Na het spoelproces kunt u weer vaccineren (aangegeven door witte
knipperende ledlampen).
instellingen positiesensor

uit).

11
35